Operating Instructions and Installation Instructions

15-NL
De monitor bewegen tot deze vlak is
Als u een functie van de auto wilt gebruiken (airconditioning enz.) die
door de opgerichte monitor wordt verborgen, gebruikt u deze functie.
1
Druk op FLAT terwijl de monitor open is.
De monitor beweegt naar de vlakke stand.
2
Druk opnieuw op FLAT.
De monitor gaat terug naar de vorige hoek.
De monitor gaat terug naar de vorige hoek, 10 seconden nadat deze
naar de vlakke positie werd bewogen.
Als er buitensporige druk op de monitor wordt uitgeoefend in vlakke
stand, bijvoorbeeld door een object op de achterkant van de monitor
te plaatsen, kan er een storing plaatsvinden.
Het volume wijzigen
Wijzig het volume door aan de Rotary encoder te
draaien.
Volume: 0 - 35
Snel het volume verlagen
Wanneer u deze functie activeert, wordt het volumeniveau onmiddellijk
verlaagd met 20 dB.
Houd Rotary encoder (MUTE) gedurende minstens 2
seconden ingedrukt.
Het geluidsniveau zakt ongeveer 20 dB.
Houd Rotary encoder (MUTE) nogmaals gedurende minstens 2
seconden ingedrukt om het geluid terug op het vorige niveau te
brengen.
Het scherm bekijken
Raak de toets op het scherm met de top van uw vinger aan om het
scherm te beschermen.
Verwijder uw vinger van het scherm en probeer opnieuw als u een
toets aanraakt en er geen reactie volgt.
Als u twee toetsen tegelijkertijd aanraakt, kan er een storing
ontstaan.
Hier is een voorbeeldverklaring voor de radiomodusweergave over het
terug oproepen van een bron.
1
Druk op SOURCE/ .
Het selectiescherm SOURCE (bron) wordt weergegeven.
Weergavevoorbeeld voor selectiescherm SOURCE (bron)
Wijzigt het item van de bronselectielijst. (Afhankelijk van
de bronhoeveelheid, is het mogelijk dat deze knop niet
wordt weergegeven.)
Geeft de bronmodi weer die kunnen worden
geselecteerd.
Schakelt over naar het navigatiescherm. (Alleen
beschikbaar wanneer ON ingesteld is bij "De modus
AUX1-naam aanpassen" (pagina 47).)
Schakelt over naar het SETUP-hoofdscherm.
Schakelt over naar het navigatiehoofdscherm. (Wanneer
"ON" ingesteld is bij "De onderbreking voor navigatie
instellen" (pagina 47) of "NAV." ingesteld is bij "De
modus AUX1-naam aanpassen" (pagina 47).)
Schakelt over naar het telefoonmenuscherm.
(Wanneer "BLUETOOTH IN" ingesteld is op Adapter
(
pagina 48).)
Geeft het beeld weer van de achteruitrijcamera.
(Wanneer een optionele achteruitrijcamera aangesloten
is en Camera IN ingesteld is op iets anders dan OFF
(
pagina 47).)
Schakelt het scherm Source Select uit en keert terug
naar het vorige scherm.
Schakelt over naar het selectiescherm Rear wanneer
"De uitvoer van beeld/geluid instellen" (pagina 48) op
ON is ingesteld.
Keert terug naar het vorige scherm.
De soorten bronmodi die worden weergegeven, hangen af van de
aansluiting en instelling.
2
Raak [Radio] aan.
Het scherm schakelt over naar de hoofdweergave voor de
radiomodus.
TOUCH PANEL-bediening
(aanraakbediening)
Toetsen op het scherm worden als volgt weergegeven in deze
gebruikershandleiding.
Toetsen op het scherm worden vet weergegeven, tussen [ ] (vb.
[BAND]).
De bron terug oproepen