Operation Manual

Opmerking:
Opmerking:
Altijd afdrukken
Nooit afdrukken
Afdrukken indien zichtbaar
Opmerking:
Naar boven
Opmerking:
Pagina's schalen
Standaard-
Geen
Opmerking:
Duplex-modus
Simplex
Duplex spiegelen over lange zijde
Duplex spiegelen over korte zijde
wordt afgedrukt dan hoe het momenteel op het scherm wordt weergegeven, wordt mogelijk een bericht weergegeven in het dialoogvenster
Afdrukken. Aan de voorbeeldafbeelding in het dialoogvenster Afdrukken kunt u altijd zien hoe de pagina wordt afgedrukt.
Als u in Acrobat met lagen wilt werken, converteert u het brondocument naar PDF met behulp van een voorinstelling waarbij lagen
behouden blijven, zoals Acrobat 6 (PDF 1.5) of hoger.
Weergeven hoe lagen worden afgedrukt
1. Klik op het pictogram Lagen in het navigatiegebied. (Als het pictogram Lagen niet zichtbaar is, kiest u Weergeven > Tonen/verbergen >
Navigatiedeelvensters > Lagen.)
2. Kies Afdrukken overschrijven toepassen in het menu Opties.
Als bij het maken van de PDF bepaalde zichtbaarheidsinstellingen zijn opgegeven, is de opdracht Afdrukken overschrijven
toepassen mogelijk niet beschikbaar in het menu Opties.
Afdrukinstellingen wijzigen voor een laag
1. Klik op het pictogram Lagen in het navigatiegebied. (Als het pictogram Lagen niet zichtbaar is, kiest u Weergeven > Tonen/verbergen >
Navigatiedeelvensters > Lagen.)
2. Vouw het gebied Lagen uit, selecteer een laag en kies Laageigenschappen in het menu Opties
.
3. Kies in het dialoogvenster Laageigenschappen een van de volgende opties in het pop-upmenu Afdrukken:
Hiermee wordt de laag afgedrukt.
Hiermee wordt de laag niet afgedrukt.
Hiermee wordt het document afgedrukt zoals deze zichtbaar is op het scherm.
U kunt in Reader het dialoogvenster Laageigenschappen openen, maar u kunt de instellingen niet wijzigen.
Afdrukvoorinstellingen maken
Een PDF kan een set afdrukvoorinstellingen bevatten. Dit is een groep documentspecifieke waarden die worden gebruikt om elementaire
afdrukopties in te stellen. Als u een afdrukvoorinstelling voor een document maakt, hoeft u niet steeds handmatig opties in te stellen in het
dialoogvenster Afdrukken. Het is verstandig afdrukinstellingen te definiëren voor een PDF op het moment dat u deze maakt. Afdrukvoorinstellingen
biedt echter een manier om op elk moment elementaire afdrukinstellingen aan een PDF toe te voegen.
1. Kies Bestand > Eigenschappen en klik op het tabblad Geavanceerd.
2. Definieer opties in de sectie Voorinstellingen van dialoogvenster Afdrukken en klik op OK.
Wanneer u het dialoogvenster Afdrukken de volgende keer opent, bevat dit de waarden uit de afdrukvoorinstellingen. Deze instellingen worden ook
gebruikt wanneer u afzonderlijke PDF's in een PDF-portfolio afdrukt.
Als u een afdrukvoorinstelling voor een PDF wilt behouden, moet u de PDF opslaan nadat u de voorinstelling hebt gemaakt.
Voorinstellingen van dialoogvenster Afdrukken
De hier gekozen optie wordt automatisch ingevuld bij de optie Pagina's schalen in het dialoogvenster Afdrukken:
Hiermee wordt de standaardinstelling van de toepassing gebruikt, namelijk Verkleinen tot afdrukbaar gebied.
Hiermee wordt automatisch aanpassen aan het afdrukbare gebied voorkomen. Gebruik deze instelling om de schaal in technische
documenten of de vereiste puntgrootte om juridische redenen is vereist, te behouden.
Het menu Pagina's schalen in het dialoogvenster Afdrukken bevat extra opties, maar u kunt het dialoogvenster niet vooraf invullen
met een van deze opties. Kies een van deze opties wanneer u afdrukt.
Als u een duplex-optie selecteert, krijgt u het beste resultaat als de geselecteerde printer dubbelzijdig afdrukken ondersteunt.
Hiermee wordt afgedrukt op één zijde van het papier.
Hiermee wordt afgedrukt op beide zijden van het papier, waarbij het papier over de lange zijde wordt
gespiegeld.
Hiermee wordt afgedrukt op beide zijden van het papier, waarbij het papier over de korte zijde wordt
gespiegeld.