Operation Manual

8.4 Automatische
programma's met
vleesthermometer
De kerntemperatuur van het gerecht is
standaard en kan in programma's met de
vleesthermometer niet worden
veranderd. Het programma eindigt
wanneer het apparaat de ingestelde
kerntemperatuur heeft bereikt.
1. Schakel het apparaat in.
2. Tik herhaaldelijk op tot het display
weergeeft.
3. Gebruik van de vleesthermometer.
Raadpleeg "Vleesthermometer".
4. Raak
of aan om het
programma voor de
vleesthermometer in te stellen.
Op het display verschijnt de kooktijd,
en .
5. Raak aan. Anders worden de
instellingen na vijf seconden
automatisch opgeslagen.
Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende twee minuten een
geluidssignaal.
knippert. Het
apparaat wordt uitgeschakeld.
6. Raak een tiptoets aan, of open de
deur om het geluidssignaal te
stoppen.
9. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
9.1 Vleesthermometer
Er worden twee temperaturen ingesteld:
de oventemperatuur en de
kerntemperatuur.
De vleesthermometer meet de
kerntemperatuur van het vlees. Wanneer
het vlees de ingestelde temperatuur
heeft bereikt, wordt het apparaat
uitgeschakeld.
LET OP!
Gebruik alleen de
meegeleverde
vleesthermometer of
originele vervangende
onderdelen.
De vleesthermometer moet
gedurende de bereiding in
het vlees blijven en de
stekker moet in het
stopcontact blijven.
1. Schakel het apparaat in.
2. Steek de punt van de
vleesthermometer (met
op de
hendel) in het midden van het vlees.
3. Steek de stekker van de
vleesthermometer in de aansluiting
op de voorkant van het apparaat.
Het display geeft knipperend en de
standaardinstelling voor de
kerntemperatuur weer. De temperatuur
staat op 60 °C tijdens het eerste gebruik,
en op de laatste ingestelde waarde
tijdens elk volgende gebruik.
NEDERLANDS
17