L 61473 FL L 61476 FL WASAUTOMAAT GEBRUIKSAANWIJZING
INHOUD 4 6 6 7 7 8 11 14 14 14 15 16 17 19 21 26 29 VEILIGHEIDSINFORMATIE MILIEUBESCHERMING TECHNISCHE INFORMATIE BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT ACCESSOIRES BEDIENINGSPANEEL PROGRAMMA’S VOOR HET EERSTE GEBRUIK BEDIENING VAN HET APPARAAT WASGOED IN DE MACHINE DOEN WASMIDDEL EN ADDITIEVEN (WASVERZACHTER, VLEKKENMIDDEL) TOEVOEGEN EEN PROGRAMMA INSTELLEN EN STARTEN AAN HET EINDE VAN HET PROGRAMMA AANWIJZINGEN EN TIPS ONDERHOUD EN REINIGING PROBLEEMOPLOSSING MONTAGE KLANTENSERVICE Wanneer u contact opneemt me
NEDERLANDS 3 VOOR PERFECTE RESULTATEN Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees deze handleiding aandachtig door voordat u het apparaat installeert of gebruikt: • Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen • Voor het milieu • Voor de correcte werking van het apparaat. Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, ook wanneer u het verplaatst of aan een ander geeft. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade veroorzaakt door een foutieve installatie.
NEDERLANDS • Alleen een erkende persoon mag de elektrische installatie, het loodgieterswerk en de installatie van het apparaat uitvoeren. Dit om het risico op structurele schade of lichamelijk letsel te voorkomen. • Installeer of gebruik het apparaat niet op een plek waar de temperatuur onder de 0 °C komt. • Als u het apparaat installeert op vloerbedekking, dient u ervoor te zorgen dat er luchtcirculatie is tussen het apparaat en de vloerbedekking.
MILIEUBESCHERMING VERPAKKINGSMATERIALEN Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. MILIEUTIPS Gebruik minder water en energie om het milieu te helpen, volg deze instructies: • Stel een programma in zonder de voorwasfase om wasgoed dat normaal vervuild is te wassen. • Start een wasprogramma altijd met de maximum hoeveelheid wasgoed. • Gebruik indien nodig een vlekkenverwijderaar als u een programma met een lage temperatuur instelt.
NEDERLANDS BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT 1 2 3 8 9 10 4 5 11 6 7 12 1 Bovenblad 2 Afwasmiddeldoseerbakje 7 Stelvoetjes 8 Afvoerslang 3 Bedieningspaneel 4 Handgreep 9 Watertoevoerklep 10 Hoofdkabel 5 Typeplaatje 6 Afvoerpomp 11 Transportbouten 12 Stelvoetjes ACCESSOIRES 1 2 4 3 1 Moersleutel Om de transportbouten te verwijderen. 2 Plastic dopjes Voor het afdichten van de gaten aan de achterzijde van het apparaat nadat u de transportbouten hebt verwijderd.
BEDIENINGSPANEEL 1 2 3 9 1 Aan/Uit-toets (Aan/Uit) 2 Programmaknop 3 Display 4 Toets Start/Pauze (Start/Pauze) 5 Startuitstel-toets 6 Tijd Besparen-toets 7 Extra Spoelen-toets 8 Toets Centrifugeren (TPM) 9 Temperatuurtoets(Temp. °C) AAN/UIT-TOETS 1 8 7 6 5 4 • Er een programma is geselecteerd, maar na 5 minuten van de instelling nog niet op de toets is gedrukt. 4 . – Alle instellingen worden geannuleerd – Druk op de knop 1 om het apparaat weer in te schakelen.
NEDERLANDS 9 Op het display verschijnt: A • De programmatijd Als het programma start, vermindert de tijd in stappen van 1 minuut. • De uitgestelde start Als u op de toets startuitstel drukt, toont de display de uitstelde starttijd. • Alarmcodes Als er een storing in het apparaat optreedt, worden er alarmcodes op de display weergegeven. Raadpleeg het hoofdstuk 'Probleemoplossing'.
pompt geen water af als het programma is voltooid. De functie 'Spoelstop' is aan. TEMPERATUURTOETS 9 Druk op knop 9 om de standaard temperatuur te wijzigen. = koud water GELUIDSSIGNALENFUNCTIE U hoort geluidssignalen als: • U het apparaat inschakelt. • U het apparaat uitschakelt. • U op een toets drukt. • Het programma is voltooid. • Het apparaat ondervindt een storing. Voor het uitschakelen/inschakelen van de geluidssignalen, drukt u tegelijkertijd op toets 8 en toets 9 gedurende 6 seconden.
