User manual

PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat wordt niet warm. Het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat in.
Het apparaat wordt niet warm. De dagtijd is niet ingesteld. Stel de klok in. Zie 'Eerst de
dagtijd instellen'.
Het apparaat wordt niet warm. De benodigde kookstanden zijn
niet ingesteld.
Zorg ervoor dat de instellingen
correct zijn.
Het apparaat wordt niet warm. De automatische uitschakeling
is actief.
Raadpleeg "Automatisch uit-
schakelen".
Het apparaat wordt niet warm. De zekering is doorgebrand. Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact op
met een erkende installateur.
Het ovenlampje brandt niet. Het ovenlampje is kapot. Vervang het ovenlampje.
Op het display verschijnt F102. Het deurslot is defect. Sluit de deur correct.
Schakel het apparaat uit via
de huiszekering of de veilig-
heidsschakelaar in de zeke-
ringkast en schakel hem dan
weer in.
Als het probleem opnieuw
optreedt, neemt u contact
op met ons servicecentrum.
Het display toont een foutcode
die niet in deze lijst voorkomt.
Er is een elektrische fout. Schakel het apparaat uit via
de huiszekering of de veilig-
heidsschakelaar in de zeke-
ringkast en schakel hem dan
weer in.
Neem contact op met het
servicecentrum als de fout-
code opnieuw op het display
wordt weergegeven.
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de
klantenservice.
De contactgegevens van het servicecentrum staan op het typeplaatje. Het typeplaatje be-
vindt zich aan de voorkant van de binnenkant van het apparaat.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
28 Problemen oplossen