Operation Manual
15
8.5 Aansluiten van de collector
Collectorzijdige aansluiting
De Aquasol 3 ZT wordt niet direct op de zonnecollector
aangesloten, maar op een externterugloopvat (voor
individuele toepassing) of op een strang (collectief
collector systeem bij gestapelde bouw).
8.5.1 Individueel systeem
Bij een indivueel systeem wordt één zonneboiler aange-
sloten op één collector (1-2 of 3 module). Omdat de
Aquasol 3 ZT geen geïntergreerd terugloopvat heeft, moet
een extern terugloopvat worden toegepast. Schematisch
is de aansluiting weergegeven in figuur 8.4. Het vat kan
zowel staand als liggend geïnstalleerd worden.
Het exacte aansluitschema van het terugloopvat wordt bij
het terugloopvat geleverd.
De maximaal toepasbare leidinglengte’s zijn weergege-
ven in de tabel 8.1.
Tabel 8.1 Pompopvoerhoogte bij extern terugloopvat
8.5.2 Collectief collector systeem
Bij het maken van een collectief collector systeem dient
aan de volgende randvoorwaarden voldaan te worden;
• max. oppervlak collectorveld 11m
2
(komt overeen met 8 modules).
• max. 6 AquaSol 3 ZT boilers per collectorveld aansluiten.
• max. hoogteverschil tussen boiler en vulniveau
terugloopvat 36 meter.
• geadviseerd wordt om de alle leidingwerk tussen
boiler, terugloopvat en collectorveld in koper of RVS uit
te voeren.
• leiding diameter:
• aan collector: 15mm
• van collectorveld naar terugloopvat: 15mm
• strang: 22mm
(minimaal)
• vanaf strang naar boiler: 15mm
• Leiding afloop;
De leidingen tussen het collectorveld en het terugloop-
vat, en tussen de strang en de boiler dienen onder
afschot geplaatst te worden. Het afschot moet tussen
de 20 en 40 mm per meter zijn, en naar het terugloop-
vat resp. de boiler zijn.
Bij de collectorleidingen is dit afschot bedoeld voor het
goed leeglopen van de collector (-leidingen).
Bij de boiler is het bedoeld voor het ontluchten van de
leidingen en boiler tijdens het vullen van het systeem.
• Leidingen moeten om de meter gebeugeld worden. De
beugel moet langdurig een temperatuur van 130°C
kunnen verdragen.
• Leidingen en strang moeten geïsoleerd worden.
Gebruik Vidoflex of een gelijkwaardig isolatiemateriaal.
De collectorzijdige aansluiting van de Aquasol 3 ZT moet
zoals in figuur 8.5 weergegeven.
Figuur 8.4 Aansluiting van de zonnecollector
zie tabel 8.1 voor I t/m IV
α = leiding afschot
20 - 40mm/m
T = Terugloopvat
vulniveau
Figuur 8.5 Aansluitschema van de Aquasol 3 ZT
op de “strang” van een collectief collector veld.
Naar volgende woonlaag/
terugloopvat (hoogbouw)
Aquasol 3
ZT
strang
UP 15-50 ES
I max. installatie hoogte 19 meter
(pomp-bovenzijde collector)
II max. opvoerhoogte 4 meter
(vulniveau - bovenzijde collector)
III min. installatie hoogte 0,4 meter
(vulniveau - onderzijde collector)
IV max. hoogte verschil 15 meter
(pomp - vulniveau)
Naar
volgende
woonlaag