Owner's manual

59
STORINGEN VINDEN EN VERHELPEN
Verschijnselen Mogelijkeredenen Herstellingswijze
Het apparaat
werkt niet
Onderbreking in de electrische
installatie
- controleer of de stekker goed in het
stopcontact zit
- controleer of de spanningskabel niet
beschadigt is
- controleer of er spanning op het stop-
contact staat door bv. een ander toestel
aan te sluiten bv. een nachtlamp
- controleer of het apparaat aan staat door
de thermostaat op meer dan 0 te zetten
Binnenverlichting
werkt niet
De gloeilamp is los of doorgebrand
( In apparaten met gloeilampen ver-
lichting).
- Controleer het vorige punt „Het apparaat
werkt niet”- draai de gloeilamp aan of ve-
rvang de doorgebrande (In apparaten met
gloeilampen verlichting).
Vries-/koeltempe-
ratuur is niet laag
genoeg
Slechte instelling van de temperatu-
urregelaar
- draai de draaiknop op een hogere positie
De omgevingstemperatuur is hoger of
lager dan de temperatuur welke aan-
gegeven staat op de tabel met techni-
sche gegevens van het apparaat.
Het apparaat is bestemd voor werking in
een temperatuur welke aangegeven is op
de tabel met technische gegevens van het
apparaat.
Het apparaat staat in de zon of te dicht
bij een warmtebron
- verander de opstelling van het apparaat
volgens de gebruiksaanwijzing
In het apparaat werd te grote hoeve-
elheid warme levensmiddelen per een
keer gelegd
- 72 uur wachten tot de producten gekoeld
(ingevroren) worden en de temperatuur
terug naar het gewenste niveau gaat
De ventilatie binnen de cel is belem-
merd
- controleer of de levensmiddelen en
dozen de achterwand van de koelkast niet
aanraken
De ventilatie aan de achterkant van
het apparaat is belemmerd
- van de wand schuiven voor de afstand
van min. 30 mm
De deur van de koelkast/vriezer wordt
te vaak geopend of blijft te lang open
staan
- de deur minder vaak openen en/of de tijd
van open staan verkorten
De deur is niet goed gesloten - levensmiddelen en vakken zo leggen,
dat ze het sluiten van de deur niet belem-
meren
De compressor werkt niet vaak
genoeg
- controleer of de omgevingstempera-
tuur niet lager is dan het bereik van de
klimaatklasse.
De dichting van de deur zit los - dichting vastmaken
Het apparaat
werkt continue
Slechte instelling van de temperatu-
urregelaar
- temperatuur met de draaiknop naar
beneden draaien
Andere redenen in het punt „Vries-/
koeltemperatuur is niet laag genoeg”
- controleren volgens punt „Vries-/koel-
temperatuur is niet laag genoeg”
Er ontstaat water
in de onderste
deel van de
koelkast
De waterafvoeropening is verstopt - maak de verstopte opening schoon (zie
hoofdstuk - „Ontdooien van de koelkast”)
De ventilatie binnen de cel is belem-
merd
- controleer of de levensmiddelen en
dozen de achterwand van de koelkast niet
aanraken
Ongewone of ster-
kere geluiden
Het apparaat staat niet waterpas en
stabiel
- het apparaat waterpas opstellen
Het apparaat raakt aan wanden,
meubels of andere elementen
- het apparaat zo opstellen, dat er geen
andere elementen aanraakt en zelfstandig
staat
NL