Operation Manual
PHOTOSHOP CS3
Handboek
339
• Kies een bibliotheekbestand (onder aan het paletmenu). Klik op OK om de huidige lijst te vervangen of op Toevoegen
om de bibliotheek aan de huidige lijst toe te voegen.
Een set vooraf ingestelde patronen opslaan als bibliotheek
1 Kies Patronen opslaan in het menu van het pop-uppalet Patroon.
2 Kies een locatie voor de bibliotheek met patronen, voer een bestandsnaam in en klik op Opslaan.
U kunt de bibliotheek opslaan op een willekeurige locatie. Als u het bibliotheekbestand echter opslaat in de map
Voorinstellingen/Patronen op de standaardlocatie, verschijnt de naam van de bibliotheek onder in het menu van het pop-
uppalet Patroon nadat u Photoshop opnieuw hebt gestart.
De standaardbibliotheek met patronen herstellen
❖
Kies Patronen herstellen in het menu van het pop-uppalet Patroon. U kunt de huidige lijst vervangen of de
standaardbibliotheek aan de huidige lijst toevoegen.
Als u een voorinstelling met een niet-gedefinieerd patroon van het gereedschap Patroonstempel hebt ontvangen of als u de
voorinstelling waarmee u werkt hebt gewist door de bibliotheek met patronen te herstellen of te vervangen, kiest u Nieuw
patroon in het menu van het pop-uppalet Patroon om het patroon opnieuw te definiëren.
De naam van een vooraf ingesteld patroon wijzigen
1 Selecteer het patroon waarvan u de naam wilt wijzigen en kies Naam van patroon wijzigen in het paletmenu.
2 Typ een nieuwe naam voor het patroon en klik op OK.
Een vooraf ingesteld patroon verwijderen
❖
Voer een van de volgende handelingen uit:
• Selecteer het patroon dat u wilt verwijderen en kies Patroon verwijderen in het paletmenu.
• Houd Alt (Windows) of Option (Mac OS) ingedrukt, plaats de cursor op een patroon (de cursor verandert in een schaar)
en klik.
Een patroon maken met de Patroonmaker
Het filter Patroonmaker verdeelt een afbeelding in segmenten en brengt deze weer samen om een patroon te genereren. De
Patroonmaker werkt op twee manieren:
• Vult een laag of selectie met een patroon. Het patroon kan ontstaan uit een grote tegel of meerdere herhaalde tegels.
• Hiermee maakt u tegels die u kunt opslaan als vooraf ingesteld patroon. Deze kunt u vervolgens met andere afbeeldingen
gebruiken.
U kunt meerdere patronen genereren uit hetzelfde voorbeeld tot u het gewenste patroon hebt gevonden.
1 Voer een van de volgende handelingen uit:
• Selecteer de laag die het gebied bevat waarop u het patroon wilt baseren. Aangezien de laag die u selecteert, wordt
vervangen door het gegenereerde patroon, is het aan te raden eerst een kopie van de laag te maken.
• Als u een patroon wilt genereren in een nieuwe laag of in een nieuw bestand, maakt u een rechthoekige selectie van de
afbeelding die u gebruikt om het patroon te maken. Vervolgens kiest u Bewerken > Kopiëren. Vervolgens voegt u een
laag aan de afbeelding toe of maakt u een nieuw bestand met de gewenste afmetingen voor de uiteindelijke afbeelding.
2 Kies Filter > Patroonmaker.
3 Geef de bron van het patroon op.
• Selecteer Klembord als voorbeeld, als u de inhoud wilt gebruiken die u naar het klembord hebt gekopieerd voordat u de
Patroonmaker opende.
• Maak een selectie in het voorvertoningsgebied met het selectiekader van de patroonmaker . U verplaatst het
selectiekader door het naar een andere locatie te slepen.










