Operation Manual

Ovenfunctie Applicatie
Boven-/onder-
warmte
Voor het bakken en braden op 1 ovenniveau.
Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een knapperige bo-
dem en het inmaken van voedsel.
Ontdooien Deze functie kan gebruikt worden om bevroren voedsel
te ontdooien zoals groente en fruit. De ontdooitijd
hangt af van de hoeveelheid en dikte van het voedsel.
Multi hetelucht
(vochtig)
Om energie te besparen bij het bakken en ook om te
bakken in bakblikken op 1 ovenniveau. Deze functie
wordt gebruikt om de energie-efficiƫntieklasse vast te
stellen overeenkomstig EN 60350-1.
Voor meer informatie over de aanbevolen instellingen
raadpleegt u de kooktabellen.
Grill Om plat voedsel te grillen en brood te roosteren.
Circulatiegrill Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogel-
te met botten op 1 niveau. Ook om te gratineren en te
bruinen.
Pyrolyse Automatische pyrolytische reiniging van de oven. Hier-
door worden vuilresten in de oven verbrand.
5.4 Snel opwarmen
De functie Snel opwarmen verkort de
opwarmtijd.
1. Stel de functie Snel opwarmen in. Zie
de ovenfunctietabel.
2. Draai de knop voor de temperatuur
om de temperatuur in te stellen.
Wanneer het apparaat op de ingestelde
temperatuur is, hoort u een
geluidssignaal.
De Snel opwarmenfunctie
schakelt niet uit na het
geluidssignaal. U moet de
functie handmatig
uitschakelen.
3. Ovenfunctie instellen.
5.5 Weergave
A B C
D
EFG
A. Timer
B. Opwarmen en restwarmte-indicatie
C. Waterreservoir (alleen geselecteerde
modellen)
D. Vleesthermometer (alleen
geselecteerde modellen)
E. Deurslot (alleen geselecteerde
modellen)
F. Uren/minuten
G. Klokfuncties
www.aeg.com10