SANTO Elektronische koel-/vriescombinaties Combinés réfrigérateur/congélateur électroniques Gebruiksaanwijzing Notice d’utilisation 818 34 50-00/9
Geachte klant, Lees eerst aandachtig de gebruiksaanwijzing door voordat u uw nieuwe apparaat in gebruik neemt. Hierin staat belangrijke informatie over een veilig gebruik, over het opstellen en over het onderhoud van het apparaat. De gebruiksaanwijzing s.v.p. bewaren voor latere naslag. Aan eventuele volgende bezitters van het apparaat doorgeven. Deze gebruiksaanwijzing is voor meerdere, technisch vergelijkbare modellen in diverse uitvoeringen bestemd. S.v.p.
Inhoud Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Weggooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Informatie over de verpakking van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Weggooien van oude apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 7 8 Transport apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud 4 Controle- en informatiesysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Waarschuwing "deur open" . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Temperatuurwaarschuwing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Functiestoringen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 28 28 29 Het openen van de deur van de diepvriesruimte . . . . . . . . . . . . . . . . .
1 Veiligheid De veiligheid van onze apparaten voldoet aan de Europese en Nederlandse normen. Desondanks zien wij ons genoodzaakt u met de volgende veiligheidsaanwijzingen vertrouwd te maken: Juist gebruik • Het apparaat is voor huishoudelijk gebruik bedoeld. Geschikt voor het koelen, invriezen en bewaren van diepgevroren levensmiddelen alsmede voor de bereiding van ijs. Als het apparaat voor andere doeleinden gebruikt wordt kan de fabrikant geen verantwording nemen voor eventuele schaden.
Veiligheid Veiligheid van kinderen • Verpakkingsonderdelen (bijv. folie, piepschuim) kunnen gevaarlijk zijn voor kinderen. Verstikkingsgevaar! Verpakkingsmateriaal weghouden bij kinderen! • Apparaten die hun tijd gehad hebben onbruikbaar maken voordat ze weggegooid worden. Stekker er afhalen, netsnoer doorknippen, eventuele snap- of grendelsloten verwijderen of kapotmaken.
• Als u boven op het apparaat bevroren producten legt, kan zich door de kou in de holle ruimte van de opbergplaat condenswater vormen. In deze holle ruimte zitten elektronische onderdelen. Als er condenswater op deze onderdelen druppelt, kan kortsluiting het apparaat beschadigen. Leg daarom geen bevroren producten boven op het apparaat. • De netstekker nooit aan het elektriciteitssnoer uit het stopcontact trekken.
Weggooien van oude apparaten Wegens milieuredenen dienen koelapparaten vakkundig ontmanteld te worden. Dit geldt voor uw huidige apparaat en - als het ook aan vervanging toe is - ook voor uw nieuwe apparaat. 1 Waarschuwing! Apparaten die hun tijd gehad hebben onbruikbaar maken voordat ze weggegooid worden. Stekker er afhalen, netsnoer doorknippen, eventuele snap- of grendelsloten verwijderen of kapotmaken.
Transportbescherming verwijderen Het apparaat alsmede delen van het interieur zijn voor het transport beschermd. 0 1. Van de binnenkant van de deur de beschermdelen voor de deurafsluiting verwijderen. 3 Eventuele plakbandresten kunnen met wasbenzine verwijderd worden. 2. Transportbescherming van de deurlagers bij geopende deur verwijderen. 3. Transportbeschermdeel van het deurlager bij geopende deur verwijderen.
Transportbescherming verwijderen Transportbeveiliging van de planken verwijderen: 4. Beveiligingsdelen tot aan de verdikking aan de rand van de plank naar voren schuiven. 5. Plank zo ver naar voren trekken, tot hij naar beneden gekiept kan worden en de beveiligingsdelen uit de geleidingen genomen kunnen worden.
Opstellen Opstelplaats Het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte neerzetten. De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik en het onberispelijk functioneren van het apparaat. Het apparaat daarom – niet aan directe straling van de zon blootstellen; – niet bij radiatoren, naast een kachel of andere warmtebronnen plaatsen; – alleen op een plaats neerzetten waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatcategorie waarvoor het apparaat is ontworpen.
