NL INSTALLATIE-, GEBRUIKS- EN ONDERHOUDSVOORSCHRIFTEN HeatMaster ® 25 - 35 - 45 - 70 - 85 - 120 TC 664Y5500 • D
NL INHOUDSTAFEL ALGEMENE AANBEVELINGEN........................................................................4 GEBRUIKERSHANDLEIDING...........................................................................5 Voorschriften voor de gebruiker....................................................................................................................................... 5 Regelmatige controles..............................................................................................................
NL INHOUDSTAFEL OPSTARTEN................................................................................................49 Veiligheidsvoorschriften..................................................................................................................................................49 Benodigd gereedschap voor het opstarten..................................................................................................................49 Controles vóór het opstarten.............................
NL ALGEMENE AANBEVELINGEN OPMERKING Deze handleiding bevat belangrijke en noodzakelijke informatie met betrekking tot het installeren, opstarten en onderhouden van de ketel. Deze handleiding dient bezorgd te worden aan de gebruiker, die ze zorgvuldig zal opbergen. Wij aanvaarden geen aansprakelijkheid voor schade die voortvloeit uit het niet naleven van de voorschriften die vermeld zijn in deze technische handleiding.
NL GEBRUIKERSHANDLEIDING VOORSCHRIFTEN VOOR DE GEBRUIKER Wanneer u een gasgeur waarneemt: - Sluit onmiddellijk de gastoevoer af. - Verlucht de ruimte door de deuren en ramen open te zetten. - Gebruik geen elektrische toestellen en druk niet op schakelaars. - Waarschuw onmiddellijk de gasleverancier en/of de installateur.
NL GEBRUIKERSHANDLEIDING BEDIENINGSBORD 1 1 2 bar O 4 5 3 4 2 3 Als de ketel onder spanning gezet wordt, start de ketel in de stand-by modus en wordt dan gedurende 2 seconden weergegeven voordat de status van de brander verschijnt. Legende: 1. Hoofdschakelaar aan/uit van de ketel - Het ingebouwde controlelampje licht op wanneer het toestel in werking is. 2. Zomer-winterschakelaar - om de verwarmingscirculatie pomp aan en uit te schakelen.
NL GEBRUIKERSHANDLEIDING INSTELLEN VAN DE PARAMETERS De gebruiker kan alle voor hem noodzakelijke instellingen uitvoeren, namelijk de sanitaire functie/ verwarmingsfunctie activeren/uitschakelen en de gewenste temperatuur voor de sanitaire kring/ verwarmingskring invoeren. Door een specifieke servicecode in te voeren in het toestel hebben erkende installateurs toegang tot bepaalde parameters van de ketel, waarmee ze de ketel optimaal op specifieke wensen kunnen afstemmen.
NL GEBRUIKERSHANDLEIDING Sanitaire modus : als deze modus wordt geactiveerd via de MCBA, kan de gewenste temperatuur voor het sanitair warm water van de boiler ingesteld worden. De maximaal toelaatbare temperatuur voor het sanitair warm water is gelijk aan 75 °C.
NL GEBRUIKERSHANDLEIDING Modus centrale verwarming : als deze modus wordt geactiveerd via de MCBA, kan de gewenste temperatuur voor het water van de primaire kring van de verwarming ingesteld worden. De maximaal toelaatbare temperatuur voor het sanitair warm water is gelijk aan 90°C.
NL BESCHRIJVING VAN HET TOESTEL De HeatMaster® TC combineert het unieke "Tank-in-Tank" concept van ACV met een dubbele primaire kring om de uitzonderlijke prestaties van een dubbele service verwarmingsketel met TOTALE CONDENSATIE te bekomen. De modellen HeatMaster® TC worden altijd geleverd met een brander met voormenging gas/lucht ACV BG 2000M, met lage NOx-productie.