NEDERLANDS 11 PROGRAMMA’S Programma Temperatuur Type lading max. gewicht van belading Cyclus beschrijving Functies Katoen 95° - Koud Wit en bont katoen, normaal vervuild. max. 7 kg Wassen Spoelgangen Lang centrifugeren KORT CENTRIFUGEREN SPOELSTOP EXTRA SPOELEN TIJD BESPAREN1) Katoen + Voorwas 95° - Koud Wit en bont katoen, zwaar vervuild. max. 7 kg Voorwas Wassen Spoelgangen Lang centrifugeren KORT CENTRIFUGEREN SPOELSTOP EXTRA SPOELEN TIJD BESPAREN1) Katoen + Vlekken 95° - 40° max.
Programma Temperatuur Type lading max. gewicht van belading Cyclus beschrijving Pompen Alle stoffen De maximale belading van wasgoed is afhankelijk van het type wasgoed. Afvoer van het water Spoelen Handwasartikelen. Spoelgangen Lang centrifugeren KORT CENTRIFUGEREN SPOELSTOP EXTRA SPOELEN Gordijnen 40° - Koud Stel dit programma in om gordijnen te wassen. Het voegt automatisch de voorwasfase toe om het stof uit de gordijnen te reinigen. Voeg geen wasmiddel toe aan het voorwasvakje. max.
NEDERLANDS 13 VERBRUIKSWAARDEN Energieverbruik (kWh)2) Waterverbruik (liter)2) Witte katoen 95° C 2.3 66 Katoen 60 °C 1.3 62 Katoen 40 °C 0.8 62 Synthetische stoffen 40 °C 0.53 45 Fijne was 40 °C 0.57 53 Wol/Handwas 30 °C 0.25 45 Programma1) 1) Raadpleeg het display voor de programmatijd. 2) De consumptiegegevens die in dit overzicht worden weergegeven, zijn indicatief.
VOOR HET EERSTE GEBRUIK 1. Giet 2 liter water in het vakje voor het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade om het afvoersysteem te activeren. 2. Giet een klein beetje wasmiddel in het vakje van het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade. Stel het programma voor katoen in op de hoogste temperatuur zonder wasgoed en start het programma. Dit verwijdert al het mogelijke vuil uit de trommel en de kuip. BEDIENING VAN HET APPARAAT 5. Gebruik de juiste hoeveelheid wasmiddelen en toevoegingen. 6.
NEDERLANDS 15 WASMIDDEL EN ADDITIEVEN (WASVERZACHTER, VLEKKENMIDDEL) TOEVOEGEN Het doseerbakje voor de voorwasfase, het inweekprogramma en voor de vlekkenfunctie. Voeg inweek-, vlekken- en voorwasmiddelen toe voordat u het programma start. Het vakje voor het wasmiddel van de wasfase. Als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, dient u dit direct voor het starten van het programma te plaatsen. Vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen (wasverzachter, stijfsel).
3. Draai de klep omhoog om poederwasmiddel te gebruiken. 4. Draai de klep omlaag om vloeibaar wasmiddel te gebruiken. Met de klep in de stand OMLAAG: – Gebruik geen gelatineachtige of dikke vloeibare wasmiddelen. – Giet niet meer vloeibaar wasmiddel in het vakje dan de limiet op de klep. – Stel de voorwasfase niet in. – Stel de startuitstelfunctie niet in. 5. 6. Meet het wasmiddel en wasverzachter af. Sluit de wasmiddeldoseerlade voorzichtig.
NEDERLANDS 2. Zet de programmaknop op een nieuw afwasprogramma. Op dit moment kunt u ook de beschikbare functies instellen. Het apparaat pompt geen water weg. EEN FUNCTIE WIJZIGEN U kunt slechts enkele functies wijzigen voordat ze gaan werken. 1. Als u op de toets 4 drukt: Het indicatielampje knippert. 2. De ingestelde functie wijzigen. HET STARTUITSTEL INSTELLEN 1. Druk herhaaldelijk op toets 5 tot het aantal minuten of uren op de display verschijnt. 2.
