Quick Start Guide

129
SNELSTARTGIDS (NEDERLANDS)
INHOUD VAN DE DOOS
STAGEDRIVE+
Stroomkabel
Software-cd
Snelstartgids
Informatieboekje Veiligheid en Garantie
SNELLE OPSTELLING
1. Zorg ervoor dat alle artikelen, opgesomd in INHOUD VAN DE DOOS, zich in de doos bevinden.
2. LEES HET INFORMATIEBOEKJE VEILIGHEID EN GARANTIE VOORALEER HET PRODUCT TE
GEBRUIKEN.
3. Bestudeer het aansluitschema in deze handleiding.
4. Plaats alle apparaten op een geschikte plaats voor het in werking stellen.
5. Zorg ervoor dat alle apparaten zijn uitgeschakeld en alle faders en gain-knoppen zijn ingesteld op "nul".
6. Sluit alle uitgangen van de geluidsbronnen naar de versterkeringangen aan zoals aangegeven in het
schema.
7. Sluit de versterkeruitgangen aan op de luidsprekers.
8. Sluit alle apparaten aan op een geschikte stroombron.
9. Zet alles aan in deze volgorde:
Geluidsbronnen (zoals microfoons, draaitafels, cd-spelers, enz.)
Mengpaneel
Versterker
Luidsprekers
10. Zet bij het uitzetten alles alles uit in deze volgorden:
Luidsprekers
Versterker
Mengpaneel
Geluidsbronnen
SCHEMA VAN HET VOORPANEEL
1. MODE-KNOP: selecteer één van de vier modi: PRESET (VOORINSTELLING), DELAY (ECHO), EDIT
(BEWERKEN) and UTILITY (SYSTEEMOPTIES).
2. SCHERM: toont de pagina's van de verschillende menu's en hun parameters.
3. DRAAIKNOP: bewerkt de waarde van de geselecteerde parameter.
4. KNOP VORIGE/VOLGENDE: geeft toegang tot menupagina's en/of -paramaters.
5. CURSORTOETSEN NAVIGATIE: selecteert verschillende parameters.
6. GEHEUGENKAARTSLEUF: MMC-kaartsleuf om VOORINSTELLINGEN in op te slaan.
7. ENTERTOETS: bevestigt de bewerking van parameters.
8. ESCAPETOETS: verlaat de geselecteerde bewerkingspagina of annuleert een bewerking.
9. LEDS INGANGNIVEAU: geeft het A/B-ingangniveau weer.
10. DEMPINGSSCHAKELAARS: dempen het signaal van een van de zes overeenkomstige uitgangen.
11. LEDS UITGANGNIVEAU: geven het uitgangniveau weer.
Opmerking: De LIMITER (BEGRENZER) verandert de manier waarop het uitgangsniveau wordt
weergegeven op de bijbehorende LED. Het niveau weergegeven op de meter is niet langer het "absolute"
uitgangsniveau, maar het niveau van het signaal op -24dB, -12dB, -6dB in vergelijking met de limiterdrempel
(aangegeven door de oranje LIMIT LED).
1
2
3
4
6
5
7
8
9
10
11