User manual
32 818 14 07-02/7
Reiniging en onderhoud
Om hygiënische redenen dient het apparaat aan de binnenkant met
toebehoren geregeld gereinigd te worden.
1
Waarschuwing!
• Het apparaat mag tijdens het schoonmaken niet op het lichtnet aan-
gesloten zijn. Gevaar voor elektrische schok! Voor het schoonmaken
het apparaat uitschakelen en de stekker uit het stopcontact halen of
de zekering uitschakelen er resp. uithalen.
• Het apparaat nooit met stoomapparaten schoonmaken. Er zou anders
vocht in de elektrische onderdelen kunnen komen, gevaar voor elek-
trische schokken! Hete damp kan de kunststof onderdelen beschadi-
gen.
• Het apparaat dient droog te zijn voordat het weer in gebruik geno-
men wordt.
Let op!
• Etherische oliën en organische oplosmiddelen kunnen kunststof
onderdelen aantasten, bijv.
– sap van de schil van citroenen of sinaasappels;
– boterzuur;
– schoonmaakmiddelen die azijnzuur bevatten.
Dergelijke substanties niet met de apparaatonderdelen in contact
brengen.
• Geen schurende schoonmaakmiddelen gebruiken.
0 Als alleen de koelruimte schoongemaakt moet worden, een paar uur
tevoren de FROSTMATIC toets indrukken, om voor de stroomonderbre-
king voor genoeg koudereserve in de diepvriesruimte te zorgen. Deur
van diepvriesruimte daarna niet meer openen.
0 Diepvriesruimte voor het schoonmaken ontdooien (zie Hoofdstuk "Ont-
dooien").
0 Koel- en diepvriesruimte uitschakelen en de stekker uit het stopcontact
halen of de zekering uitschakelen, er resp. uithalen.
0 Apparaat binnen en buiten met een doek en lauwwarm water schoon-
maken. Eventueel een beetje normaal afwasmiddel toevoegen.
0 Daarna met schoon water afnemen en droogmaken.
0 Het afvoergat voor dooiwater aan de achterwand van de koelruimte
controleren. Een verstopt afvoergat voor dooiwater met behulp van een
draad schoonmaken.