Opstellen Het apparaat heeft lucht nodig Lucht wordt onder de deur toegevoerd via de ventilatieopeningen in de sokkel en gaat dan via de ontluchting langs de achterwand naar boven. Deze ventilatieopeningen nooit afdekken of versperren zodat de lucht kan circuleren. Let op! Als het apparaat bijv. onder een kast geplaatst wordt, dient een afstand van minstens 10 cm tussen de bovenkant van het apparaat en het daarboven aangebrachte meubel aangehouden te worden.
Opstellen 0 1. Voor ingebruikneming op het typeplaatje van het apparaat controleren of de netspanning en stroomsoort overeenkomen met de waarden van het lichtnet op de plaats waar het apparaat komt te staan. bijv: AC 220 ... 240 V 50 Hz of 220 ... 240 V~ 50 Hz (d.w.z. 220 tot 240 Volt wisselstroom, 50 Hertz) Het typeplaatje bevindt zich links aan de binnenkant van het apparaat. Attentie: De netaansluiting mag alleen door een vakman worden vervangen.
Draairichting van de deur wisselen De draairichting van de deur kan van rechts (aflevertoestand) naar links omgezet worden, als dat voor de opstellingsplaats nodig is. 1 Waarschuwing! Tijdens het verwisselen van de deurdraairichting mag het apparaat niet op het elektriciteitsnet aangesloten zijn. Trek tevoren de stekker uit het stopcontact. 0 1. Open de deur van de vriesruimte en trek de sokkelplaat er naar voren toe af. Zet de deurlagerafdekking op de sokkelplaat van links naar rechts om. 2.
Draairichting van de deur wisselen 4. Zet de scharnierstiften van het rechter in het linker gat. Haal de deur van de vriesruimte er voorzichtig naar voren toe uit en zet hem opzij. 5. Schroef het middelste deurlager eraf. 6. Haal de deur van de koelruimte er voorzichtig naar voren toe uit en zet hem opzij. 7. Schroef de bevestigingsschroef voor het zelfsluitmechanisme onder op de koelruimtedeur eraf. 8. Zet de bovenste scharnierstift naar links om. 9.
Draairichting van de deur wisselen 10. Deurgreep afschroeven, 180° draaien en aan de rechterkant van de deur weer vastschroeven. 11. Afdekking van de deurgreep plaatsen en tot aan de aanslag naar links schuiven. 12. Schroef het zelfsluitmechanisme linksonder op de deur van de koelruimte vast. 13. Schuif de deur van de koelruimte voorzichtig op de bovenste deurtap en sluit hem.
Draairichting van de deur wisselen 14. Schuif het middelste deurlager linksonder in de deur van de koelruimte en schroef het aan de behuizing vast. 15. Schroef het zelfsluitmechanisme linksboven op de deur van de vriesruimte vast. 16. Schuif de deur van de vriesruimte voorzichtig op de middelste lagerbout en sluit hem. 17. Zet het onderste deurlager met lagertap linksonder in de deur van de vriesruimte en schroef het vast. 18. Open de deur van de vriesruimte en zet de sokkelplaat erop.
Beschrijving apparaat Vooraanzicht (diverse modellen) 18 á à â ä ã å ç é è ê ë Bedieningspaneel en controle-elementen í ì Laden voor diepvriesproducten (voor bewaren en invriezen) Boter-/kaasvak met klep Deurvakken Flessenvak LONGFRESH 0 °C koelruimte Legvlakken Schap voor snel afkoelen Flessen- en blikjeshouder Typeplaatje Rooster Lade voor diepvriesproducten (alleen voor bewaren) Bij het ontdooien dient de onderste lade ook als dooiwateropvang Diepvriesplateau 818 34 50-00/9
Beschrijving apparaat Diepvriestableau Onder de bovenste lade in de vriesruimte bevindt zich een vriestableau. Op het vriestableau kunt u bijv. bessen apart invriezen. Voordeel: de bessen worden niet platgedrukt, ze behouden hun natuurlijke vorm. De bevroren bessen kunt u daarna, in porties verpakt, in de laden leggen. Koude-accu (niet bij alle modellen) In het apparaat bevindt zich een koude-accu.
