Operating Instructions and Installation Instructions
GEBRUIKSAANWIJZING
Probleemoplossing
60
7. Probleemoplossing
Probleem Oplossing
De radiator schakelt niet in. Controleer of er netvoeding is, of deze overeenkomt met de gegevens op het typeplaatje van het
product (bijv. 230Vac 50Hz) en of de hoofdschakelaar aan de rechter zijkant van de radiator aan
staat (stand “I”).
De radiator verwarmt niet. Controleer of de gewenste werkingsmodus is ingesteld en, als u een vooringesteld programma
gebruikt, of er geen sprake is van een periode met werking in Antivries.
Als de kamertemperatuur hoger is dan de ingestelde temperatuur, is het correct dat de radiator
niet verwarmt.
In geval van twijfel, de modus Comfort instellen en een veel hogere gewenste temperatuur dan
de kamertemperatuur instellen om de juiste werking van de radiator te controleren.
De radiator verwarmt altijd. Controleer of de gewenste temperatuur niet te hoog is ingesteld en of er geen tocht op het ap-
paraat staat waardoor de metingen van de kamertemperatuur anders zijn.
De radiator verwarmt niet voldoen-
de.
Controleer of de gewenste temperatuur niet te laag is ingesteld, of de radiator alleen de ruimte
verwarmt waar hij geïnstalleerd is (deuren dicht houden) en of de netvoeding correct is.
De radiator werkt in de modus Eco. Het kan zijn dat de radiator verwarmt om de eco-temperatuur te bereiken/behouden. Dit is geen
afwijkende werking.
Het oppervlak van de radiator is
zeer heet.
Het is normaal dat het oppervlak heet is tijdens de werking. De maximumwaarden voldoen aan
de toegestane limieten van de geldende veiligheidsnormen.
Als het apparaat altijd zeer heet is kan het zijn dat het een te kleine afmeting heeft voor de ruimte
waar het gebruikt wordt of dat het beïnvloed wordt door tocht of kieren.
De temperatuur van de ruimte is
anders dan de ingestelde tempe-
ratuur.
Nadat ten minste 4 uur zijn verstreken is de kamertemperatuur gestabiliseerd en kunnen even-
tuele verschillen tussen de op de radiator aangegeven temperatuur en de gemeten kamertempe-
ratuur worden gecompenseerd. Raadpleeg hiervoor de aanwijzingen in het gedeelte “Uitlijning
van de buitentemperatuur” van paragraaf 6.3.
De radiator verspreidt een onaan-
gename geur.
Wanneer de radiator nieuw is, kan het zijn dat hij in de eerste minuten dat hij in werking wordt
gesteld een onaangename lucht heeft als gevolg van achtergebleven bewerkingsresten.
Reeds gebruikte producten kunnen een onaangename lucht geven als ze langere tijd niet wor-
den gebruikt en/of als ze worden gebruikt in een omgeving waar de lucht verontreinigd of van
slechte kwaliteit is.
8. Onderhoud
- Dit product vergt geen bijzonder onderhoud.
- Het is raadzaam het apparaat iedere 6 maanden te reinigen met een droge doek.
- Neem contact op met een erkend servicecentrum indien het apparaat moet worden gerepareerd.
- Indien de voedingskabel moet worden vervangen, is het verplicht het volgende kabeltype te gebruiken, , afhankelijk van de aan-
geschafte uitvoering: 2x1,00 mm2 of 3x1,00mm2 H05V2V2-F HAR. Deze vervanging, zowel van een kabel met stekker als zonder,
dient door een vakman te worden uitgevoerd en nooit door de eindgebruiker zelf, om elk risico van schade en mogelijke gevaren
te voorkomen.
9. Wettelijke informatie
Milieubescherming en recycling
Om te voorkomen dat het apparaat schade oploopt tijdens het transport, is het zorgvuldig verpakt. Om bij te dragen aan
de bescherming van ons milieu, vragen wij u het verpakkingsmateriaal van het apparaat op de juiste wijze te verwijderen.
Verwijdering van gebruikte apparaten
Apparaten waarop het nevenstaande symbool is aangebracht, mogen niet met huishoudelijk afval worden afgevoerd,
maar moeten apart worden ingezameld en verwijderd. De verwijdering van gebruikte apparaten dient volgens goed
gebruik en in overeenstemming met de lokaal geldende wettelijke voorschriften plaats te vinden.