NL BESCHRIJVING VAN HET TOESTEL 21b 12 1 13 2 14 3 15 4 16 17 5 6 18 7 19 8 20 9 21a 10 11 nl 664Y5500 • D 11
NL BESCHRIJVING VAN HET TOESTEL BESCHRIJVING VAN DE BRANDER Brander met voormenging GAS/LUCHT - ACV BG 2000-M Onderdelen van de brander: - ventilator met variabele snelheid - automatisch ontstekings- en vlamdetectiesysteem - speciaal ontwikkeld gasklep-venturisysteem voor branders met voormenging van lucht/gas met een laag Nox-gehalte Het brandervermogen wordt continu aan de vraag aangepast, wat aanzienlijk bijdraagt tot de verbetering van het globale rendement van de verwarmings- en sanitaire installatie.
NL TECHNISCHE KENMERKEN KENMERKEN VAN DE BRANDER Brandstof HM 25 TC HM 35 TC HM 45 TC HM 70 TC HM 85 TC HM 120 TC Aardgas Propaan Aardgas Propaan Aardgas Propaan Aardgas Propaan Aardgas Propaan Aardgas Propaan Min. ventilator- Aardgas snelheid Propaan rpm 2000 2000 1600 1900 1900 1300 rpm 2400 2400 1800 1900 1900 1300 max.
NL TECHNISCHE KENMERKEN ENKELE GASCATEGORIEËN (Alle modellen) Gastype Druk (mbar) Code land G20 G25 G20 / G25 G25.
NL TECHNISCHE KENMERKEN Gastype Druk (mbar) Code land Categorie HU I2HS I3B/P IE I2H I3P G20 G25 G20 / G25 G25.
NL TECHNISCHE KENMERKEN DUBBELE GASCATEGORIEËN (alleen HM 70 / 85 / 120 TC) Gastype G20 Druk (mbar) Code land AT 20 G25 20 25 G20 20 25 Categorie II2H3P II2H3B/P II2H3P CH II2H3B/P II2H3+ CY CZ DE II2H3B/P II2H3+ II2H3P II2H3+ II2E3B/P II2ELL3B/P DK II2H3B/P EE II2H3B/P ES II2H3P FI II2H3B/P FR GB GR HR HU IE II2Er3P II2E+3+ II2H3P II2H3+ II2H3P II2H3+ II2H3P II2H3B/P II2Hs3B/P II2H3P II2H3+ II2H3P IT II2H3B/P II2H3+ nl 16 G31 G25 664Y5500 • D 30 37 G30 50 30 50 G30 28 -
NL TECHNISCHE KENMERKEN Gastype G20 Druk (mbar) Code land 20 G25 20 25 G20 20 G31 G25 25 30 37 G30 50 30 50 G30 28 - 30 37 G31 50 67 Categorie II2H3P LT II2H3B/P II2H3+ LU II2E3B/P NL II2L3B/P NO II2H3B/P PL II2E3B/P PT II2H3P II2H3+ II2H3P RO II2H3B/P II2E3B/P SE II2H3B/P II2H3P SI II2H3B/P II2H3+ II2H3P SK II2H3B/P II2H3+ TR II2H3B/P nl 664Y5500 • D 17
NL TECHNISCHE KENMERKEN KENMERKEN VERBRANDING HM 25 TC Hoofdkenmerken HM 35 TC HM 45 TC G20/G25 G31 G20/G25 G31 G20/G25 G31 max kW 25,0 25,0 34,9 31,0 45,6 40,7 min kW 10,2 10,2 10,0 10,0 9,0 8,9 (80/60°C) kW 24,3 24,3 34,1 30,3 44,7 39,9 (50/30°C) kW 26,6 26,6 37,2 33,0 47,4 43,6 (80/60°C) % 97,3 97,3 99,0 99,0 98,0 98,0 (50/30°C) % 106,6 106,6 106,6 106,6 103,9 103,9 Rendement bij 30% belasting (EN677) % 108,9 108,9 108,9 108,9 108,9 108,9
NL TECHNISCHE KENMERKEN HM 70 TC Hoofdkenmerken HM 85 TC HM 120 TC G20/G25 G31 G20/G25 G31 G20/G25 G31 max. kW 69,9 69,9 85,9 85,9 115 115 min.
