Operation Manual
14
Beeldmenu
A CONTRAST: om het
beeldcontrast te wijzigen.
B BRIGHTNESS: om de
beeldhelderheid te wijzigen.
C COLOUR: om de beeldkleur te
wijzigen.
D HUN: om het HUN-beeld te
wijzigen.
E SHARPNESS: om de
beeldscherpte te wijzigen.
E COLOUR TEMP: om de
beeldkleurtemperatuur in te
stellen (NORMAL/WARM/
COOL).
F ASPECT: om de schermgrootte
in te stellen (16:9/4:3/
ZOOM/16:9FS/PANORAMA).
G PICTURE MODE: om de
beeldfunctie in te stellen
(NORMAL/DYNAMIC/SOFT/
CUSTOM).










