Operation Manual

Ovenfunctie Toepassing
5 Infratherm grill Voor het braden van grotere stukken niet uitgebeend vlees of
gevogelte op één niveau. Ook om te gratineren en te bruinen.
6 Tweekrings grill Voor het grillen van plat voedsel in grotere hoeveelheden.
Om brood te roosteren.
7 Eenkrings grill Voor het grillen van plat voedsel in het midden van het roos-
ter. Om brood te roosteren.
8 Warmhouden Om voedsel warm te houden.
De ingestelde temperatuur is 80 °C. Deze kunt u niet wijzi-
gen.
9 Ontdooien Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
De ingestelde temperatuur is 30 °C. Deze kunt u niet wijzi-
gen.
10 Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een knapperige bodem en
het bewaren van voedsel.
11 Pyrolytische reini-
ging
Automatische pyrolytische schoonmaakfunctie van de oven.
De oventemperatuur bedraagt ca. 500° C. Hierdoor worden
vuilresten in de oven verbrand. Deze kunnen nadat de oven is
afgekoeld met een doek worden verwijderd.
Oventemperatuur wijzigen
Raak / aan om de temperatuur in stappen van 5 °C te wijzigen.
Wanneer het apparaat de ingestelde temperatuur heeft bereikt, weerklinkt er drie keer een
geluidssignaal en gaat de verwarmingsindicatie uit.
De oventemperatuur controleren
U kunt de temperatuur in het apparaat controleren wanneer de functie of het programma
in werking is.
1. Raak
aan.
Het temperatuur-/tijddisplay geeft de temperatuur in het apparaat aan.
Als u de oventemperatuur wilt wijzigen raakt u nog een keer aan en gebruikt u of
.
2. Raak
aan om terug te keren naar de ingestelde temperatuur. Het display geeft dit
na vijf seconden automatisch weer.
Snel opwarmen
De functie Snel opwarmen verkort de opwarmtijd.
Leg geen voedsel in de oven wanneer de snelwarmfunctie is ingeschakeld.
De snelwarmfunctie activeren: Raak
gedurende langer dan drie seconden aan.
Als u de snelwarmfunctie activeert, gaan de balkjes op het display
één voor één branden
om aan te geven dat de functie werkt.
Dagelijks gebruik
13