ARCTIS Tisch-Gefrierschrank electronic Tafelmodel diepvriezer electronic Congélateur table top électronique D Gebrauchsanweisung N Gebruiksaanwijzing F Mode d’emploi
Geachte klant, Lees eerst aandachtig de gebruiksaanwijzing door voordat u uw nieuwe koelapparaat in gebruik neemt. Hierin staat belangrijke informatie over een veilig gebruik, over het opstellen en over het onderhoud van het apparaat. De gebruiksaanwijzing s.v.p. bewaren om later nog eens iets na te kunnen lezen. Aan eventuele volgende bezitters van het apparaat doorgeven. Deze gebruiksaanwijzing is voor meerdere, technisch vergelijkbare modellen in diverse uitvoeringen bestemd. S.v.p.
Inhoud Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Weggooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 Informatie over de verpakking van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 Weggooien van oude apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 Transportbescherming verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Veiligheid De veiligheid van onze koelapparaten voldoet aan de Europese en Nederlandse normen. Desondanks zien wij ons genoodzaakt u met de volgende veiligheidsaanwijzingen vertrouwd te maken: Toepassing volgens de voorschriften • Het apparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd. Het is geschikt voor het invriezen en diepgevroren bewaren van levensmiddelen en voor het maken van ijs. Als het apparaat voor andere doeleinden gebruikt wordt kan de fabrikant geen verantwoording nemen voor eventuele schade.
Veiligheid 26 wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgesloten raken (verstikkingsgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terecht komen. • Kinderen kunnen gevaren die in het omgaan met huishoudelijke apparaten schuilen vaak niet herkennen. Zorg daarom voor het nodige toezicht en laat kinderen niet met het apparaat spelen. In het dagelijks gebruik • Bussen of flessen met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door de inwerking van koude.
Weggooien Informatie over de verpakking van het apparaat Alle gebruikte materialen zijn niet schadelijk voor het milieu! Ze kunnen zonder gevaar weggegooid of in de vuilverbrandingsoven verbrand worden! De materialen: de kunststoffen kunnen ook opnieuw gebruikt wor-den en hebben de volgende aanduidingen: >PE< voor polyethyleen, bijv. bij de buitenste verpakking en de zakken binnen in. >PS< voor schuimpolystyrol, bijv. bij de bekledingsdelen, volkomen CFK-vrij.
Opstellen Opstelplaats Het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte neerzetten. De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik. Het apparaat daarom – niet aan directe straling van de zon blootstellen; – niet bij radiatoren, naast een kachel of andere warmtebronnen plaatsen; – alleen op een plaats neerzetten waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse waarvoor het apparaat is ontworpen.
Opstellen Apparaat richten Het apparaat moet waterpas en stabiel staan. Eventuele oneffenheden in de vloer compenseren door in- of uitdraaien van de twee stelvoetjes voor. Overzetten van het deurscharnier Het deurscharnier kan van rechts (stand waarin het wordt afgeleverd) naar links overgezet worden als dat voor de opstelplaats nodig is. Waarschuwing! Bij het overzetten van het deurscharnier mag het apparaat niet op het lichtnet aangesloten zijn. Van te voren de stekker uit het stopcontact halen.
Opstellen Elektrische aansluiting Voor de elektrische aansluiting is een volgens de voorschriften geïnstalleerd stopcontact met randaarde vereist. Het stopcontact moet zodanig worden geïnstalleerd, dat de stekker altijd uit het stopcontact kan worden getrokken. De elektrische zekering dient minstens 10 ampère te zijn.
Beschrijving van het apparaat Vooraanzicht WÄRMER EIN/AUS °C -16-18 -20 -22 -24 KÄLTER FROSTMATIC WARNUNG EIN AUS ➀ = Lade (voor invriezen) ➁ = Lade (voor invriezen) ➂ = Lade (voor bewaren) ➃ = Lade (voor bewaren) ➄ = Bedieningspaneel ➅ = Typeplaatje 6 De stabiele laden kunnen niet kiepen en zijn voorzien van een eindstop. Daardoor kunt u diepvriesproducten makkelijk en veilig rangschikken en uitnemen.
