Operation Manual

9. VOOR HET EERSTE GEBRUIK
1. Giet 2 liter water in het
wasmiddeldoseerbakje voor de
wasfase.
Dit activeert het afvoersysteem.
2. Doe een klein beetje wasmiddel in
het doseervakje voor de wasfase.
3. Stel het programma voor katoen in
op de hoogste temperatuur zonder
wasgoed en start het programma.
Dit verwijdert al het mogelijke vuil uit de
trommel en de kuip.
10. DAGELIJKS GEBRUIK
10.1 Het apparaat inschakelen
1. Draai de waterkraan open.
2. Steek de stekker in het stopcontact.
3. Druk op toets Aan/Uit om het
apparaat in te schakelen.
Er klinkt een korte toon.
10.2 Wasgoed in de machine
doen
1. Open de deur van het apparaat
2. Plaats het wasgoed één voor één in
de trommel.
3. Schud de items voor u ze in de
wasautomaat plaatst.
Zorg ervoor dat u niet te veel was in de
trommel plaatst.
4. Doe de deur stevig dicht.
LET OP!
Zorg ervoor dat er geen
wasgoed tussen de deur
blijft klemmen. Er kan
waterlekkage of beschadigd
wasgoed ontstaan.
10.3 Wasmiddel en additieven
(wasverzachter, vlekkenmiddel)
toevoegen
Vakje voor voorwasmiddel,
weekprogramma of
vlekkenverwijderaar.
Wasmiddelvakje voor wasfase.
Vakje voor vloeibare toevoegingen
(wasverzachter, stijfsel).
Dit is het maximale niveau voor
vloeibare toevoegingen.
Klep voor waspoeder of vloeibaar
wasmiddel.
Volg altijd de instructies op
de verpakking van de
wasmiddelen.
10.4 De stand van de klep
controleren
1. Trek de wasmiddeldoseerlade uit tot
deze stopt.
2. Druk de hendel in om de lade uit te
trekken.
NEDERLANDS
15