Beschrijving apparaat Bedieningspaneel 1 2 3 4 5 6 7 8 Toets AAN/UIT en lichtnetlampje (groen) Temperatuurindicatie voor koelruimte (niet voor LONGFRESH 0 °C koelruimte) Toetsen voor temperatuurinstelling voor koelruimte Toets COOLMATIC en lampje voor ingeschakelde COOLMATICfunctie (geel) • COOLMATIC voor intensieve koeling in de koelruimte Toets FROSTMATIC en lampje voor ingeschakelde FROSTMATICfunctie (geel) • FROSTMATIC voor snel invriezen in de diepvriesruimte Temperatuurindicatie voor diepvriesrui
Beschrijving apparaat GEWENSTE temperatuur betekent: De temperatuur die in de koel- resp. vriesruimte moet heersen. De GEWENSTE temperatuur wordt met knipperende cijfers aangegeven. WERKELIJKE temperatuur betekent: De temperatuurindicatie geeft de temperatuur aan die op dat moment werkelijk in de koel- resp. vriesruimte heerst. De WERKELIJKE temperatuur wordt met brandende cijfers aangegeven.
Voor ingebruikneming 1 Laat het apparaat, voordat u het op het elektriciteitsnet aansluit en voor de eerste ingebruikname, 30 minuten staan, als het rechtop vervoerd is. Als het liggend vervoerd is, moet het apparaat voor ingebruikname eerst 4 uur staan, zodat de olie naar de compressor kan terugstromen. Anders kan de compressor beschadigd worden. 0 1. Het interieur van het apparaat en alle accessoires schoonmaken voor het eerste gebruik (zie hoofdstuk “Reiniging en Onderhoud”). 2.
Temperatuur instellen Met de betreffende toetsen voor temperatuurinstelling kunnen de gewenste temperatuur in de koelruimte en in de diepvriesruimte apart van elkaar ingesteld worden. 3 In de LONGFRESH 0 °C koelruimte wordt de temperatuur automatisch geregeld. Deze blijft constant ca. 0 °C, een instelling is niet vereist. Informatie: uw apparaat is van een dynamisch circulatielucht voorzien.
COOLMATIC/FROSTMATIC COOLMATIC-toets De COOLMATIC-functie is geschikt voor het snel afkoelen van grotere hoeveelheden in de koelruimte, bijv. dranken, salades ter gelegenheid van een feestje. 0 1. Door te drukken op de COOLMATIC toets wordt de COOLMATIC-functie ingeschakeld. Het gele lampje gaat branden. De COOLMATIC-functie zorgt nu voor intensief koelen. Daarbij wordt automatisch een GEWENSTE temperatuur van +3 °C ingesteld. Na verloop van 6 uur wordt de COOLMATIC-functie automatisch beëindigd.
COOLMATIC/FROSTMATIC 3 Als de COOLMATIC-functie niet handmatig beëindigd wordt, schakelt de elektronica van het apparaat de COOLMATIC-functie na 6 uur uit. Het gele lampje gaat uit. FROSTMATIC-toets De FROSTMATIC-functie versnelt het invriezen van verse levensmiddelen en beschermt tegelijkertijd de reeds ingevroren waren tegen ongewenste verwarming. 0 1. Door te drukken op de FROSTMATIC toets wordt de FROSTMATIC-func- tie ingeschakeld. Het gele lampje gaat branden. 2.
Apparaat uitschakelen 3 Koelruimte en diepvriesruimte kunnen apart van elkaar uitgezet worden. 0 1. Voor uitschakelen de AAN/UIT toets ingedrukt houden. In de temperatuuraanwijzing volgt een zogenaamde "count down", waarbij terug geteld wordt van "3" naar "1". Als de "1" bereikt is, wordt het apparaat uitgeschakeld. De temperatuurindicaties gaan uit. Koelruimte uitschakelen: 0 1. De toets “+” voor de koelruimte ingedrukt houden, tot de temperatuurindicatie „OF“ verschijnt.
