Operation Manual

2. Raak gedurende drie seconden aan.
Het display geeft "SET1" weer en "1" knippert.
3. Raak
/ aan om de instelling te bevestigen.
4. Raak
aan.
5. Raak
/ aan om de waarde van de instelling te wijzigen.
6. Raak
aan.
Automatische uitschakeling
Om veiligheidsredenen wordt het apparaat na een tijdje automatisch uitgeschakeld:
Als een ovenfunctie in werking is.
Als u de oventemperatuur niet verandert.
Oventemperatuur Uitschakeltijd
30 °C -120 °C 12,5 u.
120 °C - 200 °C 8,5 u.
200 °C -250 °C 5,5 u.
250 °C -maximum °C 3,0 u.
Na een automatische uitschakeling, raakt u een sensorveld aan om het apparaat weer in
werking te stellen.
De automatische uitschakeling werkt met alle ovenfuncties, behalve de lamp, bereiden op
lade temperatuur, kerntemperatuursensor, duur, einde en tijdsvertraging.
Helderheid van het display
Er zijn twee standen voor de helderheid van het display:
Helderheid 's nachts - wanneer het apparaat uit staat, is de helderheid van het display
tussen 22:00 en 06:00 lager.
Helderheid overdag:
Als het apparaat aan staat;
Als u een sensorveld tijdens helderheid 's nachts aanraakt (behalve AAN/UIT), keert het
display gedurende 10 seconden terug naar helderheid voor overdag;
Als het apparaat uit staat en u de timer met aftelfunctie hebt ingesteld. Wanneer de
timer met aftelfunctie eindigt, keert het display terug naar helderheid voor 's nachts.
Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de koelventilator automatisch ingeschakeld om de op-
pervlakken van het apparaat koel te houden. Na het uitschakelen van het apparaat kan de
ventilatie doorgaan totdat het apparaat is afgekoeld.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
22 Onderhoud en reiniging