Operation Manual

1. Groene led brandt niet
5 STORINGEN
Voedingsspanning moet tussen 18 en 22 volt zijn.
• Meet of er 230 V ~ spanning aanwezig is op het
stopcontact.
• Meet de spanning op de adapter.
• Controleer de plus en min aansluiting op de print.
• Controleer de zekering op de print.
• Controleer de aansluitingen van de voeding op de
print.
2. Groene led gaat niet knipperen bij helder weer
Controleer de stralingssensor. (zie 6)
Stralingssensor geeft spanning.
Mogelijke oorzaken: zie 6.
Zit de stralingssensor goed door het dak tot boven in de
collector gestoken (1 cm vrij van de kap
) ?
Meet de spanning over de stralingssensor bij de
aansluitingen op de regeling
Indien -5 volt wordt gemeten en de zon schijnt, dan duidt
dit op een kapotte processor.
Vervang de regeling.
0,5 volt bij zon (regeling spanningsloos)
-2,7 volt op punt van inschakelen
(regeling onder spanning)
-5 volt donker (regeling onder spanning)
3. Groene led knippert, maar de pomp draait niet
Krijgt de pomp spanning? • Electromotor van de pomp is stuk.
– Vervang de pomp.
Zijn de draden goed aangesloten?
Sluit de draden goed aan.
• Regeling is stuk.
– Vervang de regeling.
Nee
Ja
Nee
Nee
Nee
Nee
4. Groene led knippert, pomp draait, maar het water wordt niet rond gepompt
Maak de pomp
schoon.
Zit er vuil in de pomp?
• Pomp is stuk.
– Vervang de
pomp.
Ja
Ja
Nee
Ja
Ja
Is pompspanning juist (18 volt) ?
Kontroleer net spanning 230 V ~ indien deze in orde is
dan is de adapter defect.
– Vervang adapter.
Ja
Is de gelijkspanning op de adapter 18 Volt?
• defect in electronica.
– Vervang de
regeling.
76