Installation and Use

137
BE
3. ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
OPGELET:
- Voor het uitvoeren van een elektrische aansluiting controleren of de eenheden van de stroom gehaald zijn en of
de installaties waarop het apparaat aangesloten moet worden overeenstemmen met de geldende regelgeving.
- Alleen kabels met een geschikte doorsnede gebruiken.
- Maak de kabels wat langer dan nodig: dit maakt toekomstig onderhoud gemakkelijker.
- Sluit een voedingskabel nooit aan door deze doormidden te knippen, hierdoor kan men een steekvlak krijgen.
- Als de voedingskabel beschadigd is moet hij worden vervangen door de fabrikant of door diens technische ser-
vicedienst of in ieder geval door iemand met een gelijkwaardige beroepsbekwaamheid, zodat elk risico wordt
voorkomen
OPMERKING:
Trek beide uiteinden van de draden van het netsnoer en het snoer
van de verbinding tussen de interne en de externe eenheid naar
buiten, zoals in de a eelding aangegeven, en gebruik de langste
aarddraad van de actieve draden.
Let op dat de draden niet de leidingen of andere metalen delen aan-
raken.
3.1 Aansluiting interne eenheid
1. Til het paneel omhoog en verwijder het deksel van het klemmenbord.
2. Laat de verbindingskabel interne eenheid/externe eenheid langs de achterkant van de interne eenheid lopen en
maak het uiteinde van de kabel gereed.
3. Sluit de draden aan op de schroe lemmen en let daarbij op de nummering.
MONOSPLIT INSTALLATIE MULTISPLIT INSTALLATIE
1L 2N
S
W
1L 2N
S
W
4. Gebruik de kabelklem die zich onder het klemmenbord voor de elektrische aansluitingen bevindt..
5. Zet de deksel weer op zijn plaats en let erop dat hij in de juiste positie staat.
N.B. de verbindingskabels mogen niet in de buurt van aftakdozen, draadloze systemen voor gegevensuitwisseling
(wi- routers) of in de buurt van andere kabels lopen.
3.2 Aansluiting externe eenheid
1. Verwijder het deksel.
2. sluit de draden aan op de schroe lemmen met gebruik van dezelfde nummering als voor de interne eenheid ge-
bruikt is. Draai de schroeven van het klemmenbord goed aan, dan kunnen de aansluitingen later niet losraken