NL TECHNISCHE KENMERKEN ELEKTRISCHE KENMERKEN (HM TC MET CONVENTIONELE VOEDINGSPOMP) Hoofdkenmerken HM 25 / 35 TC HM 70 / 85 TC Voltage V~ 230 230 Frequentie Hz 50 50 Max. Amp. zekering A 6 6 Elektriciteitsverbruik W 184 230 Zekering A Klasse IP 0,8 1 IP 30 IP 30 Legende 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23.
NL TECHNISCHE KENMERKEN 21 13 X11. BUS A 11 BUS B 10 12 20 8 6 4 15 3 W Br O B O G V R B Bk B 2 16 Bk 14 Br 1 Br O B B 5 17 Br Br R 7 18 Bk Bk 9 19 R G 12 B R 13 B R Br O B Bk Bk B t 11 Bk R 10 V W G V 9 23 V P R O O P V R R G G 5 Br Br B B X5.1 X5.2 X5.3 X5.4 X4.1 X4.2 X4.3 X3.1 X3.2 X3.3 X3.4 X3.5 X3.6 X2.1 X2.2 X2.3 X2.4 X2.5 X2.6 X2.7 X2.8 X2.9 X2.10 X2.11 X2.
NL TECHNISCHE KENMERKEN ELEKTRISCHE KENMERKEN (HM TC < 70 KW, MET HOOGRENDEMENT VOEDINGSPOMP) Hoofdkenmerken HM TC < 70 kW Voltage V~ 230 Frequentie Hz 50 Max. Amp. zekering A 6 Elektriciteitsverbruik W 160 Zekering A 0,7 Klasse IP IP 30 Legende 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22.
NL TECHNISCHE KENMERKEN 21 13 X11. 12 20 11 BUS A 10 BUS B B Bk Br O 4 15 R Br B B O G V 12 B X5.2 X5.3 X5.4 13 R Br O B Bk Bk B 11 Bk R V W 9 V R 3 V O S3 P X4.2 X4.3 X3.1 X3.2 X3.3 X3.4 X3.5 X3.6 10 G X4.1 R B t O B4 X2.1 X2.2 7 X2.3 X2.4 X2.5 8 X2.6 X2.7 V R R G G 5 X5.1 14 B 3 W Bk 2 16 Bk 1 Br O 7 8 B 5 17 Br Br 6 18 Bk R 9 19 R G Br Br B B X2.8 X7 X2.9 X2.10 X2.11 X2.
NL TECHNISCHE KENMERKEN ELEKTRISCHE KENMERKEN (HM TC ≥ 70 KW, MET HOOGRENDEMENT VOEDINGSPOMP) Hoofdkenmerken HM TC ≥ 70 kW Voltage V~ 230 Frequentie Hz 50 Max. Amp. zekering A 6 Elektriciteitsverbruik W 380 Zekering A 1,7 Klasse IP IP 30 Legende 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23.
NL TECHNISCHE KENMERKEN 21 13 X11. 12 20 11 BUS A 10 BUS B B Bk Br O 4 15 R Br B B O G V 12 B X5.2 X5.3 X5.4 13 B R Br O B t Bk Bk 11 Bk R V W 3 9 O B4 S3 V R 23 V P X4.2 X4.3 X3.1 X3.2 X3.3 X3.4 X3.5 X3.6 10 G X4.1 R B O O P X2.1 X2.2 7 X2.3 X2.4 X2.5 8 X2.6 X2.7 V R R G G 5 X5.1 14 B 3 W Bk 2 16 Bk 1 Br O 7 8 B 5 17 Br Br 6 18 Bk R 9 19 R G Br Br B B X2.8 X7 X2.9 X2.10 X2.11 X2.
