Operation Manual
Gebruik een speciaal product voor was-
automaten. Volg altijd de instructies die
u vindt op de verpakking van de produ-
cent.
Doe dit apart van het wassen van was-
goed.
BUITENKANT REINIGEN
Het apparaat alleen schoonmaken met
zeep en warm water. Maak alle opper-
vlakken volledig droog.
LET OP!
Gebruik geen brandspiritus, op-
losmiddelen of chemische pro-
ducten.
ONDERHOUDSWASBEURT
Bij programma's met lage temperatu-
ren is het mogelijk dat er wat wasmid-
del achterblijft in de trommel. Voer re-
gelmatig een onderhoudswas uit. Om
dit te doen:
• Haal al het wasgoed uit de trommel.
• Stel het heetste wasprogramma in
voor katoen
• Gebruik de juiste hoeveelheid poe-
derwasmiddel met biologische ei-
genschappen.
Houd de deur enige tijd open na elke
wasbeurt, om schimmels te voorkomen
en onprettige geurtjes te verwijderen.
WASMIDDELDOSEERBAKJE
Het wasmiddelbakje reinigen:
1. Verwijder de wasmiddellade en
maak de twee delen los.
2. Maak alle onderdelen schoon met
water.
3. Monteer de twee delen van de was-
middellade.
4. Plaats de wasmiddellade terug.
AFVOERFILTER
Controleer regelmatig het af-
voerfilter en zorg dat deze
schoon is.
WAARSCHUWING!
• Trek de stekker uit het stop-
contact.
• Verwijder het filter niet als het
apparaat in gebruik is. Reinig
het afvoerfilter niet als het wa-
ter in de machine heet is. Het
water moet koud zijn voordat
u het afvoerfilter kunt reini-
gen.
Het afvoerfilter reinigen:
18