Operation Manual

11
Compartiment réfrigérateur
Nos conseils
• N’entreposez que des aliments frais, nettoyés et enfermés dans des embal-
lages ou récipients appropriés de qualité alimentaire (il en existe de nom-
breux modèles dans le commerce).
Respectez les conseils pour le stockage des denrées, et les règles d’hygiè-
ne alimentaire donnés au paragraphe “ Avertissements importants .
Afin de permettre une circulation d’air correcte, ne couvrez pas les clayet-
tes de papier ou de feuilles en plastique.
Compartiment congélateur
Comment congeler
Votre appareil porte le sigle normalisé 4 étoiles c’est à dire
qu’il vous permet de congeler vous-même des denrées fraîches et des plats
cuisinés.
Congeler un aliment, c’est abaisser le plus rapidement possible sa tempéra-
ture «à cœur» à -18°C.
Pour cela:
Appuyez sur la touche de température ambiante 12 heures avant d’intro-
duire les denrées fraîches si l’appareil contient des denrées congelées, et si
vous utilisez la capacité maximale de congélation.
A la mise en service de l’appareil ou après un dégivrage, nous vous conseil-
lons d’attendre 2 heures avant d’introduire les produits frais dans le com-
partiment congélateur.
Placez les aliments à congeler dans le tiroir supérieur.
Après écoulement du temps nécessaire à la congélation (24 heures) répar-
tissez les produits dans les autres tiroirs de manière à libérer le tiroir supé-
rieur pour une prochaine opération de congélation.
Evitez de procéder à la fabrication des glaçons pendant le temps de congé-
lation (24 heures) et de placer les produits frais en contact avec les produits
déjà congelés.
Attention: Pour obtenir les meilleurs résultats vous devez tenir compte du
pouvoir de congélation de votre appareil, c’est à dire de la quantité maxi-
male de denrées que vous pouvez congeler par 24 heures.
Le pouvoir de congélation est indiqué sur la plaque signalétique de votre
appareil.
34
Koelen van levensmiddelen
Voor een optimaal gebruik van de koelruimte adviseren wij u de volgende
eenvoudige regels in acht te nemen:
• Plaats geen warme of dampende spijzen of dranken in de koelruimte;
dek vooral sterk geurend voedsel af of verpak het;
• plaats de levensmiddelen zo, dat de lucht vrij eromheen kan circuleren.
Enkele belangrijke tips:
Vlees (alle soorten): wordt in plastic zakjes op de glazen plaat boven de
groentelade geplaatst.
Bewaar vlees niet langer dan één of twee dagen.
Gekookt voedsel, koude schotels enz.: kunnen, goed afgedekt, op elk rooster
geplaatst worden.
Fruit en groente: worden schoongemaakt in de groentelade(n) gelegd.
Boter en kaas: worden, om blootstelling aan de lucht te voorkomen, in spe-
ciale koeldozen bewaard of in plastic- of aluminiumfolie verpakt.
Flessen melk: worden, goed gesloten, in het flessenrek geplaatst.
Bewaar niet-luchtdicht verpakte bananen, aardappelen, uien of knoflook
niet in de koelkast.
Invriezenen en diepgevroren opslaan
In uw koelapparaat kunt u diepvriesproducten bewaren en verse levensmid-
delen zelf invriezen.
Attentie!
Voor het invriezen van levensmiddelen dient de temperatuur in de vrie-
sruimte –18 °C of lager te zijn.
• Let op het op het typeplaatje aangegeven vriesvermogen. Het vries-vermo-
gen is de maximale hoeveelheid verse waren die binnen 24 uur ingevroren
kunnen worden. Als er gedurende meerdere dagen achter elkaar ingevro-
ren wordt, neem dan slechts 2/3 tot 3/4 van de hoeveelheid aangegeven op
het typeplaatje. De kwaliteit is beter, als de levensmiddelen snel tot in de
kern bevriezen.
Warme levensmiddelen voor het invriezen laten afkoelen. De warmte leidt
tot verhoogde ijsvorming en verhoogt het energieverbruik.
• Bij het bewaren van kantenklare diepvriesproducten dient u zich beslist aan
de door de fabrikant opgegeven bewaartijd te houden.
Eenmaal ontdooide levensmiddelen zonder verdere verwerking (bereiden
tot panklare gerechten) in geen geval een tweede keer invriezen.
• Containers met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door de