Operation Manual

32
Reiniging en onderhoud
1
Waarschuwing: voor het schoonmaken moet het apparaat zijn uitge-
schakeld en afgekoeld.
Waarschuwing: uit veiligheidsoverwegingen is het niet toegestaan
het apparaat met een stoom- of een hogedrukreiniger schoon te ma-
ken.
Let op: gebruik geen schuurmiddelen, agressieve schoonmaakmid-
delen of schurende voorwerpen.
Buitenzijde van het apparaat
Neem de voorzijde van het apparaat af met een zachte doek en een
warm sopje.
Gebruik bij metalen oppervlakken de hiervoor in de handel verkrijg-
bare onderhoudsmiddelen.
Kookplaat
1 Let op: Schoonmaakmiddelen mogen niet op de hete glaskeramische
plaat terecht komen! Alle schoonmaakmiddelen moeten na het schoon-
maken met voldoende schoon water worden verwijderd, omdat ze bij
het weer verwarmen bijtend werken. De kookplaat mag alleen worden
schoongemaakt wanneer deze koud is!
Gebruik geen agressieve schoonmaakmiddelen, zoals bijvoorbeeld grill-
of ovensprays, grove schuurmiddelen resp. krassende pannensponzen.
3 Maak de glaskeramische kookplaat na ieder gebruik schoon, wanneer
deze nog slechts handwarm of koud is. Zo voorkomt u het inbranden
van vuil.
Kalk- en watersporen, vetspatten en metaalachtig glanzende verkleu-
ringen kunnen met een in de handel verkrijgbaar schoonmaakmiddel
voor glaskeramiek of roestvrij staal worden verwijderd. Houd u aan de
aanwijzingen van de fabrikant.
Lichte verontreinigingen
1. Maak de glaskeramische plaat schoon met een vochtige doek en een
klein beetje handafwasmiddel.
2. Wrijf de plaat vervolgens droog met een schone doek. Er mogen geen
restanten van schoonmaakmiddelen achterblijven op het oppervlak.