User manual

59
Montage - fig. 3
Trek de symmetrieassen over, houd het boorsjabloon (1)
tegen de wand en markeer de positie van de boorgaten. Boor
vervolgens de gaten (2 x Ø 8 mm) (2).
Breng de pluggen aan en bevestig de beide haken (3).
Haak de afzuigkap vast aan de ogen achter de uitloop voor
het afvoerkanaal en richt deze in horizontale positie uit d.m.v.
de stelschroeven (4).
Verwijder de metalen vetfilters (5) en markeer de positie van
de twee boorgaten (2 x Ø 8 mm) op de wand (6). Daarna de
afzuigkap verwijderen en de gaten boren. Breng de pluggen
aan (7) en haak de afzuigkap weer vast. Gebruik de schroe-
ven (8) om de afzuigkap waterpas te krijgen. Draai vervol-
gens de schroeven (9) vast om de afzuigkap te fixeren.
Bevestig de montagestrip (10) m.b.v. pluggen (9) en schroe-
ven (11). Hij dient exact boven het midden van de afzuigkap te
worden aangebracht en volkomen waterpas te zijn.
Afzuigversie (S): Bevestig een pijp/slang tussen de afvoer-
opening en de muurkast of muur/dakaansluiting met de
bijgeleverde slangklemmen.
Circulatieversie (K): bevestig het T-stuk m.b.v. twee bouten
(2,9x13 mm) (13).
Sluit de afzuigkap op de stroom aan (14) (zie het hoofdstuk
Elektrische aansluiting).
Bevestig de ombouw van het afvoerkanaal met twee bouten
(16) (2,9x6,5 mm) aan de montagestrip (15). Laat het
onderste deel van de ombouw tot op de afzuigkap zakken
(17) en fixeer deze met twee bouten (2,9x6,5 mm).