Operation Manual

PHOTOSHOP CS3
Handboek
177
Dialoogvenster Opties voor automatische kleurcorrectie
A. De optie Autocontrast B. De optie Niveaus bepalen C. De optie Automatische kleuren D. Doelkleuren, zwart punt en wit punt instellen
1 Klik in het dialoogvenster Niveaus of Curven op Opties.
2 Geef op met welk algoritme u het algemene toonbereik van een afbeelding wilt corrigeren:
Monochromatisch contrast verbeteren Kies deze optie om alle kanalen in gelijke mate uit te knippen. Daardoor blijft de
algemene kleurrelatie gehandhaafd terwijl hooglichten er lichter uitzien en schaduwen donkerder. Dit algoritme wordt
gebruikt voor de opdracht Autocontrast.
Contrast per kanaal benadrukken Hiermee maximaliseert u het toonbereik in elk kanaal om een dramatischer correctie te
produceren. Omdat elk kanaal afzonderlijk wordt aangepast, is het mogelijk dat u met Contrast per kanaal benadrukken
kleurzwemen verwijdert of toevoegt. Dit algoritme wordt gebruikt voor de opdracht Niveaus bepalen.
Donkere & lichtere kleuren zoeken Hiermee zoekt u de afbeeldingspixels die gemiddeld het lichtst of donkerst zijn. Deze
pixels worden gebruikt om het contrast te maximaliseren terwijl het uitknippen wordt geminimaliseerd. Dit algoritme
wordt gebruikt voor de opdracht Automatische kleuren.
3 Selecteer Neutrale middentonen magnetisch als u in Photoshop in een afbeelding wilt zoeken naar een gemiddelde, bijna
neutrale kleur. Vervolgens worden de gammawaarden (middentoonwaarden) aangepast om deze kleur neutraal te maken.
Dit algoritme wordt gebruikt voor de opdracht Automatische kleuren.
4 Als u wilt bepalen in welke mate zwarte en witte pixels worden uitgeknipt, voert u in de tekstvakken Uitknippen
percentages in. Een waarde tussen 0,0% en 1% wordt aanbevolen.
Met deze functie worden witte en zwarte pixels standaard met 0,1% uitgeknipt. Dit houdt in dat de eerste 0,1% aan beide
uiteinden van het bereik wordt genegeerd bij het identificeren van de lichtste en donkerste pixels in de afbeelding.
Aangezien de kwaliteit van de afdrukken van de huidige generatie scanners en digitale camera's aanzienlijk is verbeterd,
kunnen deze standaardpercentages voor uitknippen te hoog zijn.
5 Als u (doel)kleurwaarden wilt toewijzen aan de donkerste, neutrale en lichtste gebieden van een afbeelding, klikt u op
een kleurstaal.
6 Ga op een van de volgende manieren te werk:
Als u de instellingen in het huidige dialoogvenster Niveaus of Curven wilt gebruiken, klikt u op OK. Als u vervolgens op
de knop Automatisch klikt, worden in Photoshop dezelfde instellingen opnieuw op de afbeelding toegepast.
Als u de instellingen als de standaardinstellingen wilt opslaan, selecteert u Opslaan als standaardinstellingen en klikt u
vervolgens op OK. De volgende keer dat u het dialoogvenster Niveaus of Curven opent, kunt u dezelfde instelling
toepassen door op de knop Automatisch te klikken. De standaard uitknippercentages worden ook gebruikt voor de
opdrachten Niveaus bepalen, Autocontrast en Automatische kleuren.
Opmerking: Als u de opties voor Automatische kleurcorrectie opslaat als standaardinstellingen voor de opdrachten
Automatische kleuren, Niveaus bepalen en Autocontrast, maakt het niet uit welk algoritme u kiest in stap 2. De drie opdrachten
voor automatische correcties maken alleen gebruik van de waarden die u instelt voor de doelkleuren en uitknipwaarden. De
enige uitzondering hierop is dat de opdracht Automatische kleuren ook gebruikmaakt van de optie Neutrale middentonen
magnetisch.
A
B
C
D