Operation Manual

Opstel- en aansluitaanwijzing
35
Beveiliging tegen wateroverlast
Ter voorkoming van schade door wateroverlast is de afwasautomaat
uitgerust met een beveiliging tegen wateroverlast.
Bij storingen onderbreekt het veiligheidsventiel in het apparaat direct
de watertoevoer en wordt de afvoerpomp ingeschakeld. Hierdoor kan
het water niet naar buiten stromen of overlopen. Restwater dat zich in
het apparaat bevindt wordt automatisch weggepompt.
1
De beveiliging tegen wateroverlast functioneert ook wanneer het
apparaat is uitgeschakeld. Het apparaat moet echter wel zijn aangeslo-
ten op het elektriciteitsnet.
Elektrische aansluiting
1
Volgens de voorwaarden van de elektriciteitsbedrijven mag een vaste
aansluiting aan het elektriciteitsnet alleen door een erkend elektro-
installateur worden uitgevoerd.
Bij de aansluiting moet aan de algemeen en plaatselijk geldende voor-
schriften van het elektriciteitsbedrijf strikt de hand worden gehouden.
Na de inbouw mogen volgens EN 60335/DIN VDE 0700 spanning voe-
rende onderdelen en geïsoleerde leidingen niet aanraakbaar zijn.
Gegevens voor de elektrische aansluiting vindt u op het typeplaatje op
de rechter binnenrand van de deur. Als het toestel omschakelbaar is
uitgevoerd, dient u zich bovendien aan de aanwijzingen op het
omschakelschema te houden dat zich in de snoeraansluitdoos bevindt.
Controleer vóór het aansluiten, of de op het typeplaatje aangegeven
netspanning en stroomsoort overeenkomen met netspanning en
stroomsoort op de plaats van opstelling. Op het typeplaatje vindt u ook
de vereiste zekering.
Om de afwasautomaat van het net te scheiden, stekker uit het stopcon-
tact trekken.
Attentie: de stekker moet na opstelling van het apparaat bereikbaar
blijven.
Is het toestel d.m.v. een vaste aansluiting met het net ver-bonden, dan
moet het door maatregelen in de installatie met een inrichting die alle
polen (N, L1) onderbreekt (bijv. aardlekschakelaar) met een contacto-
pening van > 3 mm van het net worden gescheiden.