User manual

9. AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
De temperaturen en
baktijden in de tabellen zijn
slechts als richtlijn bedoeld.
Deze zijn afhankelijk van de
recepten en de kwaliteit en
de hoeveelheid van de
gebruikte ingrediënten.
9.1 Voorbeelden van kooktoepassingen voor de kookplaat
Verwar-
mings-
stand
Applicatie Tijd (min) Tips
1 Om eten warm te houden. naar be-
hoefte
Een deksel op het kookgerei
doen.
1 - 2 Voor het maken van Hollandaise
saus en om boter, chocolade en
gelatine te laten smelten.
5 - 25 Mixen met tussenpozen.
1 - 2 Om luchtige omeletten en ge-
bakken eieren te laten stollen.
10 - 40 Met deksel bereiden
2 - 3 Om rijst en gerechten op melk-
basis te laten sudderen en om
kant-en-klaargerechten op te
warmen.
25 - 50 Voeg minimaal twee keer zo-
veel vloeistof toe dan rijst. Roer
de melkgerechten halverwege
goed door.
3 - 4 Voor het stomen van groenten,
vis en vlees.
20 - 45 Voeg een paar eetlepels vocht
toe.
4 - 5 Om aardappelen te stomen. 20 - 60 Gebruik maximaal ¼ l water
voor 750 g aardappelen.
4 - 5 Voor het bereiden van grotere
hoeveelheden voedsel, stoof-
schotels en soepen.
60 - 150 Voeg maximum 3 l vloeistof toe
aan de ingrediënten.
6 - 7 Voor het licht aanbraden van
kalfslappen, kalfsvlees cordon
bleu, rissoles, sauzen, roux, eier-
en, pannenkoeken, donuts.
naar be-
hoefte
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
7 - 8 Voor het opbakken van aardap-
pelen en het bakken van lenden-
biefstukken en steaks.
5 - 15 Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
9 Voor het aan de kook brengen van grotere hoeveelheden water, pasta koken,
aanbraden van vlees (goulash, stoofvlees), frituren van friet.
NEDERLANDS 13