Vakantieïnstelling Bij de vakantiestand bedraagt de SOLL-temperatuur voor de koelruimte +15 °C. Daardoor bestaat de mogelijkheid - zonder dat geur- of schimmelvorming optreedt - gedurende langere afwezigheid (bijv. vakantie) de lege koelruimte in plaats van open ook gesloten te houden. Voordeel: onopzettelijke dichtvallen van de deur resp. bij vergissing dichtdrukken van de deur door personen die tijdens Uw afwezigheid toegang tot de woning hebben, is niet meer mogelijk.
Controle- en informatiesysteem Het controle- en informatiesysteem bestaat uit temperatuuraanwijzingen, optische waarschuwingsaanwijzing en akoestische waarschuwingen. Het systeem waarschuwt: – bij ingebruikneming van het apparaat (wanneer de opslagtemperatuur nog niet is bereikt); – bij geopende apparaatdeuren; – als de temperatuur in de koel- of diepvriesruimte te hoog oploopt; – bij functiestoringen aan het apparaat.
0 1. Met toets WAARSCHUWING UIT kunt u het signaal uitschakelen. De temperatuurindicatie voor de vriesruimte stopt met knipperen en geeft de warmste temperatuur aan die tijdens het temperatuuralarm in de vriesruimte is bereikt. Na ca. 5 seconden schakelt de temperatuurindicatie weer op de actuele vriesruimtetemperatuur om. 3 Het waarschuwingssignaal wordt automatisch uitgeschakeld – als de temperatuur in de vriesruimte tot beneden -8 °C daalt.
Interieur Legvlakken 0 1. Eén legvlak moet in ieder geval in de onderste geleiders boven de fruit- en groenteladen geschoven worden. Dit dient altijd op die plaats te zitten zodat fruit en groenten langer fris blijven. De overige legvlakken zijn in hoogte verstelbaar: 0 1. Daartoe het legvlak zover naar voren trekken tot het naar boven of onderen bewogen kan worden en eruit gehaald kan worden. 2. Om de legvlakken op een andere hoogte te zetten in omgekeerde volgorde te werk gaan.
Interieur 3 De LONGFRESH 0 °C koelruimte is tevens voor het langzaam ontdooien van bevroren levensmiddelen geschikt. In dit geval zijn de ontdooide levensmiddelen in de LONGFRESH 0 °C koelruimte nog tot twee dagen houdbaar. Luchtvochtigheid instellen De beide laden kunnen volgens de gewenste opslagcondities onafhankelijk van elkaar met een hogere of lagere luchtvochtigheid worden gebruikt.
Interieur De flessensteun kunt u uitklappen wanneer er een grote fles gekoeld moet worden. Verwijderen van flessen- en blikjeshouder 0 1. Haak de snelkoelplank met de houder uit de kast. 2. Om de houder van de plank los te maken moet u de haken die om de achterkant van de plank zitten naar buiten toe buigen. Flessenhouder Sommige modellen hebben een flessenhouder. Hij dient als bescherming tegen het omvallen van losse flessen en kan aan de zijkant verschoven worden worden.
Juiste manier van bewaren Een ventilator zorgt voor het snel afkoelen van de levensmiddelen en voor een gelijkmatige temperatuurinstelling in de koelruimte en de LONGFRESH 0 °C koelruimte. Temperatuurafwijkingen zijn niet groter dan max. 1 °C. Levensmiddelen met verschillende houdbaarheid kunnen daardoor willekeurig over de ruimten worden verdeeld, zonder dat er rekening behoeft te worden gehouden met de verschillende temperatuurzones.
Juiste manier van bewaren Levensmiddelen Bewaartijd Varkensvlees grotere porties klein gesneden tot 7 dagen tot 5 dagen Rundvlees, wild tot 7 dagen Bij een vochtige opslag: 34 Groenten, sla Bewaartijd Artisjok tot 21 dagen Bloemkool tot 21 dagen Broccoli tot 14 dagen IJsbergslag, veldsla tot 21 dagen Erwten tot 10 dagen Groene kool tot 14 dagen Wortelen tot 150 dagen Knoflook tot 180 dagen Kool tot 180 dagen Prei tot 60 dagen Paddestoelen tot 7 dagen Radijsjes tot 14 dagen
Juiste manier van bewaren Fruit Bewaartijd Bosbessen tot 14 dagen Frambozen tot 5 dagen Kersen tot 14 dagen Perziken tot 30 dagen Pruimen tot 21 dagen Kweefruit tot 90 dagen Rabarber tot 21 dagen Kruisbessen tot 21 dagen Wijndruiven tot 90 dagen Tips: • Let bij het inkopen op de versheid van het levensmiddel. Kwaliteit en versheid zijn bepalend voor de bewaartijd.
