CP 33..
A B C K D L E F G M H I J N O 1 2
P T Q R U S 2 a e b f g h i c j d k 3 3
a 4 b 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14
15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 5
27 31 6 28 29 30 32 33
34 35 36 37 38 39 40 41 42 7
klant, l Geachte wij verzoeken u deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door te lezen. Let vooral op de veiligheidsaanwijzingen! Bewaar de gebruiksaanwijzing om deze later te raadplegen en geef hem aan eventuele latere eigenaars van het apparaat door. Inhoud 1 1.1 1.2 1.3 Legenda Uitrusting (afbeelding 1) Bovenaanzicht (afbeelding 2) Bedieningspaneel (afbeelding 3) 110 110 110 110 2 Koffie en espresso 111 3 Veiligheidsvoorschriften 111 4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.
l 1 Legenda 1.1 Uitrusting (afbeelding 1) A B C D E F G H I J K L M N O 1.
l 2 Koffie en espresso • • • • • • • Uw volautomatische machine garandeert zeer eenvoudige bediening, bij het koffiezetten en bij onderhoud en verzorging.
l • Geen ontvlambare vloeistoffen met stoom verhitten! • Het apparaat alleen gebruiken als er zich water in het systeem bevindt! Alleen koud water in de watertank doen, geen heet water, melk of andere vloeistoffen. Neem de max. vulhoeveelheid van 1,5 liter in acht. • Geen bevroren of gekarameliseerde koffiebonen in het bonenreservoir doen, alleen gebrande koffiebonen! Verwijder vreemde elementen uit de koffiebonen. Anders kunt u geen aanspraak maken op garantie.
l 4 Eerste ingebruikneming 4.1 Apparaat opstellen en aansluiten 0 0 0 0 0 4.2 0 Trek de watertank uit het apparaat (afbeelding 7). 0 Vul de watertank met vers koud water (afbeelding 8). Kies een passende, horizontale, stabiele, onverwarmde, droge en water3 bestendige ondergrond. Zorg voor een goede luchtcirculatie. Attentie! Als het apparaat vanuit de 0 kou in een warme ruimte wordt opgesteld, moet u ca.
l 4.4 4.5 Waterhardheid instellen Na de eerste ingebruikneming of bij gebruik van een andere waterkwaliteit moet u het apparaat instellen op de waterhardheidsstand die overeenkomt met de plaatselijke waterhardheid. Gebruik het bijgeleverde teststaafje om de hardheidsstand te bepalen of vraag bij uw watermaatschappij naar de hardheid. Bepalen van het waterhardheidsniveau 0 Doop hiervoor het teststrookje ca. 1 seconde in koud water.
l 5 Koffie zetten met bonen 1 5.1 Het volgende proces vindt volautomatisch plaats als u koffie zet met bonen: malen, portioneren, persen, voorkoken, zetten en uitwerpen van de verbruikte gemalen koffie. 5.2 Door middel van de maalgraad en de maalhoeveelheid kunt u het apparaat individueel op uw persoonlijke smaak instellen. 0 Denk eraan dat u alleen zuivere bonen zonder toevoeging van gekarameliseerde of gearomatiseerde bestanddelen en ook geen bevroren bonen mag gebruiken.
l 3 5.4 Om de koffiemaalhoeveelheid niet elke keer bij het inschakelen van het apparaat opnieuw te hoeven kiezen kunt u de koffiemaalhoeveelheid afhankelijk van de kopgrootte vast opslaan. Instructies daarvoor vindt u in de paragraaf "Koffiemaalhoeveelheid veranderen en opslaan" op pagina 118. Koffie tappen 1 Attentie! Vergewis u ervan dat er geen poeder in de schacht achtergebleven is en er mogen ook geen vreemde elementen in de schacht komen.
l 3 Voor een portie cappuccino vult u een groot kopje voor 1/2 tot 2/3 met espresso en doet u vervolgens de opgeschuimde melk erbij. Attentie! Verbrandingsgevaar als het stoompijpje actief is! Uitstromend heet water of hete stoom kan tot brandwonden leiden. Activeer het stoompijpje daarom pas als het in de melk gedompeld is. 0 Om stoom voor te bereiden drukt u op de Toets “Stoomkeuze” (afbeelding 3, e) . Het indicatielampje brandt en het Indicatielampje “Apparaat warmt op” (afbeelding 3, g) knippert.
l 8 Heet water maken 3 Het hete water kan gebruikt worden om kopjes voor te verwarmen en voor het maken van hete dranken, zoals thee en instant-soep. Attentie! Verbrandingsgevaar als het stoompijpje actief is! Uitstromend heet water kan tot brandwonden leiden. Activeer het stoompijpje alleen als u een kopje of bakje onder het stoompijpje houdt. 0 Zet een bakje onder het heetwaterpijpje. Draai de Draaiknop voor stoom en heet water (afbeelding 1, D) in de stand (afbeelding 19).
