ARCTIS Diepvriezer Gebruiksaanwijzing PERFEKT IN FORM UND FUNKTION
Geachte klant, Lees eerst aandachtig de gebruiksaanwijzing door voordat u uw nieuwe koelapparaat in gebruik neemt. Hierin staat belangrijke informatie over een veilig gebruik, over het opstellen en over het onderhoud van het apparaat. De gebruiksaanwijzing s.v.p. bewaren om later nog eens iets na te kunnen lezen. Aan eventuele volgende bezitters van het apparaat doorgeven. Deze gebruiksaanwijzing is voor meerdere, technisch vergelijkbare modellen in diverse uitvoeringen bestemd. S.v.p.
Inhoud Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Weggooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Informatie over de verpakking van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Weggooien van oude apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Transportbescherming verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Veiligheid De veiligheid van onze koelapparaten voldoet aan de Europese en Nederlandse normen. Desondanks zien wij ons genoodzaakt u met de volgende veiligheidsaanwijzingen vertrouwd te maken: 4 Toepassing volgens de voorschriften • Het apparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd. Het is geschikt voor het invriezen en diepgevroren bewaren van levensmiddelen en voor het maken van ijs. Als het apparaat voor andere doeleinden gebruikt wordt kan de fabrikant geen verantwoording nemen voor eventuele schade.
Veiligheid wordt voorkomen dat spelende kinderen in het apparaat opgesloten raken (verstikkingsgevaar!) of in andere levensgevaarlijke situaties terecht komen. • Kinderen kunnen gevaren die in het omgaan met huishoudelijke apparaten schuilen vaak niet herkennen. Zorg daarom voor het nodige toezicht en laat kinderen niet met het apparaat spelen. In het dagelijks gebruik • Bussen of flessen met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door de inwerking van koude.
Bij storing • Als er een storing aan het apparaat optreedt eerst in de gebruiksaanwijzing kijken onder “Wat te doen als ...”. Als de daar gegeven aanwijzingen niet verder helpen zelf verder geen werkzaamheden aan het apparaat uitvoeren. • Koelapparaten mogen alleen door vakmensen gerepareerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren ontstaan. Wend u bij reparaties tot uw vakhandel of tot onze service-afdeling.
Transportbescherming verwijderen Het apparaat en de onderdelen van het interieur zijn voor het transport beschermd. 1. Plakband links en rechts aan de buitenkant van de deur er af trekken. 2. Alle plakband en bekledingsdelen uit het interieur verwijderen. ☞ Opstellen Opstelplaats Het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte neerzetten. De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik.
Opstellen Het apparaat heeft lucht nodig Het apparaat behoeft geen onderhoud. Wat echter nooit mag ontbreken is een goede ventilatie. De luchttoevoer geschiedt onder de deur, door de ventilatiesleuf tussen apparaat en vloer. De luchtafvoer vindt plaats via het bovenste ventilatierooster. Let u erop, dat deze openingen niet door sokkelpanelen en dergelijke worden afgedekt. Apparaat richten Het apparaat moet waterpas en stabiel staan.
Opstellen 4. Bovenste scharnierstift (A) uitdraaien en op de tegenoverliggende zijde weer monteren. 5. Deur in de bovenste scharnierstift (A) zetten en deur sluiten. 6. Scharnierstift van het deurscharnier (1) in de linker scharnierbus van de deur zetten en deurscharnier met de schroeven (K) goed vastdraaien. A 12 AEG98 7. Deurgreep losnemen en op de tegenoverliggende zijde monteren (de schroefgaatjes zijn reeds geboord).
Beschrijving van het apparaat Vooraanzicht WÄRMER EIN/AUS °C -16-18 -20 -22 -24 KÄLTER FROSTMATIC WARNUNG EIN AUS 1= 2= 3= 4= 5= 6= Lade (voor invriezen) Lade (voor invriezen) Lade (voor bewaren) Lade (voor bewaren) Bedieningspaneel Typeplaatje 6 De stabiele laden kunnen niet kiepen en zijn voorzien van een eindstop. Daardoor kunt u diepvriesproducten makkelijk en veilig rangschikken en uitnemen.
