Installation Instructions
Lijn Functie Instellingsbereik
of weergave
Increment van
de regeling
Basis
instelling
Regeling van de verwarming, Kring 2
Als de installatie uit 2 verwarmingskringen bestaat (Verschijnt enkel met de optie kit 2de kring).
1010 U Instelling comfort kamertemperatuur Verlaagde temperatuur…
maximale comfortinstelling
0,5 °C 20 °C
1012 U Instelling verlaagde kamertemperatuur Vorstvrije temperatuur …
comforttemperatuur
0,5 °C 18 °C
1014 U Ingestelde "vorstvrij" kamertemperatuur 4°C… verlaagde temperatuur 0,5 °C 8 °C
1016 S Maximale comfortinstelling Comforttemperatuur... 35 °C 1 °C 28 °C
1020 I Stookcurve voor de verwarming
(guur 47, bladzijde 45)
0,1... 4 0,02 0,5
1021 I Overdracht van de stookcurve -4,5... 4,5 °C 0,5 °C 0
1026 S Aanpassing van de stookcurve Uit, Aan Uit
Opgepast ! Niet wijzigen,Laat op "Uit".
1030 I Verwarmingsgrens zomer/water 8... 30 °C 0,5 °C 18 °C
Wanneer het gemiddelde van de buitentemperaturen van de laatste 24 uur 18 °C bereikt, legt de regelaar de verwarming
stil (uit zuinigheidsoverwegingen).
Tijdens het zomerregime, duidt de digitale aanplakker "Eco" aan. Deze functie is alleen actief in automatisch regime.
1032 S Dagelijkse verwarmingslimiet -10... 10 °C 1 °C -3 °C
Deze functie laat tijdens het tussenseizoen toe om gedeeltelijk af te wijken van de automatische omschakeling zomer/winter.
Wordt de waarde verhoogd, dan wordt de omschakeling naar zomerregime uitgesteld.
Wordt de waarde verlaagd, dan wordt de omschakeling naar zomerregime vervroegd.
Deze functie is alleen actief in automatisch regime.
1040 S Minimum vertrekinstelling (voor ventillo-convector) 8... Max gewenste aanvoertemp 1 °C 17 °C
1041 S Max gewenste aanvoertemp Minimum vertrekinstelling... 70 °C 1 °C 80 °C
.
Vloerverwarming = 50 °C / Radiatoren = 65 °C.
Opmerking: De maximumgrens is geen veiligheidsfunctie zoals vereist voor een vloerverwarming.
1050 S Invloed van de kamertemperatuur 1 %... 100 % 1 % 20 %
Indien de installatie uitgerust is met een omgevingsvoeler:
Deze functie laat toe om de invloed van de ruimtetemperatuur op de regeling te kiezen.
Indien er geen waarde wordt ingevoerd, dan gebeurt de regeling zuiver op basis van de waterwet.
Indien de parameter ingesteld is op 100%, dan gebeurt de regeling alleen op basis van de ruimtetemperatuur.
1090 S Maximale optimalisatie bij inschakeling 0... 360 min 10 min 0
1091 S Maximale optimalisatie bij uitschakeling 0... 360 min 10 min 0
1100 S Begin verhoging verlaagd regime -30... 10 °C, --°C 1 °C --
1101 S Einde verhoging verlaagd regime -30... 10 °C, --°C 1 °C -5 °C
1130 S Verhoging mengkraan 0... 50 °C 1 °C 0
1134 S Looptijd servomotor 30... 873 s 1 s 240 s
1150 I Gecontroleerd drogen (van vloerplaten) (guur 50, bladzijde 49) Arrêt
- Uit: Vervroegde onderbreking van het lopende programma, programma inactief.
- Functioneel verwarmen.
- Bezettings afh verwarmen.
- Functioneel verwarmen + Bezettings afh verwarmen.
- Bezettings afh verwarmen + Functioneel verwarmen.
- Manueel: Met de manuele modus kan men zelf een cyclus voor het drogen van vloeplaten programmeren.
De functie eindigt automatisch na 25 dagen.
1151 I Manueel instelpunt drogen vloerplaten
(indien lijn 1150 = Manueel)
0... 95 °C 1 °C 25 °C
Deze functie laat toe om zelf de droogtemperatuur voor vloerplaten in te stellen. Deze temperatuur blijft vast.
Het programma drogen vloerplaten stopt automatisch na 25 dagen werking.
1156 I Vloerfunctie huidige dag 0... 32 0
1157 I Vloerfunctie dagen bereikt 0... 32 0
Handleiding voor installatie en indienststelling "1607 - NL"
Warmtepomp alfea hybrid duo lage NOx BE
- 50 -