Operation Manual

66
Voor de installateur
L-
L-
L
L
SH
SH
LE
LE
LE
LE
L
L
L
L
N
N
N
N
A1
A1
A1
A1
Z1
Z1
Z1
Z1
A2
A2
A2
A2
Z2
Z2
Z2
Z2
DC
DC
AC
AC
(N)
(N)
(N)
(N)
(N)
(N)
(N)
Aufladesteuerung
230 V-System
Aufladesteuerung
230 V-System
“Eindraht-
steuerung”
Brücken (L) - (L-SH) und (N) - (N)
bei Ansteuerung Heizungsschütz
entfernen
ohne
Brücken (L) - (L-SH) und (N) - (N)
bei Ansteuerung Heizungsschütz
entfernen
ohne
1/N 230V
1/N 230V
Raumtempe-
raturregler
N/PE 400V
N/PE 400V
N/PE 400V
1/N/PE 230V
Aufladesteuerung A1/A2
Aufladesteuerung A1/A2
Aufladesteuerung
L1/L2/L3
(ggf. über Heizungsschütz)
L1/L2/L3
(ggf. über Ladeschütz)
L1/L2/L3
(ggf. über Ladeschütz)
RTA-S
(RTNZ-S
)
[mit Schalter f. Zusatzhzg.]
Aufladesteuerung
Kleinspannungs-System
Aufladesteuerung
Kleinspannungs-System
X3
X3
N
N
LE`
LE`
LH
LH
LH`
LH`
N
N
N
N
TA
TA
N
N
N
N
LE
LE
+
+
-
-
L3
L3
L3
L3
L2
L2
L2
L2
L1
L1
L1
L1
2
2
2
2
1
1
1
1
3
3
3
3
X1
X1
X1
X1
X2
X2
Anschlussplan . . .
. . . bei integrierten Raumtemperaturreglern RTI-E3/RTI-EP2
. . . bei wandmontierten Raumtemperaturreglern RTA-S/RTNZ-S
. . . bei Wärmespeicheraustausch “alt-neu” mit wandmontiertem
Raumtemperaturregler und fehlender Tagstrom-Versorgung
. . . bei einphasigen Anschluss (max. 2 kW)
à
à
à
à
à
à
àà
. . . bij geïntegreerde thermostaten RTi 102 E/RTi 103 EP
Aansluitschema . . .
. . . bij wandgemonteerde thermostaten
. . . bij enkelfasige aansluiting (max. 2 kW)
. . . bij warmteaccumulator-vervanging „oud-nieuw” met
wandgemonteerde thermostaat en ontbrekende dagstroomvoeding
*
Bruggen (L) - (L-SH) en (N) - (N)
bij aansturing zonder verwarmings-
beveiliging verwijderen
AC
oplaadbesturing
230 V-systeem
Oplaadbesturing A1/A2
1/N ~ 50 Hz 230 V
L1/L2/L3
(event. via verwarmings-
beveiliging)
N/PE ~ 50 Hz 400 V
AC
oplaadbesturing
230 V-systeem
Oplaadbesturing A1/A2
1/N ~ 50 Hz 230 V
L1/L2/L3
(event. via verwarmings-
beveiliging)
N/PE ~ 50 Hz 400 V
wandgemonteerde
thermostaten
1/N/PE ~ 50 Hz 230 V
L1/L2/L3
(event. via
verwarmingsbeveiliging)
N/PE ~ 50 Hz 400 V
Oplaadbesturing
temperatuurregelaar
**
„Enkeldraadsbesturing“
DC
oplaadbesturing
lage spanningssysteem
DC
oplaadbesturing
lage spanningssysteem
Hierbij moet erop worden gelet dat de
afzonderlijke thermostaat en de beschikbare
weersafhankelijke oplaadbesturing op dezelfde
manier flankgesloten zijn als het lastdeel.
Wanneer er meerdere aardlekschakelaars
beschikbaar zijn, moet de N van het thermorelais
K1 op de N van het lastdeel alsmede draad 3 van
de stekkerverbinding X10 van L naar L1 worden
gelegd (zie schakelschema pagina 19)
*
Bruggen (L) - (L-SH) en (N) - (N)
bij aansturing zonder verwarmings-
beveiliging verwijderen