Beschrijving apparaat Bedieningspaneel 1 2 3 4 5 6 Netspanninglampje (groen) AAN/UIT-toets Toets voor temperatuurinstelling (voor warmere temperaturen) Temperatuurindicatie Toets voor temperatuurinstelling (voor koudere temperaturen) Lampje voor ingeschakelde FROSTMATIC-functie (geel) • FROSTMATIC voor snel invriezen in de vriesruimte 7 FROSTMATIC-toets 8 Alarmlampje (rood) 9 Toets ALARM UIT (zie hoofdstuk “Controle- en informatiesysteem”) Toetsen voor temperatuurinstelling De temperatuurinstelling word
WERKELIJKE temperatuur betekent: De temperatuurindicatie (lampje) geeft de temperatuur aan die nu in de vriesruimte heerst. De WERKELIJKE temperatuur wordt aangegeven door het continu branden van een lampje. Temperatuurindicatie (lampjes) De temperatuurindicatie kan meerdere soorten informatie aangeven. • Bij normaal gebruik wordt de temperatuur aangegeven die op dit ogenblik in de vriesruimte heerst (WERKELIJKE temperatuur), het overeenkomstige lampje brandt.
4. Gewenste temperatuur door indrukken van de toetsen „+“ (WARMER) en „-“ (KOUDER) instellen (zie hoofdstuk "Toetsen voor temperatuurinstelling"). De temperatuurindicatie geeft onmiddellijk de gewijzigde instelling aan. Bij elke druk op een toets wordt de temperatuur een indicatievakje verder gezet. Opmerking: In de voedingswetenschap wordt een bewaartemperatuur van -18°C als voldoende koud beschouwd. 5.
Controle- en informatiesysteem Het controle- en informatiesysteem bestaat uit de temperatuurindicatie, een optisch alarm en een akoestisch alarm. Het systeem waarschuwt: - wanneer de temperatuur in de vriesruimte te hoog wordt - bij functiestoringen aan het apparaat. Temperatuurwaarschuwing Het rode alarmlampje knippert en er klinkt een geluidssignaal zodra de temperatuur in de vriesruimte meer dan 4°C boven het bereik van de temperatuurindicatie uitkomt.
Apparaat uitschakelen ☞ Het apparaat is beschermd tegen abusievelijk inschakelen. Om uit te schakelen toets AAN/UIT ca. 5 seconden ingedrukt houden. De temperatuurindicatie en het groene netspanninglampje gaan uit. Aanwijzing: De instelling van het apparaat kan niet veranderd worden, als de stekker uit het stopcontact getrokken is of als er anderszins geen stroom aanwezig is. Na aansluiting op het stroomnet start het apparaat weer op de stand waar het voor de stroomonderbreking op stond.
Invriezen en bewaren het maximale invriesvermogen te benutten, dient u 24 uur - bij ☞1. Omkleinere hoeveelheden zijn 4 tot 6 uur voldoende - voor het invriezen de FROSTMATIC-toets in te drukken. Het gele lampje brandt. Voor het invriezen van hoeveelheden tot 3 kg hoeft u de FROSTMATICfunctie niet in te schakelen. 2. Alle levensmiddelen voor het invriezen luchtdicht verpakken, zodat ze niet uitdrogen, de smaak niet verloren gaat en de smaak niet op andere diepvriesproducten overgebracht wordt.
