Operation Manual
14
NEERSLAG / REGEN
Neerslag hoeveelheidsnotatie:
De hoeveelheid gevallen regen wordt weergegeven
op het display van het weerstation. Dit kan ingesteld
worden per mm of per inch. De waarde inch wordt
voornamelijk gebruikt in Engelstalige gebieden.
• druk op toets RAINUNIT om te wisselen tussen
Inch en mm weergaven
Tijdseenheid
(dag, week, maand of totaal):
Het display kan de neerslag met de volgende
tijdseenheden weergeven:
- gevallen neerslag per dag (daily)
- gevallen neerslag per week (weekly)
- gevallen neerslag per maand (monthly)
- totale neerslag van start van de meting (total)
• druk toets “RAIN/CLEAR” diverse malen om te
wisselen tussen weergave per dag, week, maand
of het totaal.
Geschiedenis:
Per eenheid is het mogelijk terug te kijken in de ge-
schiedenis hoeveel neerslag er is gevallen. U kunt per
eenheid 6 items terug kijken. U kunt dus maximaal 6
maanden terug kijken in de geschiedenis
• druk toets “RAIN/CLEAR” diverse malen totdat
de juiste eenheid wordt aangegeven in het
display (daily, weekly of monthly). (in de stand
totaal is het niet mogelijk de geschiedenisfunctie
te gebruiken)
• druk nu toets “RAIN HISTORY” om terug te gaan
in de geschiedenis.
Gegevens wissen:
• druk toets “RAIN/CLEAR” diverse malen totdat de
“Total” als eenheid wordt aangegeven in het display
• druk toets “RAIN/CLEAR” en houdt deze ingedrukt
totdat de neerslagweergave op nul komt te staan.
De neerslaggegevens zijn nu gewist.
Wind gevoelstemperatuur (wind chill):
• Dit is de gevoelstemperatuur op de blote huid
met een combinatie van de luchttemperatuur en
de gemiddelde windsnelheid.
Gevoelstemperatuur alarm:
• Het is mogelijk om bij overschrijden van een
waarde van de gevoelstemperatuur gedurende
een minuut een alarm te laten klinken. Dit alarm
is ook eerder af te zetten door op de toets “wind”
(bovenzijde) te drukken.
• Gevoelstemperatuur alarmdrempel instellen:
• druk toets “wind al” diverse keren totdat in het
display “alarm” bij de wind Chill temperatuur
waarde verschijnt.
• druk nogmaals toets “wind al” en houdt deze
ingedrukt totdat de wind Chill temperatuur weer-
gave gaat knipperen
• druk op de toets ‘UP’ of ‘DOWN’ om de wind Chill
temperatuurswaarde te verhogen of te verlagen.
• druk nogmaals toets “wind al” om de waarde
vast te leggen.
Activeren of deactiveren van het windalarm:
• druk toets “wind al
“ diverse malen om te
kiezen uit.:
- wind gust alarm aan
- wind chill alarm aan
- wind gust en wind chill alarm aan
- geen wind alarm
WINDRICHTING
De WS-4500 is voorzien van een windwijzer, waarmee
de windrichting wordt weergegeven. Het ingebouwde
kompas is puur ter indicatie. Gebruik voor het bepalen
van het noorden een deugdelijk kompas.
Let op dat de richting van de windwijzer bij het plaat-
sen van de batterijen, als noorden wordt gekalibreerd.
Bepaal dus de richting, hoe de windwijzer wordt
gemonteerd. Richt nu de windwijzer naar het noorden
en plaats de batterijen.
Na het plaatsen van de batterijen licht het LED-je drie
maal op. Op dit moment is de windwijzer gekalibreerd
naar het noorden. De windwijzer mag tijdens het
aanmelden worden verdraaid. Zie voor het aanmelden
of scannen van de windwijzer hoofdstuk “aanmelden
binnenunit”.
Als de windwijzer goed is gekalibreerd geeft het dis-
play de juiste windrichting weer.