NL TECHNISCHE KENMERKEN AFMETINGEN Afmetingen van de ketel HM 25 / 35 / 45 TC HM 70 / 85 TC A = Hoogte B = Breedte C = Diepte D E F G H I J = hoogte aan de gasbuis K = hoogte aan de sanitaire uitgang L = hoogte aan de primaire uitgang M = hoogte aan de primaire lus N = hoogte aan de primaire uitgang O = hoogte aan de sanitaire ingang Aansluiting verwarming [F] Aansluiting sanitair water [M] Gasaansluiting [M] Minimum ∅ schouw Volume verbrandingskamer Hoogte Verbrandingskamer dia.
NL TECHNISCHE KENMERKEN A B D C 1 O 2 bar 3 4 Bovenaanzicht Vooraanzicht Toegankelijkheid A (mm) B (mm) C (mm) D (mm) 3 x 65 HeatMaster® 25 / 35 / 70 / 85 / 120 TC Aanbevolen Minimum Aanbevolen Minimum 400 300 800 600 Aanbevolen Minimum Aanbevolen Minimum 400 250 600 400 690 1736 180 Kit "Easy Fit" alleen voor HeatMaster® 25 / 35 / 45 TC Toegankelijkheid met kit Easy Fit Aanbevolen A (mm) Minimum Aanbevolen B (mm) Minimum C (mm) D (mm) Aanbevolen Minimum Aanbevolen Minimum HeatMaster® 2
NL TECHNISCHE KENMERKEN KENMERKEN SCHOUWAANSLUITING Hoofdkenmerken Schouwkanaal Ø HM 25 TC HM 35 TC HM 45 TC HM 70 TC HM 85 TC HM 120 TC concentrisch mm 80/125 80/125 80/125 100/150 100/150 100/150 bi-buizen 80/80 80/80 80/80 100/100 100/100 100/100 mm Maximale rookgastemperatuur °C 120 120 120 120 120 120 Temperatuur van rook- 50/30°C gassen - vermogen 80/60°C °C 35,0 35,3 40,9 34,0 35,1 42,6 °C 60 60 64,1 60 61,6 64,6 Max.
NL TECHNISCHE KENMERKEN Types schouwaansluiting C13 : Aansluiting door buizen voor een horizontale muurdoorvoer die simultaan verse verbrandingslucht binnenlaten voor de brander en de verbrandingsgassen afvoeren door openingen die ofwel concentrisch zijn ofwel voldoende dicht naast elkaar liggen in eenzelfde drukzone.
NL TECHNISCHE KENMERKEN BEREKENING DRUKVERLIES ROOKGASKRING Bij de uitvoering van de schouwaansluiting moet u erop toezien dat het opgegeven maximale drukverlies, of de equivalente maximale lengte in meters rechte leidingen aanbevolen voor het product niet overschreden wordt, zo niet kan het vermogen van de installatie afnemen. Het drukverlies voor het schouwkanaal kan worden berekend aan de hand van één van beide methodes op de volgende pagina. Beide methodes zijn equivalent.
NL TECHNISCHE KENMERKEN Concentrische schouwbuis Ø 80 / 125 mm Ø 100 / 150 mm equival. lengte in m rechte leidingen Pa equival. lengte in m rechte leidingen Pa equival. lengte in m rechte leidingen Pa equival. lengte in m rechte leidingen HM 120 TC Pa HM 85 TC equival. lengte in m rechte leidingen HM 70 TC Pa HM 45 TC equival.
NL TECHNISCHE KENMERKEN HYDRAULISCHE KENMERKEN Hoofdkenmerken HM 25 TC HM 35 TC HM 45 TC Inhoud van de sanitaire kring L 94 94 94 Inhoud van de verwarmingskring L 93 93 93 Volume expansievaten primaire kring L — — — Max. werkingsdruk van de verwarmingskring bar 3 3 3 Max.
