User manual
26 818 21 79-00/5
Controle- en informatiesysteem
Het controle- en informatiesysteem bestaat uit
temperatuuraanwijzingen, optische waarschuwingsaanwijzing en
akoestische waarschuwingen.
Het systeem waarschuwt:
– bij geopende apparaatdeuren;
– als de temperatuur in de koel- of diepvriesruimte te hoog oploopt;
– bij functiestoringen aan het apparaat.
Waarschuwing "deur open"
Als de deur van koel- of vriesruimte open staat, knippert de rode waar-
schuwingsindicatie en er klinkt een signaal
– bij open vriesruimtedeur na ca. 80 seconden
– bij open koelruimtedeur na ca. 5 minuten
Als u voor het opbergen of indelen van levensmiddelen in koel- of
vriesruimte meer tijd nodig hebt, kunt u het waarschuwingssignaal uit-
schakelen door toets WAARSCHUWING UIT in te drukken.
Als de deuren open blijven, klinkt het waarschuwingssignaal na afloop
van de betreffende tijd opnieuw.
Blijven de deuren langer dan 80 minuten open, dan wordt het waar-
schuwingssignaal automatisch uitgeschakeld.
De rode waarschuwingsindicatie gaat uit als u de deuren sluit.
Temperatuurwaarschuwing
Voor de koelruimte:
De rode waarschuwingsindicatie knippert en er klinkt een signaal, zodra
de temperatuur in de koelruimte tot boven +10 °C stijgt.
0 1. Met toets WAARSCHUWING UIT kunt u het signaal uitschakelen.
3
Waarschuwingsindicatie en -signaal worden automatisch uitgescha-
keld, als de temperatuur in de koelruimte tot beneden +11 °C daalt.
Het waarschuwingssignaal wordt bovendien na 80 minuten automa-
tisch uitgeschakeld.
Voor de vriesruimte:
De rode waarschuwingsindicatie knippert en er klinkt een signaal, zodra
de temperatuur in de vriesruimte tot boven -12 °C stijgt. Bovendien
knippert de temperatuurindicatie voor de vriesruimte.
0 1. Met toets WAARSCHUWING UIT kunt u het signaal uitschakelen.