Operation Manual
PHOTOSHOP CS3
Handboek
478
U kunt met behulp van een afdrukvoorbeeld van de overdrukinkten uw beeldscherm zo aanpassen dat u het afdrukresultaat
kunt voorspellen. Vergeet niet dat deze aanpassingen alleen van invloed zijn op de weergave van de overdrukkleuren op het
scherm en niet op de afdruk. Zorg ervoor dat u uw monitor kalibreert voordat u deze kleuren aanpast.
De weergave van overdrukkleuren aanpassen
1 Kies Afbeelding > Modus > Duotoon.
2 Klik op Overdrukkleuren. Het dialoogvenster Overdrukkleuren toont hoe de inktcombinatie er uit zal zien na het
afdrukken.
3 Klik op de kleurstaal van de inktcombinatie die u wilt aanpassen.
4 Selecteer de gewenste kleur in de Kleurkiezer en klik op OK.
5 Herhaal de stappen 3 en 4 totdat u tevreden bent met de inktcombinatie. Klik vervolgens op OK.
Duotooninstellingen opslaan en laden
Klik op de knop Opslaan in het dialoogvenster Duotoonopties om een set duotooncurven, inktinstellingen en
overdrukkleuren op te slaan. Klik op de knop Laden om een set duotooncurven, inktinstellingen en overdrukkleuren te
laden. U kunt vervolgens deze instellingen toepassen op andere grijswaardenafbeeldingen.
Photoshop beschikt over verschillende voorbeeldensets van duotoon-, tritoon- en quadtooncurven. Deze sets bevatten
enkele veelgebruikte curven en kleuren. Gebruik deze sets als beginpunten wanneer u uw eigen combinaties gaat maken.
De afzonderlijke kleuren van een duotoonafbeelding bekijken
Duotonen zijn eenkanaalsafbeeldingen: uw aanpassingen op individuele drukinkten worden dus weergegeven als
onderdeel van de uiteindelijke samengestelde afbeelding. In bepaalde gevallen wilt u mogelijk de afzonderlijke “drukplaten”
bekijken om te zien hoe de afzonderlijke kleuren worden gescheiden bij het afdrukken (zoals mogelijk is bij CMYK-
afbeeldingen).
1 Kies nadat u de inktkleuren hebt opgegeven Afbeelding > Modus > Multikanaal.
De afbeelding wordt omgezet in de multikanaalmodus waarbij elk kanaal wordt voorgesteld als een steunkleurkanaal. De
inhoud van elk steunkleurkanaal geeft nauwkeurig de duotooninstellingen weer, maar de samengestelde voorvertoning op
het scherm is mogelijk minder nauwkeurig dan de voorvertoning in de Duotoonmodus.
Opmerking: Als u in de Multikanaalmodus wijzigingen aanbrengt in de afbeelding, kunt u niet terugkeren naar de
oorspronkelijke duotoonstatus (tenzij deze beschikbaar is vanuit het palet Historie). Als u de inktdistributie wilt aanpassen en
de invloed op afzonderlijke drukplaten wilt bekijken, brengt u aanpassingen aan in het dialoogvenster Duotooncurve voordat
u omzet in de Multikanaalmodus.
2 Selecteer het kanaal dat u wilt bekijken in het palet Kanalen.
3 Kies Bewerken > Ongedaan maken Multikanaal om de Duotoonmodus te herstellen.
Duotonen afdrukken
Zoweldevolgordewaarindeinktenwordenafgedruktalsderasterhoekendieugebruikt,zijnbijhetmakenvanduotonen
van zeer grote invloed op de uiteindelijke uitvoer.
Klik op de knop Automatisch in het dialoogvenster Halftoonraster om de optimale rasterhoeken en frequenties in te stellen
(kies Bestand > Afdrukken, kies Uitvoer in het pop-upmenu en klik op Raster). Selecteer Accurate rasters gebruiken in het
dialoogvenster Automatische rasters als u afdrukt op een PostScript Level 2-printer (of hoger) of op een zetmachine die is
uitgerust met een Emerald-controller.
Opmerking: De aanbevolen rasterhoeken en -frequenties voor quadtonen zijn gebaseerd op de aanname dat kanaal 1 wordt
gebruikt voor de donkerste inkt en kanaal 4 voor de lichtste.