NL TECHNISCHE KENMERKEN Hoofdkenmerken HM 70 TC HM 85 TC HM 120 TC 198,0 198,0 198,0 Inhoud van de sanitaire kring L Inhoud van de verwarmingskring L 125,0 125,0 125,0 Volume expansievaten primaire kring L 2 x 10 2 x 10 2 x 10 Max. werkingsdruk van de verwarmingskring bar 3 3 3 Max.
NL TECHNISCHE KENMERKEN PRESTATIES SANITAIR WATER Prestaties sanitair warm water* (koud sanitair water bij 10°C) Werkingsregime bij 90°C Continu debiet bij Piekdebiet bij Piekdebiet 1st uur HM 25 TC HM 35 TC HM 45 TC 40 °C [∆T = 30 K] L/u 764 1070 1392 45 °C [∆T = 35 K] L/u 655 917 1207 40 °C [∆T = 30 K] L/10' 448 472 498 45 °C [∆T = 35 K] L/10' 370 389 409 40 °C [∆T = 30 K] L/60' 1084 1322 1595 45 °C [∆T = 35 K] L/60' 915 1116 1349 min.
NL INSTALLATIE INHOUD VAN DE LEVERING De HeatMaster® 25 / 35 / 45/ 70 / 85 / 120 TC worden getest en verpakt geleverd. Gelieve bij de ontvangst en na de verwijdering van de verpakking te controleren de inhoud en of de apparaten tijdens het transport niet beschadigd worden. Verpakkingsomvang • • • • • • Een ketel Een handleiging "Installatie-, gebruiks- en onderhoudsvoorschriften" Een handleiding "Instellingen en parameters". Een diafragma voor de omschakeling van aardgas op propaan Een te monteren sifon.
NL INSTALLATIE VERPLAATSEN VAN DE KETEL Verplaats de ketel met behulp van een steekkar of een pallethefwagen. Gebruik een transportmiddel dat op het gewicht van de ketel afgestemd is. Zie "Afmetingen", op pag.
NL INSTALLATIE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Algemene opmerkingen • De (elektrische, rookgaskanaal, hydraulische) aansluitingen dienen in overeenstemming met de geldende normen en voorschriften uitgevoerd worden. • Men kan op het toestel een kringloop leiding aansluiten in geval dat dit opgesteld is op een aanzienlijke afstand van het afname punt. Belangrijke instructies voor een correcte werking van de installatie • De ketel moet in een droge en beschutte ruimte geïnstalleerd worden.
NL INSTALLATIE • Warm water kan brandenwonden veroorzaken! • Als meerdere keren een kleine hoeveelheid warm water afgetapt wordt, kan een “laageffect” (stratificering) in de boiler ontstaan. De bovenlaag van het warm water kan dan zeer hoge temperaturen aannemen. • ACV beveelt het gebruik van een thermostatische mengkraan aan die is ingesteld op temperatuur van maximum 60°C. • Het water voor het wassen van kleding, de vaat en andere gebruiksdoeleinden kan erg heet zijn en brandwonden veroorzaken.
NL INSTALLATIE AANBEVELINGEN TER VOORKOMING VAN CORROSIE EN KETELSTEENVORMING Invloed van zuurstof en carbonaten in de installatie De aanwezigheid in de primaire kring van zuurstof en opgelost gas vergemakkelijkt oxidatie en corrosie van de onderdelen van het systeem in gewoon koolstofstaal (radiatoren, ...). Het gegenereerde slib kan vervolgens worden afgezet in de warmtewisselaar van de ketel.
NL INSTALLATIE 4. Beperk de aanwezigheid van carbonaten in het water - Het vulwater moet worden verzacht als de hardheid hoger is dan 20° fH (11,2° dH). - Controleer regelmatig de hardheid van het water en noteer de waarden in het onderhoudsverslag. - Tabel waterhardheid: Waterhardheid °fH °dH mmolCa(HCO3)2 / l Zeer zacht 0-7 0 - 3,9 0 - 0,7 Zacht 7 - 15 3,9 - 8,4 0,7 - 1,5 Matig hard 15 - 25 8,4 - 14 1,5 - 2,5 Hard 25 - 42 14 - 23,5 2,5 - 4,2 > 42 > 23.5 > 4,2 Zeer hard 5.