Beschrijving apparaat Bedieningspaneel 1 2 3 4 5 6 Netspanninglampje (groen) AAN/UIT-toets Toets voor temperatuurinstelling (voor warmere temperaturen) Temperatuurindicatie Toets voor temperatuurinstelling (voor koudere temperaturen) Lampje voor ingeschakelde FROSTMATIC-functie (geel) • FROSTMATIC voor snel invriezen in de vriesruimte 7 FROSTMATIC-toets 8 Alarmlampje (rood) 9 Toets ALARM UIT (zie hoofdstuk “Controle- en informatiesysteem”) Toetsen voor temperatuurinstelling De temperatuurinstelling word
WERKELIJKE temperatuur betekent: De temperatuurindicatie (lampje) geeft de temperatuur aan die nu in de vriesruimte heerst. De WERKELIJKE temperatuur wordt aangegeven door het continu branden van een lampje. Temperatuurindicatie (lampjes) De temperatuurindicatie kan meerdere soorten informatie aangeven. • Bij normaal gebruik wordt de temperatuur aangegeven die op dit ogenblik in de vriesruimte heerst (WERKELIJKE temperatuur), het overeenkomstige lampje brandt.
stelling"). De temperatuurindicatie geeft onmiddellijk de gewijzigde instelling aan. Bij elke druk op een toets wordt de temperatuur een vakje verder gezet. Opmerking: In de voedingswetenschap wordt een bewaartemperatuur van -18°C als voldoende koud beschouwd. 5.
Controle- en informatiesysteem Het controle- en informatiesysteem bestaat uit de temperatuurindicatie, een optisch alarm en een akoestisch alarm. Het systeem waarschuwt: - wanneer de temperatuur in de vriesruimte te hoog wordt - bij functiestoringen aan het apparaat. Temperatuurwaarschuwing Het rode alarmlampje knippert en er klinkt een geluidssignaal zodra de temperatuur in de vriesruimte meer dan 4°C boven het bereik van de temperatuurindicatie uitkomt.
Apparaat uitschakelen ☞ Om uit te schakelen toets AAN/UIT ca. 5 seconden ingedrukt houden. De verlichting van de temperatuurindicatie gaat uit. Aanwijzing: De instelling van het apparaat kan niet veranderd worden, als de stekker uit het stopcontact getrokken is of als er anderszins geen elektriciteit aanwezig is. Na aansluiting op het elektriciteitsnet start het apparaat weer op de stand waar het voor de stroomonderbreking op stond. Als het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt wordt: 1.
Invriezen en bewaren het maximale invriesvermogen te benutten, dient u 24 uur - bij ☞1. Om kleinere hoeveelheden zijn 4 tot 6 uur voldoende - voor het invriezen de FROSTMATIC-toets in te drukken. Het gele lampje brandt. Voor het invriezen van hoeveelheden tot 3 kg hoeft u de FROSTMATICfunctie niet in te schakelen. 2. Alle levensmiddelen voor het invriezen luchtdicht verpakken, zodat ze niet uitdrogen, de smaak niet verloren gaat en de smaak niet op andere diepvriesproducten overgebracht wordt.
Symbolen bewaarde producten/Diepvrieskalender • De symbolen op de laden geven de diverse soorten diepvriesproducten aan. • De getallen geven voor iedere soort diepvriesproduct de bewaartijd in maanden aan. Of de hoogste of de laagste waarde van de aangegeven bewaartijd geldt, hangt af van de kwaliteit van de levensmiddelen en de behandeling voorafgaand aan het invriezen. Voor levensmiddelen met een hoog vetgehalte geldt altijd de laagste waarde.