Symbolen bewaarde producten/Diepvrieskalender • De symbolen op de laden geven de diverse soorten diepvriesproducten aan. • De getallen geven voor iedere soort diepvriesproduct de bewaartijd in maanden aan. Of de hoogste of de laagste waarde van de aangegeven bewaartijd geldt, hangt af van de kwaliteit van de levensmiddelen en de behandeling voorafgaand aan het invriezen. Voor levensmiddelen met een hoog vetgehalte geldt altijd de laagste waarde.
snellen, met uitzondering van de hulpmiddelen die in deze gebruiksaanwijzing aanbevolen worden. • Geen ontdooisprays gebruiken, deze kunnen gevaarlijk voor de gezondheid zijn en/of stoffen bevatten die kunststof aantasten. Voorzichtig! Niet met natte handen aan bevroren artikelen komen. De handen kunnen daaraan vastvriezen. 1. Als er grote hoeveelheden diepvriesproducten in het apparaat liggen, ca.
• Het apparaat dient droog te zijn voordat het weer in gebruik genomen wordt. Let op! • Etherische oliën en organische oplosmiddelen kunnen kunststof onderdelen aantasten, bijv. - sap van citroen– of sinaasappelschillen; - boterzuur; - schoonmaakmiddelen die azijnzuur bevatten. Dergelijke substanties niet in contact brengen met apparaatonderdelen. • Geen schurende schoonmaakmiddelen gebruiken. 1. Bevroren artikelen er uit halen en in meerdere lagen krantenpapier pakken.
Tips om energie te besparen • Het apparaat niet in de buurt van kachels, verwarmingselementen of andere warmtebronnen plaatsen. Bij een hoge omgevingstemperatuur werkt de compressor vaker en langer. • Zorgen voor voldoende ventilatie van het apparaat. Ventilatieopeningen nooit afdekken. • Geen warme spijzen in het apparaat zetten. Warme spijzen eerst laten afkoelen. • Deur slechts zo lang open laten als nodig is. • De temperatuur niet lager dan nodig instellen.
Wat te doen als ... Storing Mogelijke oorzaken Het apparaat is niet ingeschakeld De stekker zit niet of niet goed in het stopcontact. Het apparaat werkt niet: er De zekering is doorgeslabrandt geen enkel lampje. gen of defect. Het stopcontact is defect. Oplossing Het apparaat inschakelen. De stekker in het stopcontact steken. De zekering controleren en eventueel vervangen. Een elektriciën roepen om het defect aan het stroomnet te verhelpen.
Storing Sterke rijpvorming in het apparaat, eventueel ook aan de deurafdichting. Mogelijke oorzaken Op de ondichte plaatsen de deurafdichting voorzichtig met een haardroger Deurafdichting is lek verwarmen (niet heter dan (eventueel na het overzet- ca. 50 °C). ten van het deurscharnier). Tegelijkertijd de verwarmde deurafdichting met de hand zo in vorm trekken dat hij weer helemaal sluit. Apparaat staat niet recht. Ongewone geluiden. Oplossing Stelvoetjes bijstellen.
Bepalingen, normen, richtlijnen Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd en is met inachtneming van de voor deze apparaten geldende normen gemaakt. Bij de fabricage zijn speciaal die maatregelen genomen die vereist zijn volgens de Duitse wet op de veiligheid van apparaten (GSG), de Duitse voorschriften ter voorkoming van ongevallen bij koude-installaties (VBG 20) en de bepalingen van de vereniging van Duitse elektrotechnici (VDE). De koudecirculatie is op dichtheid getest.
Vaktermen • Koelmiddel Vloeistoffen die gebruikt kunnen worden voor koudeproductie, worden koelmiddelen genoemd. Deze stoffen hebben verhoudingsgewijs een laag kookpunt, zo laag dat de warmte van de aanwezige levensmiddelen in het koelapparaat, het koelmiddel tot koken ofwel tot verdampen kan brengen. • Koelmiddelkringloop Gesloten kringloopsysteem waarin het koelmiddel zich bevindt. De koelmiddelkringloop bestaat hoofdzakelijk uit verdamper, compressor, condensor en leidingen.
AEG Hausgeräte GmbH Postfach 1036 D-90327 Nürnberg http://www.aeg.hausgeraete.