NL INSTALLATIE BENODIGD GEREEDSCHAP VOOR DE INSTALLATIE GAS pressure (mbar) VOORBEREIDING VAN DE KETEL Als u voor het gebruik van een "Easy Fit" kit (HeatMaster® 25 / 35 / 45 TC) gekozen heeft, dient u deze aan de achterkant van de ketel te monteren alvorens het toestel op zijn definitieve plaats op te stellen.
NL INSTALLATIE VOORBEREIDING VAN DE KETEL • De kit veiligheidsklep (enkel HM TC met hoogrendement pomp) : űű T-koppeling (enkel HM 120 TC) űű Terugslagklep űű Veiligheidsklep primaire kring 1 3 2 Het monteren van de kit met de T-koppeling (Enkel HM 120TC) • Plaats de sonde van de manometer (frontpaneel) in de manometeraansluiting van de klep.
NL INSTALLATIE AANSLUITING SANITAIR WATER Algemene instructie • De hierna volgende figuren zijn bedoeld als principe schema's voor de aansluiting. Belangrijke instructies voor de veiligheid • Het warme water kan temperaturen boven de 60°C bereiken. Dit kan leiden tot risico op brandwonden! Bijgevolg is het aangeraden om een thermosstatisch mengventiel na het toestel te installeren.
NL INSTALLATIE AANSLUITING VERWARMING Voor de plaats en grootte van de aansluitingen, zie "Afmetingen", op pag. 26 AANSLUITING VERWARMING Aansluiting - hoge temperatuur Beschrijving 1. Afsluitkraan 2. Circulatiepomp 3. Vulkraan 4. Veiligheidsklep 5. Expansievat 6. Aftapkraan 7. Ontluchter 7 2 1 4 3 5 1 6 Koud water Warm water Als optie zijn toebehoren verkrijgbaar voor de sturing van een standaard temperaturen. Meer informatie vindt u in de handleiding "Instellingen en parameters" bij de ketel.
INSTALLATIE NL 1 6 Koud water Warm water Aansluiting - lage temperatuur Beschrijving 1. Afsluitkraan 2. Driewegsmengkraan 3. Circulatiepomp 4. Veiligheidsklep 5. Vulkraan 6. Expansievat 7. Aftapkraan 8. Ontluchter 8 3 1 2 4 5 1 6 7 Koud water Warm water Als optie zijn toebehoren verkrijgbaar voor de sturing van een standaard verwarmingskring voor lage temperaturen. Meer informatie vindt u in de handleiding "Instellingen en parameters" bij de ketel.
NL INSTALLATIE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR DE GASAANSLUITING Belangrijke instructies voor de veiligheid • De gasaansluiting moet in overeenstemming met de locale normen [België: NBN D51-003] uitgevoerd worden. • De gasbranders zijn in de fabriek ingesteld voor aardgas [gelijkwaardig met G20]. • De omzetting van aardgas naar propaan of omgekeerd is niet toegelaten in bepaalde landen waaronder België. Raadpleeg de tabel met gascategorieën, in de technische kenmerken van dit handleiding.
NL INSTALLATIE OMZETTING NAAR PROPAANGAS (HM 85 / 120 TC) Zoals aangegeven op het identificatieplaatje is de ketel fabrieksmatig ingesteld om op aardgas (G20/G25) te werken. Voor de omschakeling van aardgas op propaan moet een diafragma toegevoegd worden en moeten vervolgens de nodige instellingen uitgevoerd worden.
NL INSTALLATIE 5. Demonteer de gasklep van de venturi (4) door 3 schroeven los te draaien. Bewaar ze voor de latere terugplaatsing. 6. Plaats het diafragma (6) in het midden van de O-ring (5). Let erop dat u de O-ring juist plaatst. 7. Hermonteer het gasklep-venturisysteem in omgekeerde volgorde; draai de 3 schroeven van de gasklep en de 2 schroeven van de venturi daarbij met een moment van 3,5 tot 4 Nm aan. 8.
