Software Reference

4040
4040
40
ASUS grafische kaartASUS grafische kaart
ASUS grafische kaartASUS grafische kaart
ASUS grafische kaart
De opsporingsmethode instellenDe opsporingsmethode instellen
De opsporingsmethode instellenDe opsporingsmethode instellen
De opsporingsmethode instellen
De opsporingsmethode instellen:
Schakel het selectievakje
Start tracing whenever a condition isStart tracing whenever a condition is
Start tracing whenever a condition isStart tracing whenever a condition is
Start tracing whenever a condition is
detected (Opsporen telkens starten wanneer een situatiedetected (Opsporen telkens starten wanneer een situatie
detected (Opsporen telkens starten wanneer een situatiedetected (Opsporen telkens starten wanneer een situatie
detected (Opsporen telkens starten wanneer een situatie
wordt gedetecteerd) wordt gedetecteerd)
wordt gedetecteerd) wordt gedetecteerd)
wordt gedetecteerd) in. Hieronder vindt u de beschrijving van de
opsporingsmodi die beschikbaar zijn wanneer een situatie wordt
gedetecteerd:
•
Stop tracing when users press “Stop” (Opsporing stoppenStop tracing when users press “Stop” (Opsporing stoppen
Stop tracing when users press “Stop” (Opsporing stoppenStop tracing when users press “Stop” (Opsporing stoppen
Stop tracing when users press “Stop” (Opsporing stoppen
wanneer gebruiker op “Stop” drukt) wanneer gebruiker op “Stop” drukt)
wanneer gebruiker op “Stop” drukt) wanneer gebruiker op “Stop” drukt)
wanneer gebruiker op “Stop” drukt) - stopt het opsporen
automatisch wanneer u in het hoofdmenu op de knop
Stop Stop
Stop Stop
Stop drukt.
•
Stop tracing when the target stays still for Stop tracing when the target stays still for
Stop tracing when the target stays still for Stop tracing when the target stays still for
Stop tracing when the target stays still for
x
seconds seconds
seconds seconds
seconds
(Opsporing stoppen wanneer het doel stil blijft gedurende(Opsporing stoppen wanneer het doel stil blijft gedurende
(Opsporing stoppen wanneer het doel stil blijft gedurende(Opsporing stoppen wanneer het doel stil blijft gedurende
(Opsporing stoppen wanneer het doel stil blijft gedurende
x
seconden) seconden)
seconden) seconden)
seconden) - Stop het opsporen automatisch wanneer de
detectieregio gedurende x seconden stil blijft. Om x in te stellen,
voert u het cijfer in het tekstvak in of klikt u op de pijltoetsen om de
waarde aan te passen.
Zorg ervoor dat u op
OK OK
OK OK
O K klikt nadat u de wijzigingen hebt
aangebracht.