Operation Manual

16
3. De speler start de weergave van alle nummers van de cd in een willekeurige volgorde.
4. Druk op de toets SKIP
FORWARD (4) om naar het volgende willekeurige nummer over te gaan.
5. Druk nogmaals op de toets MODE/EQ/PROG (19) om terug te keren naar de gewone weergavemodus.
IN MP3
1. Druk op de toets PLAY/PAUSE (6).
2. Druk 5 keer op de toets MODE/EQ/PROG (19) om de randommodus binnen te gaan. RANDOM
knippert op de display.
3. De speler start de weergave van alle nummers van alle albums op de disk in een willekeurige volgorde.
4. Druk op de toets SKIP
(4) om naar het volgende willekeurige nummer over te gaan.
5. Druk nogmaals op de toets MODE/EQ/PROG (19) om terug te keren naar de gewone weergavemodus.
GEPROGRAMMEERDE WEERGAVE
IN CD
1. Druk eerst op de toets PLAY/PAUSE (6) en 5 seconden later éénmaal op de toets STOP (5).
2. Druk op de toets MODE/EQ/PROG (19). Het tracknummer en P verschijnen op de display, uw eerste
selectie aangevend.
P
CD 00 P-01
TRACKNUMMER / PROGRAMMANUMMER
3. Druk op de toetsen SKIP FORWARD (
) (4) en BACKWARD ( ) (3) om het te programmeren
nummer te selecteren. Het te programmeren tracknummer verschijnt op de display.
4. Druk op de toets MODE/EQ/PROG (19) om het nummer in het geheugen te programmeren.
5. Herhaal de stappen 3 en 4 om een maximum van 64 nummers te programmeren.
6. Druk nogmaals op de toets MODE/EQ/PROG (19) om uw programma af te ronden.
7. Druk éénmaal op de toets PLAY/PAUSE (6) om de programmaweergave te starten.
8. Om de programmaweergave te annuleren drukt u tweemaal op de toets STOP (5).
Opmerking: Tijdens de programmaweergave kunt u kiezen om het hele programma herhaald te
beluisteren door herhaaldelijk te drukken op de toets MODE/EQ/PROG (19) tot de indicator REP A op de
display verschijnt.
IN MP3
1. Druk eerst op de toets PLAY/PAUSE (6) en 8 seconden later éénmaal op de toets STOP (5).
2. Druk op de toets MODE/EQ/PROG (19) om het volgende op de display te zien verschijnen:
P MP3
00 000 P-01
ALBUM NUMBER (albumnummer) / TRACK NUMBER (tracknummer) / PROGRAM NUMBER (programmanummer)
Het albumnummer knippert.
3. Druk op de toetsen SKIP FORWARD (
) (4) en BACKWARD ( ) (3) om het te programmeren
album te selecteren (overzicht). Het te programmeren albumnummer verschijnt op de display.
4. Druk op de toets MODE/EQ/PROG (19) om het album in het geheugen te programmeren. Het
albumnummer stopt met knipperen en het tracknummer begint te knipperen.
5. Druk op de toetsen SKIP FORWARD (
) (4) en BACKWARD ( ) (3) om het te programmeren
nummer te selecteren. Het te programmeren tracknummer verschijnt op de display.
6. Druk op de toets MODE/EQ/PROG (19) om het nummer in het geheugen te programmeren. Het
tracknummer stopt met knipperen.
7. Herhaal de stappen 3 tot 6 om een maximum van 64 nummers (bestanden) te programmeren.
8. Druk op de toets MODE/EQ/PROG (19) om uw programma af te ronden.
9. Druk éénmaal op de toets PLAY/PAUSE (6) om de programmaweergave te starten.
10.Om de programmaweergave te stoppen drukt u tweemaal op de toets STOP (5).
NAVIGATIE OP MP3-DISKS
In de modus MP3 vindt u als volgt een nummer naar keuze:
Zoeken volgens het alfabet (14)
1. Druk éénmaal op de toets ESP/DIR (14). " ABCDEF" verschijnt op de display.
2. Gebruik de toets PLAY/PAUSE of STOP om te verrollen naar het volgende stel van letters.
3. Druk op de toets SKIP FORWARD (
) (4) om de eerste letter van het gewenste bestand te kiezen.
4. Druk éénmaal op de toets MODE/EQ/PROG (19). U kunt nu een bestandsnaam kiezen uit de lijst van
bestandsnamen beginnend met de letter die u net heeft ingevoerd.
5. Gebruik de toets PLAY/PAUSE of STOP om op- of neerwaarts doorheen de lijst te verrollen.
6. Druk op de toets SKIP BACKWARD (
) (3) om de weergave van het geselecteerde lied te beginnen.
7. Druk tweemaal op de toets ESP/DIR (14) om het zoeken volgens alfabet te annuleren.
Zoeken per overzicht
1. Druk tweemaal op de toets ESP/DIR (14). De overzichtstitel en de bestandsnamen verschijnen op de
display.