NL OPSTARTEN VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Algemene opmerkingen • In normale omstandigheden start de brander automatisch wanneer de temperatuur van de ketel onder de ingestelde waarde zakt. Belangrijke instructies voor de veiligheid • Alleen een erkende installateur heeft toegang tot de inwendige onderdelen van het bedieningsbord. • Stel de water temperatuur in, in overeenstemming met het gebruik en de geldende codes.
NL OPSTARTEN HET VULLEN VAN DE INSTALLATIE Het sanitaire reservoir moet eerst gevuld en onder druk gezet worden, vooraleer de verwarmingskring (primaire) onder druk te brengen. Het vullen van de sanitaire kring 1. Open de afsluitkranen (1) en de tapkraan (2). 2. Wanneer het water uit de kraan loopt en de installatie ontlucht is, sluit de tapkraan (2). 3. Controleer de dichting van alle de aansluitingen. 2 1 1 1 Koud water Warm water Het vullen van de verwarmingskring 1. Open de afsluitkranen (1).
NL OPSTARTEN OPSTARTEN VAN DE KETEL Voorwaarden • • • • Alle aansluitingen zijn uitgevoerd Omschakeling op gas uitgevoerd indien nodig Gastoevoer onderbroken Sanitaire en verwarmingskringen gevuld met water Procedure 1. Plaats de Aan/Uit-schakelaar van de ketel in de stand Aan ( ). 2. Indien een kamerthermostaat geïnstalleerd is, verhoogt u eventueel de ingestelde temperatuur, zodat warmte aangevraagd wordt.
NL OPSTARTEN CONTROLE EN AFSTELLING VAN DE BRANDER Als de brander op vol vermogen werkt, moet het CO2-gehalte zich binnen de vastgelegde toleranties in de technische kenmerken, (zie "Kenmerken verbranding", op pag. 18) bevinden. Voorwaarden • Ketel in werking Controleprocedure 1. Controleer of de parameters van de MCBA ingesteld zijn overeenkomstig de behoeften van de gebruiker (zie "Instellen van de parameters", op pag. 7) en wijzig ze indien nodig. 2.
NL ONDERHOUD VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR HET ONDERHOUD VAN DE KETEL Belangrijke voorschriften met betrekking tot elektrische installaties • Verbreek de externe elektrische voeding van het toestel alvorens werken uit te voeren aan het toestel, tenzij u metingen moet doen of instellingen wilt uitvoeren. Belangrijke instructies voor de veiligheid • Het water dat uit de aftapkraan stroomt, is erg heet en kan ernstige brandwonden veroorzaken. • Controleer de dichtheid van de rookgaskanaal.
NL ONDERHOUD BENODIGD GEREEDSCHAP VOOR HET ONDERHOUD GAS pressure (mbar) UITSCHAKELING VAN DE KETEL VOOR HET ONDERHOUD 1. Zet de ketel af met behulp van de Aan/Uit-schakelaar op het bedieningspaneel en verbreek de externe stroomtoevoer. 2. Gastoevoerkraan van de ketel dichtdraaien.
NL ONDERHOUD TABEL MET DE PERIODIEKE ONDERHOUDSTAKEN Frequentie Taken Regelmatige controle 1 jaar Gebruiker 1. 2. 3. 4. Vakman Controleer of de waterdruk in het systeem ten minste 1 bar is (koud). Vul indien nodig water bij door water toe te voegen in kleine hoeveelheden. Roep de hulp van uw installateur in als u vaak water moet bijvullen. X X Controleer regelmatig het onderste gedeelte van de ketel op de afwezigheid van water. Roep de hulp van uw installateur in indien toch water aanwezig is.