l 0 Druk op de Toets voor 1 kopje koffie (afbeelding 3, b) om een kopje koffie te maken. Tijdens het malen verandert u de instelling van de maalgraad met de Hendel voor instelling van maalgraad (afbeelding 2, U) en (afbeelding 22).
l heid, die in dit geval de uitschakeltijd aangeeft. De uitschakeltijden worden als volgt aangegeven: 1 uur 2 uur 3 uur 4 uur 5 uur 0 0 0 0 0 14 15 In de fabriek is de uitschakeltijd op 3 uur ingesteld. Deze instelling kunt u als volgt veranderen: Schakel het apparaat in en wacht tot 15.1 het in de basistoestand is. 1 Druk gelijktijdig op de Toets voor 2 kopjes koffie (afbeelding 3, a) en de Toets “Aan/uit” (afbeelding 3, f) . Houd de 2 toetsen ca.
l 0 Reinig regelmatig, minstens eens per 3 week, Watertank (afbeelding 1, M), Afdruipbakje (afbeelding 1, J), Afdruiprooster (afbeelding 1, H) en Koffiedikreservoir (afbeelding 1, G) met 15.4 warm water, mild afwasmiddel en evt. een kwast. 0 Neem van tijd tot tijd het bonenreservoir uit het apparaat en verwijder achtergebleven resten. 1 0 Neem elke keer na het opschuimen van melk het opschuimhulpstuk van de 0 machine en reinig dit grondig om melkresten te verwijderen.
l Let er bij het monteren van de maalring op dat beide haken aan de maalringhouder in de betreffende openingen komen (afbeelding 25). Anders ontstaan er beschadigingen aan het maalmechanisme. 0 Draai de Hendel voor instelling van maalgraad (afbeelding 2, U) ca. 1 slag tegen de klok in tot hij niet meer verder gaat. 0 Breng het bonenreservoir in de stand “Ontgrendelingreservoir” weer op het apparaat en draai het in de stand “Koffiebonen” .
l 15.6 Reinigingsprogramma uitvoeren Met het reinigingsprogramma kan het apparaat op anders niet toegankelijke plaatsen grondig schoongemaakt worden. Start het reinigingsprogramma uiterlijk wanneer het indicatielampje van de Toets “Reinigen” (afbeelding 3, k) knippert. Het reinigingsproces duurt ca. 8 minuten en mag niet onderbroken worden. 3 0 0 0 0 0 0 3 maalhoeveelheid branden afwisselend. Het programma voert 6 cycli met reinigingsvloeistof uit.
l 0 0 0 0 0 0 0 Fase 1: ontkalkingsfase en fase 2: spoelfase. Bij stroomuitval of onderbreking moet het programma opnieuw gestart worden! Fase 1: ontkalken Voordat u het ontkalkingsprogramma start, schakelt u het apparaat uit en reinigt u de koffiezeteenheid (zie paragraaf "Koffiezeteenheid reinigen" pagina 122). De koffiezeteenheid wordt na de eerste ontkalking weer in het apparaat geplaatst. Breng de servicedeur weer aan. Leeg het koffiedikreservoir en zet het weer in het apparaat.
l 16 Wat te doen als ... • ... het koffiezetten onderbroken wordt en het Indicatielampje “Watertank vullen” (afbeelding 3, i) knippert? – Watertank is leeg: watertank vullen en zo nodig nogmaals op toets of toets drukken. – Watertank is niet correct aangebracht: controleren of de watertank goed op zijn plaats zit. – Koffie is te fijn gemalen: koffiezeteenheid reinigen en maalgraad veranderen. • ...
l • • • • 126 – Resten van koffiebonen in de sluiting van het bonenreservoir klem geraakt: sluiting van het bonenreservoir van bonenresten ontdoen ... de molen bij het malen zeer hard geluid veroorzaakt? – Maalmechanisme door vreemde elementen geblokkeerd: vreemde elementen volgens handleiding verwijderen, zie "Maalmechanisme reinigen" pagina 121. Indien nodig door de klantendienst laten controleren. – Het apparaat kan wel nog met poederkoffie gebruikt worden. ...
l 1 x knipperen = 1 kopje De knippersignalen worden continu herhaald; voor elke herhaling gaan alle indicatielampjes tegelijk even aan. 0 Tel het aantal van de afzonderlijke knippersignalen. Voorbeeld: de volgende knipperserie komt overeen met 1529 kopjes. 0 x knipperen 1 x knipperen 5 x knipperen 2 x knipperen 9 x knipperen 0 Met de Toets “Reinigen” (afbeelding 3, k) verlaat u deze modus.
Electrolux Hausgeräte Vertriebs GmbH Muggenhofer Str. 135 D-90429 Nürnberg http://www.electrolux.