Operation Manual

Nadat u een Decimalen-element aan een aangepaste getalnotatie hebt toegevoegd,
selecteert u het element, klikt u op het driehoekje en past u met de opties in het
venstermenu de weergavekenmerken van het element aan.
Raadpleeg Een aangepaste getalnotatie deniëren op pagina 198 voor meer
informatie over het toevoegen van een Decimalen-element.
Manieren om het venstermenu van het Decimalen-element te gebruiken:
Om decimalen als getallen weer te geven, kiest u 'Decimalen'. m
Als het aantal decimalen lager is dan een bepaald aantal cijfers en u de ongebruikte
decimalen wilt weergeven, kiest u 'Toon afsluitende nullen' of 'Gebruik spaties voor
afsluitende nullen'. Verhoog of verlaag vervolgens het aantal nullen of streepjes in het
notatieveld. Kies 'Voeg cijfer toe', 'Verwijder cijfer' of 'Aantal cijfers' uit het venstermenu
of gebruik de Pijl-omhoog- of Pijl-omlaag-toets om het aantal cijfers aan te passen.
Als in een tabelcel meer decimalen worden getypt dan het aantal dat u hebt
gedenieerd, wordt het getal afgerond op het gedenieerde aantal decimalen.
Om decimalen als een breuk weer te geven, kiest u 'Breuken'. m
Om een breukeenheid (zoals 'Kwarten') in te stellen, klikt u opnieuw op het driehoekje
van het element en kiest u een optie uit het venstermenu.
Als u geen decimalen wilt weergeven wanneer een getal met decimalen in een m
tabelcel wordt getypt, voegt u het Decimalen-element niet aan het notatieveld toe.
Getallen met decimalen worden in dit geval op het dichtstbijzijnde gehele getal
afgerond.
202 Hoofdstuk 10 Werken met tabellen