Invriezen Behalve de onderste lade, die alleen voor opslag bestemd is, kunnen alle andere vakken en laden in de diepvriesruimte voor invriezen gebruikt worden. Let op! • Voor het invriezen van levensmiddelen moet de IST-temperatuur in de diepvriesruimte -18 °C of kouder zijn. • Bij het invriezen van grotere hoeveelheden levensmiddelen de bevroren koude-accu voorin de bovenste lade in de vriesruimte leggen. • Let op het vriesvermogen op het merk- en type-aanduidingsplaatje.
Tips: • Geschikt voor het verpakken van diepvriesproducten zijn: – diepvrieszakken en -folie van polyethyleen; – speciale diepvriesdozen; – aluminiumfolie, extra sterk. • Voor het sluiten van zakken en folie zijn geschikt: plastic klemmen, elastiekjes of plakband. • Voor het sluiten de lucht uit zakken en folie strijken, omdat lucht het uitdrogen van de diepvriesproducten bevordert. • Maak platte pakjes, deze bevriezen sneller.
Symbolen bewaarde producten/Diepvrieskalender (niet bij alle modellen) • De symbolen op de laden geven de diverse soorten diepvriesproducten aan. • De getallen geven voor ieder soort diepvriesproduct de bewaartijd in maanden aan. Of de hoogste of de laagste waarde van de aangegeven bewaartijd geldt, hangt af van de kwaliteit van de levensmiddelen en de behandeling voorafgaand aan het invriezen. Voor levensmiddelen met een hoog vetgehalte geldt altijd de laagste waarde. Het maken van ijsblokjes 0 1.
Ontdooien Diepvriesruimte ontdooien Als het apparaat in gebruik is en als de deur geopend wordt, slaat vocht in de diepvriesruimte, voornamelijk boven in het midden, als rijp neer. Deze rijp van tijd tot tijd met een zachte schraper van kunststof, bijv. een deegkrabber verwijderen. Nooit harde of puntige voorwerpen daarvoor gebruiken. Het apparaat ontdooien als de rijplaag een dikte van ca. 4 mm bereikt heeft; in ieder geval minimaal één maal per jaar.
Reiniging en onderhoud Om hygiënische redenen dient het apparaat aan de binnenkant met toebehoren geregeld gereinigd te worden. 1 Waarschuwing! • Het apparaat mag tijdens het schoonmaken niet op het lichtnet aangesloten zijn. Gevaar voor elektrische schok! Voor het schoonmaken het apparaat uitschakelen en de stekker uit het stopcontact halen of de zekering uitschakelen er resp. uithalen. • Het apparaat nooit met stoomapparaten schoonmaken.
3. Diepvriesruimte voor het schoonmaken ontdooien (zie Hoofdstuk "Ontdooien"). 4. Koel- en diepvriesruimte uitschakelen en de stekker uit het stopcontact halen of de zekering uitschakelen, er resp. uithalen. 5. Apparaat binnen met een doek en lauwwarm water schoonmaken. Eventueel een beetje normaal afwasmiddel toevoegen. 3 Het onderste legplateau die de koelruimte van de LONGFRESH 0 °C koelruimte scheidt, kan voor het reinigen worden uitgenomen. Hiervoor wordt het plateau recht uitgetrokken.
0 1. Het rooster wordt geopend door tegelijkertijd de hendel rechts van het rooster in te drukken (1) en de klep naar buiten te draaien (2). 2. Het koolfilter wordt vervolgens uit de gleuf getrokken waar het koolfilter loopt (3). 3. Het nieuwe koolfilter wordt vervolgens in dezelfde gleuf geplaatst. 1 De filters moeten zorgvuldig behandeld worden zodat er geen schilfers van het oppervlak loskomen.