Voorzichtig! Niet met natte handen aan bevroren artikelen komen. De handen kunnen daaraan vastvriezen. 1. Als er grote hoeveelheden diepvriesproducten in het apparaat liggen, ca. 12 uur vóór het ontdooien de FROSTMATIC-functie inschakelen om te zorgen voor een koudereserve in de diepvriesproducten. 2. Bevroren artikelen er uitnemen, in meerdere lagen krantenpapier wikkelen en op een koele plaats leggen, bijv. in de koelkast. 3.
Let op! • Etherische oliën en organische oplosmiddelen kunnen kunststof onderdelen aantasten, bijv. – sap van citroen– of sinaasappelschillen; – boterzuur; – schoonmaakmiddelen die azijnzuren bevatten. Dergelijke substanties niet in contact brengen met apparaatonderdelen. • Geen schurende schoonmaakmiddelen gebruiken. 1. Bevroren artikelen er uit halen en in meerdere lagen krantenpapier pakken. Alles afgedekt op een koele plaats leggen. 2. Apparaat voor het schoonmaken ontdooien (zie hoofdstuk “Ontdooien”).
Tips om energie te besparen • Het apparaat niet in de buurt van kachels, verwarmingselementen of andere warmtebronnen plaatsen. Bij een hoge omgevingstemperatuur werkt de compressor vaker en langer. • Zorgen voor voldoende be- en ontluchting van het apparaat. Ventilatieopeningen nooit afdekken. • Geen warme spijzen in het apparaat zetten. Warme spijzen eerst laten afkoelen. • Deur slechts zo lang open laten als nodig is. • De temperatuur niet lager dan nodig instellen.
Wat te doen als ... Storing Mogelijke oorzaken Het apparaat is niet ingeschakeld De stekker zit niet of niet goed in het stopcontact. Het apparaat werkt niet: er De zekering is doorgeslabrandt geen enkel lampje. gen of defect. Het stopcontact is defect. Het apparaat inschakelen. De stekker in het stopcontact steken. De zekering controleren en eventueel vervangen. Een elektriciën roepen om het defect aan het stroomnet te verhelpen.
Storing Sterke rijpvorming in het apparaat, eventueel ook aan de deurafdichting. Mogelijke oorzaken Op de ondichte plaatsen de deurafdichting voorzichtig met een haardroger Deurafdichting is lek verwarmen (niet heter dan (eventueel na het overzet- ca. 50 °C). ten van het deurscharnier). Tegelijkertijd de verwarmde deurafdichting met de hand zo in vorm trekken dat hij weer helemaal sluit. Apparaat staat niet recht. Ongewone geluiden. Oplossing Stelvoetjes bijstellen.
Bepalingen, normen, richtlijnen Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd en is met inachtneming van de voor deze apparaten geldende normen gemaakt. Bij de fabricage zijn speciaal die maatregelen genomen die vereist zijn volgens de Duitse wet op de veiligheid van apparaten (GSG), de Duitse voorschriften ter voorkoming van ongevallen bij koude-installaties (VBG 20) en de bepalingen van de vereniging van Duitse elektrotechnici (VDE). De koudecirculatie is op dichtheid getest.
Vaktermen • Koelmiddel Vloeistoffen die gebruikt kunnen worden voor koudeproductie, worden koelmiddelen genoemd. Deze stoffen hebben verhoudingsgewijs een laag kookpunt, zo laag dat de warmte van de aanwezige levensmiddelen in het koelapparaat, het koelmiddel tot koken ofwel tot verdampen kan brengen. • Koelmiddelkringloop Gesloten kringloopsysteem waarin het koelmiddel zich bevindt. De koelmiddelkringloop bestaat hoofdzakelijk uit verdamper, compressor, condensor en leidingen.
AEG Hausgeräte GmbH Postfach 1036 D-90327 Nürnberg http://www.aeg.hausgeraete.