Als u het apparaat weer inschakelt, wordt het einde van het als laatste ingestelde programma in de display weergegeven. Draai de programmaknop om een nieuwe cyclus in te stellen. • Haal het wasgoed uit de wasmachine. Zorg ervoor dat de trommel leeg is. • Laat de deur iets open staan om de vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen. • Draai de waterkraan dicht.
NEDERLANDS 19 AANWIJZINGEN EN TIPS WASGOED SORTEREN • Verdeel het wasgoed in: wit, bont, synthetisch, fijne was en wol. • Volg de wasinstructies die u op de waslabels van het wasgoed vindt. • Was witte en bonte artikelen niet samen. • Sommige bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen. We raden daarom aan om dit soort kleding de eerste keer dan ook apart te wassen. • Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Maak riemen vast.
Waterhardheidstabel Niveau Type Waterhardheid °dH °TH mmol/l Clarke 1 zacht 0-7 0-15 0-1.5 0-9 2 medium 8-14 16-25 1.6-2.5 10-16 3 hard 15-21 26-37 2.6-3.7 17-25 4 erg hard > 21 > 37 >3.
NEDERLANDS 21 ONDERHOUD EN REINIGING WAARSCHUWING! Haal de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat reinigt. ONTKALKEN Het water dat wij gebruiken, bevat kalk. Als het nodig is dient u waterverzachter te gebruiken om deze kalk te verwijderen. Gebruik een speciaal product voor wasautomaten. Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van de producent. Doe dit apart van het wassen van wasgoed. BUITENKANT REINIGEN Het apparaat alleen schoonmaken met zeep en warm water.
WASMIDDELDOSEERLADE De wasmiddeldoseerlade reinigen: 1. Druk op de hendel. 2. Trek de doseerlade naar buiten. 1 2 3. 4. 5. 6. AFVOERPOMP Controleer de afvoerpomp regelmatig en zorg dat deze schoon is. De pomp schoonmaken als: • Het apparaat pompt geen water weg. • De trommel niet kan draaien. • Het apparaat een ongebruikelijk geluid maakt door een blokkade in de afvoerpomp. • De display een alarmcode weergeeft door een probleem met de waterafvoer.
NEDERLANDS 23 De afvoerpomp reinigen: 1. Open het afvoerpompdeurtje. 2. 3. 4. 1 Plaats een bak onder de uitsparing van de afvoerpomp om het uitstromende water op te vangen. Druk de twee hendels in en trek het afvoerkanaal naar voren om het water eruit te laten stromen. Als de bak vol met water is, duwt u het afvoerkanaal terug en leegt u de bak. Herhaal stap 3 en 4 tot er geen water meer uit de afvoerpomp stroomt. 5. Duw het afvoerkanaal terug en draai het filter om het te verwijderen. 6.
8. 1 2 9. Reinig het filter onder de waterkraan en plaats het terug in de speciale geleiders van de pomp. Zorg ervoor dat het filter stevig vastzit om waterlekkage te voorkomen. 11. Sluit het afvoerpompdeurtje. HET FILTER VAN DE TOEVOERSLANG EN HET KLEPFILTER • Het lampje van toets 4 knippert en de display het bijbehorende alarm weergeeft. Raadpleeg 'Probleemoplossing'. Het kan nodig zijn filters te reinigen als: • Het apparaat niet met water wordt gevuld. • De machine langdurig water vult.
NEDERLANDS 6. 7. 35° 25 Installeer de watertoevoerslang opnieuw. Zorg ervoor dat de koppelingen stevig vast zitten om lekkage te voorkomen. Draai de waterkraan open. 45° NOODAFVOER Het apparaat kan geen water afvoeren door een storing. Als dit optreedt, voert u stap (1) tot en met (6) van "De afvoerpomp reinigen" uit. Maak de pomp zo nodig schoon. Plaats het afvoerkanaal terug en sluit de afvoerpompklep.
PROBLEEMOPLOSSING Het apparaat start niet of stopt tijdens het programma. Probeer eerst het probleem zelf op te lossen (zie tabel). Indien dit niet lukt, neem contact op met de service afdeling. Bij sommige problemen werken de geluidssignalen en toont de display een alarmcode: • - Het apparaat wordt niet gevuld met water. Probleem • - Het apparaat pompt geen water weg. • - De deur is open of niet goed gesloten. • - Anti-overstromingsbeveiliging is aan.
