Operation Manual

15 Telefoonbeantwoorder
15.1 Algemeen
De Eurofon E 1525 beschikt, in het basisstation,
over een geintegreerde, digitale telefoon-
beantwoorder met een opnamecapaciteit van
15 minuten (of max. 59 berichten). Sommige
bedieningsfuncties kunnen uitsluitend op de
handset worden uitgevoerd. Daarnaast kunt u de
telefoonbeantwoorder ook op afstandbedienen
(bv. met gsm). De lengte van de berichten kan
worden ingesteld op 60 , 120 of 180 seconden
of op een onbegrensde lengte.
15.2 Telefoonbeantwoorder in-/uit-
schakelen
Basis
Druk op de toets E
In het display van de handset verschijnt het
beantwoordersymbool .
Druk opnieuw op de toets E om dit uit te
schakelen.
In het display van het basisstation ver-
schijnen 2 streepjes -- en het beant-
woorderssymbool in het display van de
handset verdwijnt.
Zodra u het menu van de beantwoorder op de
handset opent, knippert LA in het display van
het basisstation.
Handset:
Druk op de functietoets Menu .
Druk 1x op d en OK.
Druk 3x op c en op OK.
Gebruik de toetsen cd om AAN of UIT te
selecteren.
Druk op OK om op te slaan. De huidige
instelling is aangegeven met een *.
15.3 Opgeslagen standaard Meld-
teksten
Uw telefoonbeantwoorder beschikt bij uitlever-
ing over 2 standaard meldteksten. Daarnaast
heeft u de mogelijkheid uw persoonlijke meld-
teksten op te nemen.
Meldtekst 1 (Meldtekst met opname) wordt-
gebruikt wanneer u de beller de mogelijkheid wil
geven om een bericht achter te laten. Wanneer
u geen meldtekst hebt opgenomen, is de
meldtekst:
„Goedendag dit is een beantwoorder, u
kunt na de toon een bericht inspreken.
Spreekt u na de toon.”
Meldtekst 2 (alleen meldtekst ) wordt gebruikt
wanneer u alleen een meldtekst wilt laten horen
aan de beller, zonder dat deze een bericht
kan achterlaten. Als u geen eigen meldtekst
hebt opgenomen, wordt de volgende meld-
tekst weergegeven:
„Goedendag dit is een beantwoorder”
waarschuwing
Als er geen opnamecapaciteit meer be-
schikbaar is, schakelt de telefoonbeant-
woorder automatisch over naar Meldtekst 2.
15.3.1 Meldtekst 1 opnemen
Zodra u een eigen meldtekst hebt
opgenomen,vervangt deze de standaard
meldtekst. Deze tekst wordt echter niet gewist
en word hersteld nadat u uw eigen meldtekst
hebt gewist.
Handset:
Druk op de functietoets Menu
.
Druk 1 x op d en OK.
Druk 4 x op c en op OK.
Druk 2 x op cen op OK.
Gebruik de toetsen cd om MELDTEKST
1 te selecteren en druk op OK.
Gebruik de toetsen cd om MELDT OPN
te selecteren en druk op OK.
U hoort een pieptoon en in het display
verschijnt OPNEMEN.
Spreek uw tekst langzaam en duidelijk in
de microfoon van de handset in.
Druk op OK om uw opname te beëindigen
en op te slaan.
U hoort een pieptoon en de opgenomen
meldtekst wordt afgespeeld ter controle.
Op
het display verschijnt de melding MELDT
AFSP.
Om de opname te beëindigen zonder deze
op te slaan, drukt u op P .
15.3.2 Meldtekst 2 opnemen
Zodra u een eigen meldtekst hebt opge-
nomen,vervangt deze de standaard meldtekst.
15 Telefoonbeantwoorder
29
Eurofon E 1525