Operation Manual

Gebruikshandleiding HR ZonneGasCombi pagina 10
II
3
Om te kunnen anticiperen op installatiegeluiden kent het toestel een zogenaamde gradiëntregeling. Deze regeling zorgt ervoor dat het toestel na
het in bedrijf komen niet direct op vol vermogen gaat branden, maar een gelijkmatige stijging stimuleert van het vermogen. Indien de installatie
wel het volle vermogen nodig heeft, zal de regeling hier naar toe sturen. Hierdoor wordt een gelijkmatige stijging van de watertemperatuur
gerealiseerd. Met een aangesloten buitenvoeler (optie) functioneert de regeling weersafhankelijk. Dit houdt in dat de regeling de
buitentemperatuur meet en daarmee de optimale aanvoerwatertemperatuur in de installatie berekent.
Ten behoeve van de warmwatervoorziening is het toestel voorzien van een instelbaar thermostatisch mengventiel die zorgt voor een
constante warmwatertemperatuur van 60°C (fabrieksinstelling).
Het collectorcircuit is een volledig gescheiden drukloos circuit en werkt volgens het terugloopprincipe. De collectorpomp schakelt in zodra
de temperatuur van de collector ca. 10°C hoger is dan de temperatuur van de boiler (DT > 10°C: pomp aan). Het water wordt vanuit het
toestel naar de collector gepompt. In de collector wordt het water door (zon)licht verwarmd. Daarna stroomt het verwarmde water weer terug
door de spiraalvormige warmtewisselaar in de boiler. De warmte wordt daar op het tapwater overgedragen.
De pomp schakelt uit zodra de temperatuur van de collector nog maar ca. 2°C hoger is dan de temperatuur van de boiler (DT
< 2°C: pomp
uit). Het water stroomt terug uit de collector in het toestel. Hierdoor is er geen kans op bevriezen! Dit proces kan enigszins hoorbaar zijn.
De pomp schakelt ook uit als het tapwater in de boiler in zijn geheel een temperatuur heeft bereikt van ca. 80°C. Hierdoor is er geen kans
op oververhitting! Ook bij storing schakelt de pomp automatisch uit, waardoor de collector leeg loopt.
De ATAG HR ZonneGasCombi
is altijd veilig, ook zonder gebruik van middelen met een milieubelastend risico, zoals sommige
antivriessoorten.
De leidingen tussen de collector en de HR ZonneGasCombi zijn normaal gesproken zorgvuldig geïsoleerd. Het verdient echter de aandacht
dat de leidingen tijdens normale bedrijfsomstandigheden een temperatuur kunnen bereiken van >120°C.