NEDERLANDS Probleem Mogelijke oorzaak Anti-overstromingsbeveilliging is aan. Het apparaat centrifugeert niet. 27 Mogelijke oplossing • Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact. • Draai de waterkraan dicht. • Neem contact op met het servicecentrum. De centrifugafase is uit. Stel het centrifugeprogramma in. Het filter in de afvoerpomp is geblokkeerd. Reinig het filter of maak de afvoerpomp schoon. Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing De lading is erg klein. Meer wasgoed in de machine doen. Het apparaat vult zich met water en pompt het direct weer af. Het uiteinde van de afvoerslang is te laag. Zorg dat de afvoerslang op de juiste hoogte staat. Het wasresultaat is niet bevredigend. Het door u gebruikte wasmiddel was niet correct of onvoldoende. Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander middel. U heeft de hardnekkige vlekken niet voor het wassen uit het wasgoed gehaald.
NEDERLANDS 29 MONTAGE UITPAKKEN 1. Gebruik de handschoenen. De externe folie eraf trekken. Gebruik zo nodig een mes. 2. 3. Verwijder de kartonnen bovenkant. Verwijder de piepschuim verpakkingsmaterialen. 4. De interne folie eraf trekken. 5. Open de trommel en verwijder alle materialen.
6. Kantel het apparaat achterover. Plaats het apparaat met de achterzijde voorzichtig op het kartonnen deksel. Zorg dat u de slangen niet beschadigt. 7. Verwijder de piepschuim bescherming van de onderkant. Zet het apparaat weer rechtop. 8. 1 2 9. Verwijder het aansluitsnoer en de afvoerslang van de slanghouders. 10. Draai de drie transportbouten los. Gebruik de bij het apparaat geleverde moersleutel. 11. Trek de bouten met de plastic tussenstukken eruit.
NEDERLANDS 31 12. Vervang de plastic tussenstukken door de plastic doppen. U vindt deze doppen in de zak van de gebruikershandleiding. – Wij raden u aan om alle transportbouten en verpakking te bewaren voor als u het apparaat gaat verplaatsen. – Als de machine in de winter wordt afgeleverd, als de temperatuur onder nul is, zet u de wasmachine 24 uur in een ruimte met kamertemperatuur voordat u ze in gebruik neemt. PLAATSING EN WATERPAS ZETTEN x4 • Installeer het apparaat op een vlakke harde vloer.
• Het apparaat moet waterpas en stabiel staan. LET OP! Plaats geen karton, hout of vergelijkbare materialen onder de voeten van het apparaat om deze waterpas te stellen. DE TOEVOERSLANG • Sluit de slang aan op het apparaat. Draai de toevoerslang alleen naar links of rechts. Maak de ringmoer los om hem in de juiste stand te zetten. 35 O 45 O • Sluit de watertoevoerslang aan op een koudwaterkraan met 3/4-schroefdraad. LET OP! Zorg ervoor dat de koppelingen niet lekken.
NEDERLANDS 33 Waterstop A De watertoevoerslang is voorzien van een waterstop. Dit toestel voorkomt lekkage in de slang door natuurlijke slijtage. Het rode gedeelte in het venster «A» toont deze storing. Als dit gebeurt, draait u de kraan dicht en neemt u contact op met de klantenservice om de slang te laten vervangen. WATERAFVOER Er zijn verschillende procedures om de afvoerslang aan te sluiten: Met de plastic slanggeleider. • Op de rand van een gootsteen.
Zonder de plastic slanggeleider. • Op een gootsteenafvoer. Raadpleeg de illustratie. Plaats de afvoerslang in de gootsteenafvoer en draai vast met een clip. Zorg dat de afvoerslang een bocht maakt om te voorkomen dat resterende deeltjes uit de gootsteen in het apparaat komen. • Direct op een ingebouwde afvoerpomp in de kamerwand en zet vast met een klem. U kunt de afvoerslang maximaal 400 cm verlengen. Neem contact op met de klantenservice voor de andere afvoerslang en de verlenging.
NEDERLANDS 35
www.aeg.