Operation Manual

PHOTOSHOP CS3
Handboek
61
Voorbeelden van rasterfrequenties
A. 65 lpi: grof raster waarmee nieuwsbrieven en reclamefolders worden afgedrukt B. 85 lpi: normaal raster waarmee kranten worden
afgedrukt C. 133 lpi: raster van hoge kwaliteit waarmee kleurentijdschriften worden afgedrukt D. 177 lpi: zeer fijn raster waarmee
jaarverslagen en afbeeldingen in kunstboeken worden afgedrukt
Het aantal pixels wijzigen
Het aantal pixels wijzigen betekent dat u de hoeveelheid afbeeldingsgegevens wijzigt terwijl u de pixelafmetingen of de
resolutie van een afbeelding wijzigt. Wanneer u gaat downsamplen (het aantal pixels verlagen), wordt informatie uit de
afbeelding verwijderd. Wanneer u het aantal pixels vergroot (upsamplen), worden nieuwe pixels toegevoegd. U geeft een
interpolatiemethode op om te bepalen hoe pixels worden toegevoegd of verwijderd.
Het aantal pixels wijzigen
A. Lager aantal pixels B. Origineel C. Groter aantal pixels (geselecteerde pixels weergegeven voor elke set afbeeldingen)
Het wijzigen van het aantal pixels kan kwaliteitsverlies van de afbeelding tot gevolg hebben. Als u bijvoorbeeld het aantal
pixels in een afbeelding vergroot, verliest de afbeelding detail en scherpte. Het toepassen van het filter Onscherp masker op
een afbeelding waarvan het aantal pixels is gewijzigd, kan ervoor zorgen dat de details van de afbeelding weer scherper
worden weergegeven.
U kunt de noodzaak van het wijzigen van het aantal pixels voorkomen door de afbeelding met een voldoende hoge resolutie
te scannen of te maken. Als u een voorvertoning wilt zien van de effecten van het wijzigen van de pixelafmetingen of
proefdrukken wilt maken met verschillende resoluties, wijzigt u het aantal pixels in een kopie van het bestand.
A
B
C D
A
B
C