Operation Manual

Aansluiting waterafvoerslang
Het uiteinde van de afvoerslang kan op
de volgende manieren worden aange-
sloten:
1. Aan de gootsteenafvoer, met beves-
tiging tegen de onderkant van het
werkoppervlak. Hiermee wordt voor-
komen dat gootsteenwater de
machine inloopt.
2. Aan een standpijp voorzien van een
ventilatieopening, minimale
binnendiameter 4 cm.
De afvalwateraansluiting moet zich op
een hoogte bevinden van 60 cm vanaf
de bodem van de afwasmachine.
De afvoerslang kan vanaf de
afwasmachine naar links of naar rechts
lopen
Verzeker u ervan dat de slang niet ge-
bogen is of platgedrukt wordt, aange-
zien dit de afvoer van water kan vertra-
gen of in de weg staan.
De stop mag niet in de afvoer zitten als
de machine water aan het afvoeren is,
aangezien het water dan weer in de
machine terug kan lopen.
De totale lengte van de afvoerslang, in-
clusief een eventueel verlengstuk, mag
niet langer zijn dan 4 meter. De
binnendiameter van het verlengstuk
mag niet kleiner zijn dan de diameter van
de bijgeleverde slang.
Evenmin mag de binnendiameter van de
voor de aansluitingen aan de afvoer
gebruikte koppelingen kleiner zijn dan de
diameter van de bijgeleverde slang.
Bij het aansluiten van de afvoerslang op
een sifon onder de gootsteen moet het
gehele plastic membraan (A) verwij-
derd worden. Indien niet het gehele
membraan wordt verwijderd zullen zich
op den duur voedseldeeltjes verzamelen
die de afvoerslang van de afwasmachine
kunnen verstoppen
wateraansluiting electrolux 37