Operating Instructions and Installation Instructions

29
Installatie - voor de installateur
11. Ingebruikname
11.1 Eerste ingebruikname
Info
Vul het toestel met water voor de elektrische aanslui-
ting wordt uitgevoerd. Wanneer u een leeg toestel
inschakelt, schakelt de veiligheidstemperatuurbe-
grenzer het toestel uit.
» Open de afsluitklep in de koudwateraanvoerleiding.
» Open een tappunt tot het toestel gevuld is en het lei-
dingnet luchtvrij is.
» Stel het doorstroomvolume in. Let daarbij op het
maximaal toegelaten doorstroomvolume bij volle-
dig geopende kraan (zie hoofdstuk "Technische
gegevens/gegevenstabel").
» Gesloten (drukvaste) werkwijze:
Reduceer, indien gewenst, het doorstroomvolume op
de smoring van de veiligheidsgroep.
» Schakel de netspanning in. Het toestel voert een
zelftest uit.
» Controleer het functioneren van het toestel.
» Gesloten (drukvaste) werkwijze: Controleer de wer-
king van het veiligheidsventiel.
11.1.1 Overdracht van het toestel
» Leg aan de gebruiker de werking van het toestel en
van het veiligheidsventiel uit en maak hem vertrouwd
met het gebruik.
» Wijs de gebruiker op mogelijk gevaar, met name het
gevaar van brandwonden.
» Overhandig deze handleiding.
11.2 Opnieuw in gebruik nemen
Zie hoofdstuk "Eerste ingebruikname".
12. Instellingen
12 .1 Commerciële modus inschakelen
D0000051972
S Jumper ECO (energiebesparingsmodus)
E ECO Aan (fabrieksinstelling)
A ECO Uit (commerciële modus)
» Verplaats de jumper om de commerciële modus in te
schakelen.
12.2 Regeling achteruit inschakelen
D0000051974
R Jumper regeling achteruit
E Regeling achteruit aan
A Regeling achteruit uit (fabrieksinstelling)
» Verplaats de jumper om de regeling achteruit in te
schakelen.
13. Buitendienststelling
» Verbreek de verbinding tussen het toestel en de
netspanning met de zekering in de huisinstallatie.
» Tap het toestel af. Zie het hoofdstuk "Onderhoud/Het
toestel aftappen".