Operation Manual

36
START
STOP
4. Druk op de Start-/Stop-toets en de instelling wordt opgeslagen, totdat u
weer een wijziging wilt aanbrengen.
Instellen waterhardheid
Als u een afwasmachine met ontharder heeft, is het mogelijk dat de instelling ervan
gewijzigd moet worden, afhankelijk van de hardheidsgraad van het water. Uw
waterleidingbedrijf kan u inlichten over de hardheid van het water. De machine is bij
levering ingesteld op een geringe waterhardheid.
1. Schakel de machine uit met de hoofdschakelaar.
START
STOP
2. Houd de Start-/Stop-toets ingedrukt, terwijl u de hoofdschakelaar in-
drukt. Laat de Start-/Stop-toets los.
PROG PROG
3. Druk een tot zes keer op de Programma-knop, afhankelijk van de
hardheidsgraad van het water. De programmasymbolen gaan branden
afhankelijk van hoe de knoppen ingedrukt worden. Zie afbeelding.
*
˚dH
˚fH
* Alle programma-indicatoren gedoofd: machines zonder ontharder,
alsmede machines met ontharder en lage waterhardheid.
0-5 0-9
9-14
15-25
26-34
35-52
53-79
80+
6-8
9-14
15-19
20-29
30-44
45+
Instelling waterhardheid
*
**
*
*
Opmerking
Indien het water in uw omgeving een waterhardheid heeft lager dan 6dH, dan
dient u geen zout in uw ontharder te doseren. Indien u zelf een
wateronthardings systeem in huis heeft, dient u deze niet lager in te
stellen dan 5dH.