User manual

Aanwijzingen voor de installateur
26
10.4 Ventilatie
Dit apparaat is niet aangesloten op een afzuiginstallatie voor verbrandingsgassen. Het moet
daarom volgens de geldende voorschriften worden geïnstalleerd en aangesloten.
Dit apparaat mag alleen worden geïnstalleerd in een permanent en goed geventileerde ruimte die
een goede verbranding en afvoer van gassen garandeert.
Indien dit het enige gastoestel in de ruimte is, moet er een afzuigkap of actieve luchtafvoer
geïnstalleerd worden om de verbrandingsgassen af te voeren. Tevens moet er een
aanvoeropening van verse lucht geplaatst worden met een minimale opening van
100 cm
2
.
Deze aanvoer moet minimaal
180 cm
van de afvoeropening verwijderd zijn.
Let op: Voor een goede verbranding mag de hoeveelheid toegevoerde lucht niet minder zijn dan
2 m
3
/h per kW
vermogen (zie gespecificeerd opgenomen vermogen zoals vermeld op het
typeplaatje van het apparaat).
In andere gevallen, bijvoorbeeld als er meerdere gastoestellen in de ruimte geplaatst zijn of er
geen directe ventilatie mogelijk is, moet er een natuurlijke, indirecte of geforceerde ventilatie
gerealiseerd worden.
Om dit te installeren is het noodzakelijk om gekwalificeerd personeel
op het gebied van ventilatiesystemen te raadplegen en moet dit strikt volgens de geldende
voorschriften, zoals beschreven in de huidige standaards, worden geïnstalleerd.
De luchtopeningen moeten zodanig geplaatst zijn dat er geen tocht of ongewenste luchtstroom
voor de bewoners ontstaat. Verder is het verboden om de afvoer op een afvoerkanaal van een
ander verbrandingstoestel aan te sluiten.
Elektroventilator