Wat te doen als ... Hulp bij storingen Het kan zich bij een storing om een klein defect handelen dat zelf met behulp van de volgende aanwijzingen opgelost kan worden. Geen verdere actie ondernemen als de volgende informatie in concrete gevallen niet verder helpt. 1 Waarschuwing! Reparaties aan het koelapparaat mogen alleen door vakmensen uitgevoerd worden. Door verkeerd uitgevoerde reparaties kunnen grote gevaren voor de gebruiker ontstaan.
Wat te doen als ... Storing Mogelijke oorzaak Waarschuwingssignaal klinkt, rode waarschuTemperatuurwaarschuwingsindicatie en tempera- wing. tuurindicatie knippert. Binnenverlichting werkt niet. Lamp is kapot. Attentie: na 7 minuten schakelt de binnenverlichting automatisch uit. Hulp Zie hoofdstuk "Controleen informatiesysteem". Nalezen in dit hoofdstuk onder "Lamp verwisselen". De levensmiddelen elders opslaan (mogelijk in het koelvak, niet tegen de achterwand schuiven).
Wat te doen als ... Storing Ongewone geluiden. Nadat de COOLMATIC- of FROSTMATIC toets ingedrukt is of nadat de temperatuurinstelling veranderd is, start de compressor niet direct. Mogelijke oorzaak Hulp Apparaat staat niet recht. Voorste stelvoetjes bijstellen. Apparaat staat tegen de muur of tegen andere voorwerpen aan. Apparaat iets wegtrekken. Een onderdeel, bijv. een buis, aan de achterkant van het apparaat maakt Eventueel dit onderdeel contact met een ander voorzichtig wegbuigen.
Geluiden als het apparaat in bedrijf is De volgende geluiden zijn karakteristiek voor koelapparaten: • Klikken Altijd als de compressor in- of uitgeschakeld wordt, is een klikgeluid te horen. • Zoemen Zodra de compressor werkt, is een zoemgeluid te horen. • Borrelen/kabbelen Als koelvloeistof door dunne buisjes stroomt, is een borrelend of kabbelend geluid te horen. Ook na het uitschakelen van de compressor is dit geluid nog korte tijd te horen.
Vaktermen • Koelmiddelen Vloeistoffen die voor het opwekken van koude gebruikt kunnen worden noemt men koelmiddelen. Ze hebben een verhoudingsgewijs laag kookpunt, zo laag, dat de warmte van de in het koelapparaat opgeslagen levensmiddelen het koelmiddel tot koken resp. verdampen kan brengen. • Koelmiddelcircuit Gesloten circuit, waarin zich het koelmiddel bevindt. Het koelmiddelcircuit bestaat in principe uit een verdamper, een compressor, een condensor en pijpleidingen.
Klantenservice Als bij een storing geen oplossing in deze gebruiksaanwijzing gevonden kan worden, gelieve men zich tot de handelaar of tot onze klantenservice te wenden. Adressen en telefoonnummers staan in bijgevoegde boekje "Garantievoorwaarden/Klantendienst". Een gerichte onderdeelvoorbereiding kan onnodige moeite en kosten besparen. Vermeld daarom de volgende gegevens van het apparaat:. • Model naam • Productnummer (PNC) • Productienummer (S-No.
Klantenservice (Nederland) Als u vragen hebt waar deze gebruiksaanwijzing geen antwoord op geeft, kunt u de volgende afdelingen raadplegen: AEG fabrieksservice Postbus 120 2400 AC Alphen aan den Rijn Consumentenbelangen tel. 0172 - 468 172 (voor algemene, product- of gebruiksinformatie) fax 0172 - 468 470 Storingen / reparaties tel. 0172 - 468 300 (voor bezoek servicetechnicus) fax 0172 - 468 255 Onderdelenverkoop tel. 0172 - 468 400 fax 0172 - 468 376 www.aeg-huishoudelijk.
From the Electrolux Group. The world´s No.1 choice. The Electrolux Group is the world´s largest producer of powered appliances for kitchen, cleaning and outdoor use. More than 55 million Electrolux Group products (such as refrigerators, cookers, washing machines, vacuum cleaners, chain saws and lawn mowers) are sold each year to a value of approx. USD 14 billion in more than 150 countries around the world. AEG Hausgeräte GmbH Postfach 1036 D-90327 Nürnberg http://www.aeg.hausgeraete.