Operation Manual
57
68
10
13
12
16
11
14
15
18
9
17
11
COMPACT DISK
COMPACT DISK
1. Gebruik alleen compact disks waarop het volgende label is aangebracht:
2. Opmerkingen bij het hanteren van disks
• Verwijderen van disks uit hun doosje en er terug inzetten.
• Raak de weerspiegelende opnamezijde niet aan.
• Kleef of schrijf niets op het diskoppervlak.
• Buig disks niet om.
3. Opbergen
• Bewaar disks in hun doosje.
• Stel disks niet bloot aan rechtstreeks zonlicht, hoge temperaturen, een hoge
vochtigheidsgraad of stoffige plaatsen.
4. Schoonmaken van disks
• Veeg vuil, stof en vingerafdrukken op disks weg met een zachte doek.
• Disks moeten van het midden naar de buitenrand toe worden schoongeveegd.
• Gebruik nooit benzeen, thinners, schoonmaakproducten voor vinylplaten of
antistatische sprays op Disks.
• Vergeet niet de cd-lade te sluiten zodat stof niet bij de lens kan komen.
• Raak de lens niet aan.
STROOMVOEDING
Het gebruik van gelijkstroomvoeding
U kunt netvoeding gebruiken om batterijstroom te besparen. Vergeet NIET de stekker
uit het stopcontact te verwijderen wanneer u de batterijen gaat inzetten.
Batterijen (niet inbegrepen)
Maak het batterijenvak open en zet 8 batterijen van het type R14 in, erop lettend dat
de “+” en “-” polen correct worden ingezet.
Belangrijk: Na het vervangen van de batterijen moet u de oude batterijen in overeen-
stemming met de plaatselijke reglementering wegwerpen. Ze moeten worden terugge-
bracht naar een specifieke locatie, van waaruit voor een veilige recyclage wordt gezorgd
zodat ze geen enkel gevaar voor het milieu vormen. Werp batterijen nooit in vuur.
NL
Gebruiksaanwijzing