User manual
103
… de kookzones niet ingeschakeld kunnen worden?
Controleer dan of,
– het bedieningsgedeelte vergrendeld is (zie hoofdstuk “Bedieningsge-
deelte vergrendelen”).
– er tussen het bedienen van de aan/uit schakelaar en het inschakelen
van de gewenste kookzone een periode van meer dan 10 seconden
heeft gelegen (zie hoofdstuk “Toestel inschakelen”).
– het sensorgedeelte deels door een vochtige doek of vloeistof bedekt
is.
… de display op _ resp. h voor restwarmte plotseling uitvalt?
Controleer dan of,
– de aan/uit schakelaar per ongeluk bediend werd.
– het sensorgedeelte deels door een vochtige doek, vloeistof of iets
dergelijks bedekt is.
– de veiligheidsfunctie in werking getreden is.
… na het uitschakelen van de kookzones geen _ resp. h voor rest-
warmte op de display verschijnt?
Controleer dan of,
– de kookzone slechts kort ingeschakeld is geweest en daardoor nog
niet warm genoeg is.
Mocht de kookzone warm zijn, neem dan contact op met de service-
dienst.
… een kookzone niet uitgeschakeld kan worden?
Controleer dan of,
– de sensortoetsen deels door een vochtige doek of vloeistof bedekt
zijn.
– de vergrendeling ingeschakeld is.
… een kookzone niet ingeschakeld kan worden?
Controleer dan of,
– de vergrendeling ingeschakeld is.
… in de display f knippert?
Controleer dan of,
– het kookgerei op de juiste kookzone staat,
– de bodemdiameter van de pan voor de betreffende kookzone te klein
is,
– het kookgerei geschikt is voor inductiekoken.