Operation Manual

Ovenfunctie Toepassing
11 Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een knapperige bodem en
het bewaren van voedsel.
12 ECO Braden Dankzij ECO-functies kunt u het energieverbruik tijdens het
koken optimaliseren. Het is daarom nodig om de kooktijd
eerst in te stellen. Voor meer informatie over de aanbevolen
instellingen raadpleegt u de kooktabellen met de equivalente
normale ovenfunctie.
13 Pyrolytische reini-
ging
Automatische pyrolytische schoonmaakfunctie van de oven.
De oventemperatuur bedraagt ca. 500°. Hierdoor worden
vuilresten in de oven verbrand. Deze kunnen daarna wanneer
de oven is afgekoeld met een doek worden verwijderd.
De ovenfunctie instellen
1. Raak aan.
Het display geeft een vooraf ingestelde temperatuur, een symbool en het nummer van
de ovenfunctie aan. knippert op het display.
2. Raak
of aan om een ovenfunctie in te stellen.
3. Raak
aan. Anders start het apparaat na vijf seconden automatisch.
Als u het apparaat met of activeert en geen ovenfunctie of programma instelt, wordt
het apparaat na 20 seconden automatisch uitgeschakeld.
Oventemperatuur wijzigen
Raak / aan om de temperatuur in stappen van 5 °C te wijzigen.
Wanneer het apparaat de ingestelde temperatuur heeft bereikt, weerklinkt er drie keer een
geluidssignaal en gaat de verwarmingsindicatie uit.
De oventemperatuur controleren
U kunt de temperatuur in het apparaat controleren wanneer de functie of het programma
in werking is.
1. Raak
aan.
Het temperatuur-/tijddisplay geeft de temperatuur in het apparaat aan.
Als u de oventemperatuur wilt wijzigen raakt u nog een keer aan en gebruikt u of
.
2. Raak
aan om terug te keren naar de ingestelde temperatuur. Het display geeft dit
na vijf seconden automatisch weer.
Functie Snel opwarmen
De functie Snel opwarmen verkort de opwarmtijd.
Leg geen voedsel in de oven wanneer de functie Snel opwarmen is ingeschakeld.
De functie Snel opwarmen activeren: Raak
gedurende langer dan drie seconden aan.
Dagelijks gebruik
13