NL ONDERHOUD DEMONTAGE, CONTROLE EN TERUGPLAATSING VAN DE ELEKTRODE VAN DE BRANDER Het is aanbevolen om vÒÒr het demonteren van de brander de elektrode te verwijderen ter voorkoming van de beschadiging van de keramische isolatie van de ontsteker. 1 2 Voorwaarden • • • Ketel uitgeschakeld Stroomtoevoer onderbroken 3 Gastoevoer onderbroken Demontageprocedure 1. Open het bovenste frontpaneel van de ketel en verwijder het luik bovenaan de ketel door de kruiskopschroeven los te draaien. 2.
NL ONDERHOUD DEMONTAGE EN TERUGPLAATSING VAN DE BRANDER Voorwaarden • • • • • Ketel uitgeschakeld Stroomtoevoer onderbroken Gastoevoer onderbroken Elektrode gedemonteerd Bovenste frontpaneel en luik bovenaan open Demontageprocedure 1. Trek de stekker(s) aan de motorzijde en de stekker aan de gasklepzijde uit. 2. Ontkoppel de drukmeetslang en de luchtinlaatbuis. 3. Schroef de koppeling van de gasleiding los. 4. Schroef met een steeksleutel de bevestigingsmoeren van de brander los.
NL ONDERHOUD Controleer of het oppervlak van de vuurhaardplaat vrij is van verkleuring of scheuren, indien positief contacteer de ACV onderhoudsdienst. 7. Demonteer en vervang de dichtingen. 8. Nadat de brander gedemonteerd is, plaatst u de elektrode tijdelijk in de houder ervan en controleert u of de afstand tussen de elektrode en de brander ongeveer 5 mm bedraagt. 9. Verwijder de elektrode en leg ze opzij voor de latere terugplaatsing. 10.
NL ONDERHOUD DEMONTAGE EN REINIGING VAN DE RECUPERATIEBAK VOOR CONDENSWATER (HM TC met een recirculatie leiding in koper) Voorwaarden • • • • • • Ketel uitgeschakeld Stroomtoevoer onderbroken Gastoevoer onderbroken Primaire kring leeg, zie “Het ledigen van de ketel”, op pag. 60 Hydraulische kringen onderbroken (sanitair en verwarming).
NL ONDERHOUD HET LEDIGEN VAN DE KETEL Eerst de verwarmingskring (primaire) ledigen of de druk tot 0 bar brengen vooraleer het sanitaire reservoir ledigen. Het water dat uit de leegloopkraan stroomt, is erg heet en kan ernstige brandwonden veroorzaken. Houd iedereen dus uit de buurt van de warmwaterstroom. Voorwaarden • • • Ketel uitgeschakeld Stroomtoevoer onderbroken Brandstoftoevoer gesloten 3 Procedure om de verwarmingskring te ledigen 1. Sluit de afsluitkranen (1). 2.
NL ONDERHOUD OPNIEUW IN BEDRIJF STELLEN NA ONDERHOUD Voorwaarden • • • • Alle gedemonteerde onderdelen zijn teruggeplaatst Alle aansluitingen zijn uitgevoerd Gastoevoer onderbroken Sanitaire en verwarmingskringen gevuld met water Procedure 1. Breng het toestel opnieuw onder spanning. 2. Zet het toestel op het maximale vermogen en controleer of er geen lekken van verbrandingsgassen optreden. 3. Controleer of de circulatie pomp goed werkt. 4.
NL ONDERHOUD IN GEVAL VAN PROBLEMEN... In geval van problemen kan men zich best behelpen met de handleiding " Instellingen en parameters". In deze handleiding vindt men de blokkeringscodes als ook de oplossing om het euvel te herstellen. In het geval dat de voorgestelde oplossingen, opgesomd in de handleiding, niet het gewenst resultaat opleveren contacteert men best een vertegenwoordiger van ACV.
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING CE NL nl 664Y5500 • D 63
NL VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING CE nl 64 664Y5500 • D
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING K.B.
NL VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING K.B.
NL nl 664Y5500 • D 67
NL MARKERINGEN LABELS nl 68 661Y1000 • D