Operation Manual

2
1
1
2
NL
nl
52
OPSTARTEN
664Y5500 • D
CONTROLE EN AFSTELLING VAN DE BRANDER
Als de brander op vol vermogen werkt, moet het CO
2
-gehalte zich binnen de
vastgelegde toleranties in de technische kenmerken, (zie "Kenmerken verbranding", op
pag. 18) bevinden.
Voorwaarden
Ketel in werking
Controleprocedure
1. Controleer of de parameters van de MCBA ingesteld zijn overeenkomstig de behoeften van de
gebruiker (zie "Instellen van de parameters", op pag. 7) en wijzig ze indien nodig.
2. Plaats het toestel in de modus van het maximale vermogen (raadpleeg de handleiding
"Instellingen en parameters" van het toestel).
3. Controleer met behulp van de drukmeter of de dynamische gasdruk minstens 18 mbar
bedraagt op de gasklep (2).
4. Laat het toestel enkele minuten opwarmen tot een temperatuur van minstens 60 °C.
5. Meet de verbrandingsgraad van de brander door de sonde van het rookgasanalysetoestel in
het meetelement van het rookgaskanaal te plaatsen en vergelijk de verkregen CO
2
- en CO-
waarde met de waarde vermeld in de tabel van de verbrandingskenmerken.
6. Als de CO
2
-waarde met meer dan 0,3% verschilt, dient u de hieronder beschreven
afstelprocedure uit te voeren.
7. Vervolgens plaatst u het toestel in de modus van het minimale vermogen (raadpleeg de
handleiding "Instellingen en parameters" van het toestel). Wacht enkele minuten tot het
toestel een stabiele toestand bereikt heeft.
8. Meet het CO
2
-gehalte. De waarde ervan moet gelijk zijn aan de waarde bij een volledig
vermogen, of max. 0,5 % kleiner. In geval van grote afwijkingen neemt u best contact op met
de onderhoudsdienst van ACV.
CO
2
-afstelprocedure
Om het CO
2
-gehalte af te stellen, draait u de schroef van de venturi (1):
• naar links (tegen de wijzers van de klok in) om het CO
2
-gehalte te verhogen.
• naar rechts (met de wijzers van de klok mee) om het CO
2
-gehalte te verlagen.
Bij de HM 120 TC is de CO2-afstelschroef (1) een wormschroef; de rotatie van deze
schroef in een bepaalde richting laat toe de waarde cyclusgewijs te verhogen tot
de maximumwaarde, ze vervolgens te doen afnemen tot de minimumwaarde, ze
weer te doen toenemen, enz. Bij de afstelling van het CO2-gehalte moet u op de
waardeverandering op het toestel letten om te bepalen of de rotatie in de gekozen
richting het CO2-gehalte doet afnemen of toenemen.
Enkel HeatMaster® 120 TC