Operation Manual
De oventemperatuur controleren
U kunt de temperatuur in het apparaat controleren wanneer de functie of het programma
in werking is.
1. Raak
aan.
Het temperatuur-/tijddisplay geeft de temperatuur in het apparaat aan.
Als u de oventemperatuur wilt wijzigen raakt u nog een keer aan en gebruikt u of
.
2. Raak
aan om terug te keren naar de ingestelde temperatuur. Het display geeft dit
na vijf seconden automatisch weer.
Functie Snel opwarmen
De functie Snel opwarmen verkort de opwarmtijd.
Leg geen voedsel in de oven wanneer de functie Snel opwarmen is ingeschakeld.
De functie Snel opwarmen activeren: Activeer een ovenfunctie. Raak
gedurende lan-
ger dan drie seconden aan.
IfAls u de functie Snel opwarmen activeert, gaan de balkjes op het display
één voor één
branden om aan te geven dat de functie werkt en
verschijnt op het display.
De functie Snel opwarmen is niet bij elke ovenfunctie beschikbaar. Er is een geluidssignaal
te horen als de functe Snel opwarmen niet voor de ingestelde functie beschikbaar is.
Energie besparen
Het apparaat beschikt over enkele functies waarmee u tijdens het dagelijks koken
energie kunt besparen:
• Restwarmte:
– De ovenfunctie of het programma is in werking: de verwarmingselementen worden
10% eerder uitgeschakeld (de lamp en ventilator blijven wel in werking). Voorwaarde:
de kooktijd is langer dan 30 minuten of u gebruikt de klokfuncties (duur, einde, tijd-
vertraging).
– De oven staat uit: u kunt de warmte gebruiken om het eten warm te houden. De indi-
catie: het display voor de klok/restwarmte geeft de resterende temperatuur weer. De
balkjes geven de afnemende temperatuur aan.
• Ovenlamp uit - raak
aan om de ovenlamp tijdens het koken uit te schakelen.
• Display uit - schakel het apparaat zo nodig uit. Raak
en tegelijkertijd aan totdat
het display uit gaat (of aan).
• Eco-functies - raadpleeg "Ovenfunctie".
Dagelijks gebruik
13